Eerder deze week werd bekend dat het CDJA de seniorenpas wil afschaffen. Ouderen worden immers steeds rijker en daarom is deze pas niet langer nodig. De afschaffing van de seniorenpas kan de overheid tientallen miljoenen euro’s per jaar opleveren, denken de jongeren. Helaas. Dat is waarschijnlijk niet het geval. Sterker nog, afschaffing van de kaart kon wel eens geld gaan kosten.
Hoezo? Neem het openbaar vervoer. Een monopolistische buslijn zou graag willen prijsdiscrimineren. Consumenten met een lage prijselasticiteit moeten dan een hogere prijs betalen dan consumenten met een hoge prijselasticiteit. Op die manier kan een monopolist nog meer winst halen dan wanneer hij iedereen dezelfde prijs in rekening brengt. Bejaarden zijn typisch zo’n groep met een hoge prijselasticiteit. Hun vraag naar openbaar vervoer zal immers veel sterker afhangen van de prijs, dan de vraag van mensen die voor hun werk met de bus heen en weer moeten. Zelfs als het rijke bejaarden zijn. Het plan van het CDJA komt neer op een situatie waarin het busbedrijf niet meer mag prijsdiscrimineren. In het geval van een monopolist betekent dat een lagere winst. In het geval van openbaar vervoer zou dat wel eens kunnen leiden tot minder inkomsten van passagiers, en dus hogere subsidies om de bussen in de lucht te houden.
De denkfout lijkt dat het CDJA impliciet veronderstelt dat ouderen net zo veel gebruik van het openbaar vervoer blijven maken als de prijs verdubbelt. Natuurlijk is dat niet het geval.
(Dank aan Pim voor de tip)