Na de eerdere teloorgang van de Dirk Scheringa Bank (DSB) is er deze week volop ophef over de collectie van het Dirk Scheringa Museum (DSM!?). De collectie moet absoluut bijeen blijven vond Plasterk al, en Dirk zelf doet nu ook een duit in het zakje. ABN Amro belooft daarbij te helpen. Blijkbaar is men van mening dat de collectie van alle kunstwerken samen meer (culturele) waarde heeft dan de individuele werken afzonderlijk. Nu ben ik geen kunstkenner, maar als econoom vraag ik mij een aantal dingen af.
Ten eerste. Als zo’n collectie meer waarde heeft dan de afzonderlijke werken, waarom is de overheid dan zelf al niet actief geweest met het verwerven van zo’n collectie? Met andere woorden; als het er al is, dan is het een ramp wanneer het verdwijnt, maar zolang het er niet is, dan hoor je er niemand over dat het een ramp zou zijn als het niet ontstaat. Als u begrijpt wat ik bedoel. Natuurlijk, er zijn transactiekosten bij het verwerven van een collectie, maar die lijken me verwaarloosbaar in vergelijking met de geclaimde meerwaarde van zo’n collectie. Dit lijkt me een typisch gevalletje van wat gedragseconomen het endowment effect noemen.
Ten tweede. Blijkbaar denkt de markt er anders over. De curator gaat nu de collectie verkopen. Het is zijn taak om er zoveel mogelijk geld uit te slepen dus als de collectie als geheel meer zou opleveren dan de afzonderlijke werken, zou de curator heus wel de collectie als geheel verkopen. Het is nog eens een stuk minder gedoe ook. Blijkbaar vinden verzamelaars dus helemaal niet dat de collectie als geheel meer waard is dan de individuele werken afzonderlijk. Toegegeven, er moet natuurlijk wel een liefhebber zijn de totaalprijs voor de hele collectie kan ophoesten. Maar we hebben het hier over een boekwaarde van 46 miljoen euro en daar koop je nog niet eens een van Gogh voor.