Bazelen

Het zijn geen mooie weken voor oud-hoogleraar economie Rolf Schöndorff. Al eerder figureerde hij in een weinig fraaie vertoning als een soort Sancho Panza aan de zijde van Arnold Heertje. Dit weekend verschijnt uit zijn pen een aflevering van het eerbiedwaardige economie voor jou, de doorgaans goed leesbare NRC-rubriek voor economen-in-de-dop, waarbij we de ogen meermaals ten hemel moeten heffen.

Het onderwerp, de liberalisering van voorheen-staatsbedrijven en marktwerking in het algemeen, is er één waarbij voor economen veel uit te leggen valt. De voordelen van marktwerking zijn groot maar diffuus en bestaan gedeeltelijk uit een dreiging; al met al moeilijk waarneembaar. Nadelen treffen vooral kleine groepen (concurrenten, ontslagen werknemers) maar doen het goed in de pers. Vaak lijken de nadelen groter; in zo’n geval heeft vooral de econoom de taak om goed in de gaten te houden of het publiek geen voordelen over het hoofd ziet.

De column begint onschuldig genoeg met een referentie aan de voordelen van marktwerking waarbij zelfs Milton Freedman [sic] nog even aangehaald wordt. Dan komen de nadelen: de treinen rijden niet meer op tijd, de professor wordt tijdens het eten gebeld door telemarketers en is bang dat zijn mobiele abonnement niet het goedkoopste is. Met als logisch sluitstuk de volgende grote liberalisatie: de postmarkt.

En dan komen de frustraties los: ons eigen postbedrijf noemt zich tie-en-tie en verft alle postbussen oranje, “wat zal dat niet kosten”? Een poststuk moet opeens opgehaald in een ordinaire winkel in plaats van een plechtig postkantoor. Geen wonder, want “wie zijn economieles goed ter harte neemt” is het bestaan van marktfalen genoegzaam bekend. Conclusie: de Tweede Kamer moet er nog maar eens goed over nadenken. Tot zover economie voor jou.

Inderdaad, niet elke markt fungeert naar behoren en goed nadenken valt aan te raden. Maar als dit soort verhalen door moet gaan voor een zorgvuldige afweging van voors en tegens, in een column die nota bene de jeugd tot voorbeeld zou moeten strekken, dan is er met die economieles wel het één en ander mis. De steen des aanstoots is bijvoorbeeld dat er zes- tot achtduizend man wegmoet bij de post en dat de concurrentie werkt met “huisvrouwen, AOWers en bijstandtrekkers” met een veel lager uurloon. Maar welke econoom kan volhouden dat het juist goed is dat deze mensen thuis blijven zitten terwijl een keurkorps van overbetaalde ambtenaren voor een riant uurloon de post bezorgt? De rest van het stuk is niet veel beter (“vroeger kon je een brief voor een paar dubbeltjes naar Australië sturen en kom daar nu nog maar eens om”). Vol nostalgie kijkt de schrijver terug naar de mooie jaren met de postmonopolist. Afijn, leest u het vooral zelf.

Kort samengevat is het probleem hier het volgende: de auteur presenteert zich als econoom en belooft vanuit die positie inzicht in de situatie, maar spreekt vervolgens uitsluitend met de stem van de klant voor wie alles slechter werd. Dat is een zielig verhaal en misschien dat er inderdaad zo’n klant bestaat, maar het is geen verhaal van een wetenschapper met een wijde blik die oog heeft voor het totaal van voor- en nadelen van marktwerking. Om op basis daarvan het parlement te adviseren, daar zou ik nog eens goed over nadenken.

Auteur: Thijs

Econoom. Krantenlezer. Stuurman aan wal.

2 gedachten aan “Bazelen”

  1. Die klagende klant is ook nog eens vergeten dat er inflatie bestaat: vroeger kon je een ijsje voor 10 cent krijgen en kon je nog lekker in guldens betalen. Goede oude tijd toch.

  2. Hij zegt dat de NS geprivatiseerd is, dat is niet waar. Is me nog niet zo heel lang verteld door toenmalig minister van financien Zalm in een toespraak op de RuG. De NS is een verzelfstandiging van een overheidsdienst. De overheid heeft 100% van de aandelen van de NS.

Reacties zijn gesloten.