Vroeger was er geen geld. Men was aangewezen op ruilhandel. Als je aardappels verbouwde, kon je proberen bij de buurman een paar aardappelen te ruilen tegen een krop sla, om zo toch een gevarieerde maaltijd bij elkaar te krijgen. Als de buurman helemaal niet van aardappelen hield, kon je altijd nog proberen om eerst bij de andere buurman een paar aardappelen te ruilen tegen een bloemkool, om vervolgens bij de eerste buurman die bloemkool weer te ruilen tegen de begeerde krop sla. Hield die andere buurman ook niet van aardappelen, dan kon je altijd nog proberen om bij de overbuurman een paar aardappelen te ruilen tegen een portie tuinbonen, om die bij de andere buurman weer te ruilen tegen een bloemkool en die weer… afijn, u begrijpt het al. Door de introductie van geld als ruilmiddel kon dit hele ruilproces een stuk soepeler verlopen.
Gelukkig hebben we tegenwoordig geld, dus hoeven we niet meer van die ingewikkelde ketens van ruiltransacties te organiseren. Zou je zeggen. Maar dat blijkt niet altijd het geval. Deze week werd in Baltimore een vijfvoudige niertransplantatie uitgevoerd, simultaan, door twaalf chirurgen in zes operatiekamers. Waarom? Meneer A had een donornier nodig. Zijn vrouw was graag bereid een nier aan hem af te staan, maar helaas bleek die nier niet geschikt voor haar man. Maar de nier van mevrouw A bleek wel geschikt voor meneer B, die ook een nier nodig had. De vrouw van meneer B was ook bereid haar nier voor haar man af te staan, maar helaas, haar nier pastte niet in haar man en ook niet in meneer A. Gelukkig was daar echtpaar C… afijn, u begrijpt het al. Uiteindelijk moesten er vijf families aan te pas komen om alle ruilen kloppend te maken (plus een aantal economen om een algoritme te verzinnen waarmee vragers en aanbieders aan elkaar gekoppeld konden worden: zie het werk van Al Roth). Alle operaties werden gelijktijdig uitgevoerd om te voorkomen dat een familie zich plotseling zou bedenken als ze al wel een nier hadden ontvangen, maar nog niet een nier hadden afgestaan.
Inderdaad, dat kan een stuk efficienter. Door het gebruik van geld als ruilmiddel. Of desnoods door het uitgeven van tegoedbonnen goed voor een donornier, als dat politiek haalbaarder blijkt. Handel in organen is nog steeds een enorm taboe. Maar, zo betogen veel economen, het zou dergelijke gecompliceerde ruilhandel wel een stuk eenvoudiger maken. Bovendien zouden de wachtlijsten voor donornieren verdwijnen.
Toevalligerwijs had The Economist vorige week al een artikel over de handel in nieren. Zo blijkt dat er 1 land in de wereld is waar het betalen voor nieren inderdaad is toegestaan. Daar zijn geen moeilijke vijfvoudige operaties nodig, een nier doet ruwweg 3000 dollar en de wachtlijsten zijn verdwenen. Welk bolwerk van platvloers kapitalisme betreft het hier?, hoor ik u al vragen. Eh… Iran.