Een van de spelletjes waar experimenteel economen dol op zijn is de ultimatum game. Speler A moet 10 euro verdelen met speler B, doet een aanbod, waarop B de keus heeft om dat aanbod te Accepteren of te Verwerpen. Accepteert zij, dan komt de voorgestelde verdeling tot stand, Verwerpt zij, dan krijgt niemand iets. Aangezien iets beter is dan niets, voorspelt de speltheorie dat B ieder aanbod zal accepteren. A weet dat en zal dus het kleinst mogelijke bedrag aanbieden en de rest zelf houden. In de praktijk blijken mensen zich echter duidelijk anders te gedragen. Biedt A minder dan 20% aan, dan wordt zo’n aanbod vaak verontwaardigd afgewezen, ondanks dat ook speler B dan helemaal niets krijgt.
Onderzoek naar het ultimatum game gaat nog steeds door. Zo ontdekten onderzoekers van de universiteit van Cambridge dat wie kippensoep en chocola eet, eerder geneigd is om een aanbod te accepteren. Ja heus. Zij publiceerden er over in Science. De Volkskrant maakte er afgelopen zaterdag al melding van (niet online), een uitgebreidere analyse staat hier. Het schijnt te maken te hebben met serotonine. Wie daar weinig van in zijn hersenen heeft, gedraagt zich agressiever en asocialer. Door de consumptie van kip en chocola stijgt het serotonine-niveau.
De beleidsimplicaties zijn duidelijk. Wie gaat onderhandelen, voert zijn opponent eerst kippensoep.
[dank aan Bart].