Maandag was het weer zover. Op een conferentie waar ik verzeild was geraakt begon een spreker de anekdote over de dronkaard en de straatlantaarn te vertellen. Ik moest denken aan mijn jonge jaren als econoom, toen ik me nog wel eens over het hoofd gekrabd heb over dit stuk wijsheid dat zich in steeds iets andere vorm herhaalde. Later bleek dat er twee versies van het verhaal zijn met een (subtiel) andere moraal.
De anekdote: een dronkaard raakt zijn autosleutels kwijt in een donkere steeg. Hij rent naar de nabijgelegen straat en begint te zoeken onder de straatlantaarn. “Maar daar liggen je sleutels toch niet?” vraagt een passant. “Nee, maar bij dit licht kan ik tenminste zoeken” antwoordt de dronkaard.
Het zegt iets over het vakgebied van de economie dat dit verhaal nog steeds van pas komt. U ziet hoe het van toepassing kan zijn op economen met een gebrek aan methoden, of vaker data, die toch iets willen onderzoeken. Ik heb het misschien wel tien keer gehoord de afgelopen jaren.
De andere versie is korter maar venijniger, en gaat meestal over econometrie. Het is meer een opmerking die je af en toe hoort: “hij gebruikt de methode zoals een dronkaard een straatlantaarn gebruikt: voor steun en niet voor verlichting”. Klinkt beter in het Engels, overigens (“support instead of enlightenment”). Een verhaal met dezelfde acteurs maar een iets andere boodschap.
Nu ik er zo over nadenk zijn er wel meer gouwe ouwen te bedenken. Na de klik een mop over economen en managers.
Een econoom staat op de top van een heuvel. Er komt een ballon naar beneden totdat hij vlak bij de econoom hangt. “Pardon”, zegt de man in het mandje, “weet u waar ik hier ben?”
“U bent in een ballon” antwoordt de econoom.
“En u bent zeker econoom?” vraagt de heer.
“Hoe weet u dat?”
“U geeft een antwoord dat helemaal correct is, maar tegelijk compleet nutteloos als praktische aanwijzing”
(Hier was het al een mooie mop – maar het wordt nog beter!)
“En u bent zeker manager?” vraagt de econoom.
“?”
“U zit in een positie waar u precies kunt zien waar u bent en waar u heengaat, en toch komt u naar een econoom om te vragen wat er aan de hand is.”