Alles draait om geld (2): LETS (1)

Best een aardig programma. Thijs hoeft zijn video niet eens in te stellen, het programma is terug te zien op uitzendinggemist.

In de aflevering van vorige week heb ik met lichte verbijstering gekeken naar een item over LETS, lokale alternatieve handelssystemen (start op 21:35). Het ontstaan van zo’n systeem gaat meestal ongeveer als volgt. Allereerst is er een groep mensen die niet zoveel heeft met geld, onze maatschappij maar materialistisch vindt en daarom overgaat op ruilhandel. Ik doe jouw tuin als jij voor mij een appeltaart bakt, dat idee. Een hele sympathieke gedachte. De volgende stap is dat iemand op het idee komt dat het eigenlijk handiger is om een tegoedbon voor een appeltaart te geven in plaats van direkt die taart te bakken, zodat degene met de tuin hem, zeg, op zijn verjaardag kan verzilveren. Dan verzint iemand dat het nog handiger is als zo’n tegoedbon ook overdraagbaar is aan anderen zodat we niet alleen bilateraal kunnen ruilen, maar ook in langere ketens. Tenslotte komt iemand op het lumineuze idee om de tegoedbonnen niet te stellen in termen van appeltaarten, maar in termen van algemene diensten. Een appeltaart kost dan bijvoorbeeld 3 tegoedbonnen, het aanharken van de tuin 4 tegoedbonnen, enzovoort.

De ultieme ironie is natuurlijk dat het systeem dan terechtkomt op iets wat verdacht veel lijkt op geld, maar dan zonder de veiligheid van monetair toezicht. Vanuit hun sociale idealen komen de initiatiefnemers dus uit op een systeem dat in zekere zin ultra-kapitalistisch is.

De voordelen van de LETS? De voorstanders noemen vooral het bevorderen van sociale cohesie (te rechtvaardigen, maar dat zou ook op een andere manier kunnen) en het stimuleren van de lokale economie; het gaat immers om lokale handelssystemen. Uiteindelijk komt dat dus neer op ordinair protectionisme en dat is ook al geen goed idee.

(later meer)

5 gedachten aan “Alles draait om geld (2): LETS (1)”

  1. Je vergeet de laatste stap in het geheel waar ze 1) zonder rem geld gaan uitlenen of 2) de initiator/penningmeester/toezichthouder/grootgebruiker wat geld ‘bijdrukt’ voor eigen gebruik.

  2. Een ander voordeel is dat de overheid, in tegenstelling tot geld, tegoedbonnen niet kan belasten.

  3. Ward: eh, ja, vandaar de opmerking “later meer” onder het bericht: volgt nog.

    Pim: ik dacht inderdaad ook dat verkapte belastingontduiking de belangrijkste reden voor dergelijke systemen was, maar de vertegenwoordigers in de studio beweerden dat deelnemers aan hun systemen wel degelijk netjes belasting afdragen.

  4. Hoe word de hoogte van de belasting dan bepaald? Of accepteert de overheid tegenwoordig ook tegoedbonnen?

  5. Tja. Om het allemaal nog ironischer te maken hanteren veel van deze systemen ook nog eens een vaste wisselkoers tussen tegoedbon en euro. En de waarde in euro’s moet je bij de belasting opgeven.

Reacties zijn gesloten.