Er wordt gesteggeld over de prijs van de strippenkaart. Busbedrijven willen een hogere prijs, maar het mag niet van de minister (alweer). Een mooie gelegenheid om nog eens naar het product strippenkaart te kijken, voordat het definitief in het museum van domme dingen verdwijnt.
Het opmerkelijke van het strippensysteem is dat er geen enkele directe financiële transactie is tussen de klant en het vervoersbedrijf. In plaats van degene die de bus bestuurt, krijgt de sigarenboer uw geld, een situatie die vooral buitenlanders met ongeloof vervult. Je vermoedt dat de euro’s op de een of andere manier uiteindelijk bij het busbedrijf komen, maar hoe? Laten we zeggen: op een ingewikkelde manier. Zonder op de details in te gaan kunnen we stellen dat de landelijke strippenopbrengst verdeeld wordt op basis van een enquete onder reizigers, die aangeven met welke bus ze het afgelopen jaar gereisd hebben.
Stel, ik twijfel tussen een ritje met de bus of de tram. Wat verdient het busbedrijf als ik voor de bus kies? Dat is het aandeel van het busbedrijf in de strippenopbrengst maal de prijs van twee strippen is, even rekenen, een heel klein bedrag. Interessanter is het alternatief: wat verdient het busbedrijf als ik voor de tram kies? Juist, exact hetzelfde bedrag. Je hoeft geen econoom te zijn om te zien dat het de rationele busbestuurder geen fluit uitmaakt hoeveel passagiers hij vervoert, iets dat reizigers die wel eens zwaaiend een vertrekkende bus achterna gerend zijn maar al te goed weten.
Worden alle problemen opgelost met de OV-chipkaart? Mogelijk: in ieder geval kan er een direct verband worden aangebracht tussen de rit en de prijs, en dus kan het in theorie goed gaan. Dat is geen garantie voor een goede praktijk. Gelukkig staat het de klant vrij om zelf een extra prikkel aan te brengen: geef uw buschauffeur eens een fooi. Gegarandeerd dat u nooit meer voorbijgereden wordt.