Opiniepeiling

Eigenlijk ben ik tegen stemwijzers. Het idee achter zo’n test is toch dat je kiest voor inwisselbare uitdragers van dezelfde gedachte, terwijl volgens mij juist de persoon van de politicus er veel toe doet. Het is prima om van tevoren mooie plannen te maken maar eenmaal in het parlement draait het toch om de events, my dear boy. En als de events onverwacht zijn doet de persoon er ineens wél toe.

Maar goed, de stemkaart ligt al op de mat en je moet toch wat en dus onderwierp ik mij maar weer aan de Europese stemwijzer. Ik zal u de uitslag besparen, maar interessant is dat je achteraf kunt kijken hoe anderen over de stellingen denken en welk belang ze daaraan hechten. Uiteraard in een selectieve steekproef, maar dan nog leveren de cijfers een mooie inkijk in de wereld van de niet-econoom. Na de klik de economische stellingen en de percentages op het moment van schrijven.


Hier is de tabel met de stellingen over economie in brede zin. Naast “Eens” en “Oneens” is er ook nog de mogelijkheid om “geen van beide” te antwoorden, dat percentage volgt uit de andere twee. Aan sommige stellingen kan extra belang worden gehecht door de kiezer. Er is een top-30 van belangrijkste stellingen, met de toetreding van Turkije (48% tegen) bovenaan. In de kolom “Belangrijk” staat de positie in die top-30.

Stelling Eens Oneens Belangrijk
1. Evenals de VS moet Europa de economie stimuleren met een miljardeninvestering. 49% 36% 27
2. Om de EU te financieren, is een directe Europese belasting beter dan betalingen per land. 35% 57% 24
4. Nutsbedrijven die water, gas en elektriciteit leveren moeten weer in handen van nationale overheden komen. 68% 26% 11
6. Het bedrag dat Nederland aan de EU betaalt moet ook in Nederland worden besteed. 45% 47% 17
9. Het gemeenschappelijke landbouwbeleid van de EU moet worden afgeschaft. 38% 50% 25
14. In de EU moet een kilometerheffing op transport van goederen komen. 31% 57% 28
17. De Europese Centrale Bank moet niet alleen de inflatie bestrijden, maar ook de werkgelegenheid stimuleren. 74% 20% 26
18. De grote verschillen in sociale wetgeving tussen EU-landen moeten kleiner worden. 73% 20% 8
18. Alle EU-landen moeten werknemers uit de nieuwe lidstaten toelaten. 44% 50% 26

Zoals gebruikelijk zullen economen na deze volksraadpleging met de handen in het haar zitten. Een pertinente onzinstelling als nummer 6 verleidt toch nog bijna de helft. Het gemeenschappelijk landbouwbeleid heeft aanzienlijke sympathie en de onafhankelijke centrale bank met een inflatiedoelstelling wordt maar door één op de vijf gesteund. Vrij verkeer van arbeid is ook niet populair.

Maar misschien is het veelzeggender dat deze onderwerpen vrijwel de hele onderkant van de top-30 van belangrijke zaken uitmaken. De stemmer interesseert het feitelijk allemaal geen biet, uitgezonderd het lot van de nutsbedrijven en de sociale wetgeving. Bij die eerste is duidelijk dat de markt bij de burger op zijn retour is, bij die tweede neem ik aan dat men wil dat het elders meer wordt zoals hier. Of zou men hopen op een sociale wetgeving van het niveau Oostblok?

Auteur: Thijs

Econoom. Krantenlezer. Stuurman aan wal.

Eén gedachte over “Opiniepeiling”

  1. Blijft het probleem van Europa: we vinden dat er meer gezamenlijk gedaan moet worden, maar we mogen niet tornen aan de Nederlandse waarden en vrijheden. Zo schiet het ook nooit eens op met die Europese integratie.

Reacties zijn gesloten.