Deaton

We zaten er niet ver naast. De Nobelprijs Economie gaat inderdaad naar micro-econometrie en —empirie. De gelukkige is echter niet Blundell, maar landgenoot Angus Deaton, voor “zijn analyse van consumptie, armoede en welvaart”. Deaton’s werk heeft altijd op een of andere manier te maken met het schatten van consumptiegedrag van individuele connsumenten, en daarmee ook met het schatten van de levensstandaard van die consumenten. De press release staat hier. Uitgebreide achtergrondinformatie hier, meer publieksvriendelijke info hier.

Het Nobelcomite framet het als iets wat micro is, maar ook belangrijk voor macro. Bovendien heeft de man een belangrijke bijdrage geleverd aan ontwikkelingseconomie.

De publieksinfo noemt expliciet de Eerste Belangrijke Bijdrage het AIDS (Almost Ideal Demand System) van Deaton en Muellbauer, een systeem waarmee structuur wordt opgelegd aan schattingen van consumptiefuncties. De inzichten die daaruit verkregen worden, zo wordt beweerd, zijn ook belangrijk zijn voor de macro; traditioneel maakt macro gebruik van een representatieve consument, door het werk van Deaton is dat niet langer noodzakelijk. Tweede bijdrage: het bestuderen van fluctuaties in consumptie over de tijd. Derde bijdrage: het revolutionaliseren van ontwikkelingseconomie, van macro- naar micro-georienteerd, door het opzetten van surveys en, opnieuw, het gebruik van micro-data.

Net als vorig jaar zijn alle vakgenoten er over eens dat de prijs meer dan verdiend is. Ook mooi dat de prijs opnieuw naar slechts 1 persoon gaat. Dat heeft wel wat.

Meer bij Marginal Revolution.