De tanden erin

Die orthodontisten toch. Ze hadden toch al de naam de zakkenvullers van zorgend NL te zijn en nu dit weer. De vraag is of het verstandig was tarieven vrij te geven voor een sector waar consumentensoevereiniteit nog zo zwak ontwikkeld is. Zie ook hier

Even een NZA rapportje erbij pakken dan maar. Dit rapport (niet door het grootste schrijftalent van de NZa geschreven trouwens, lees de conclusies maar eens) probeert aan te tonen dat de tariefdaling die de NZa in 2011 heeft afgedwongen niet leidt tot toegangsproblemen. Nee dat had ook niemand verwacht natuurlijk.

Een ander NZa onderzoek kijkt hoe consumenten omgaan met mondzorg. Wat blijkt: 1) Het al dan niet transparant zijn van de mondzorg kan consumenten weinig schelen; 2) consumenten switchen alleen als ze verhuizen; 3) de meeste (76%) consumenten zijn niet op de hoogte van het bestaan van een tarievenlijst; .4) meer dan de helft van de consumenten weet niet dat de tarievenlijst fungeert als maximumprijs; 5) 87% van de respondenten is geheel of gedeeltelijk verzekerd voor mondzorg (de meest bizarre statistiek, omdat dit een van de meest nutteloze verzekeringen is) .

Een ideaal moment dus om tarieven vrij te geven. Toch is dit te kort door de bocht. Het is denkbaar dat VWS en NZa anticiperen op een situatie waarin minder mensen verzekerd zijn en zich meer gaan aantrekken van prijs — en kwaliteitsverschillen. De kamerbrief lijkt dit te impliceren.

Evenwel heeft de minister een perversiteit ingebouwd. Ze zegt namelijk

Tegelijkertijd heb ik mij helder uitgesproken over de grenzen van het experiment, namelijk daar waar zich onaanvaardbare prijsstijgingen voordoen ?¦Ik heb u gemeld dat indien deze grenzen worden overschreden, ik niet zal twijfelen om het experiment voortijdig te beëindigen.”

Stel ik ben orthodontist en ik heb een hekel aan vrije tarieven. Hup omhoog met die boel en na een paar maandjes is het weer over. Zucht.

Met geloofwaardige sancties bij onuitlegbare prijsstijgingen in plaats van de handdoek gooien zou het vrijgeven op lange termijn wel gunstig kunnen zijn voor de dienstverlening. En hoef ik niet meer verbaasd te kijken als ik 78 euri moet aftikken omdat de assistent van de orthodontist vier en halve seconde in het gebit van mijn dochter gekoekeloerd heeft.

Terug naar de gulden!?

De PVV die eurosceptische Engelsen van Lombard Street Research een rapport over de euro laten maken. Drie keer raden wat de uitkomst is. Toch is het te makkelijk dit rapport al op voorhand te diskwalificeren. Door The Economist worden de lieden van de Lombard door de blogger Buttonwood als volgt neergezet:

Some will dismiss the conclusions of the report out-of-hand because of the nature of the paymaster. Having read many a Lombard Street report in the past, I can attest that its economists are of a fiercely independent (and sometimes eccentric) cast of mind so I have no doubt these findings are their genuine opinion.

‘Fiercely independent’ from what? Facts and analysis, blijkt. Hun mening wisten we al, hebben ze recht op maar die hoeft niet verkocht te worden als waarheid of uitkomsten van onafhankelijk onderzoek. Het gebeurt vaak genoeg in de consultancy dat opdrachtgevers naar de mond worden gepraat worden (nee niet door Ecorys anders had ik er niet gewerkt), maar dit rapport onafhankelijk noemen is hetzelfde als Rick Santorum een onafhankelijke mening over Nederlands euthanasiebeleid toedichten.

Allereerst een observatie: dit is een onmogelijke opdracht omdat de kosten voor de exit van de euro niet in te schatten zijn. De gewone kosten (bijvoorbeeld voor multinationals) zijn al erg moeilijk te berekenen, maar echt geheel onvoorspelbaar is hoe andere landen, de ECB, de Europese Commissie en vooral de financiële markten gaan reageren. Opzienbarend zal de stap zeker zijn en geen enkele zichzelf respecterende econoom zou zijn geld durven te zetten op de uitkomst.

Je kunt wel een eerlijke berekening proberen te maken wat de euro tot nu toe heeft opgeleverd en gekost. Dat zegt niets over de wenselijkheid om de gulden terug te krijgen, maar wel iets over de mate van verstandigheid van het toenmalige besluit. Het zou zelfs iets kunnen opleveren om de huidige instituties te wijzigen. Laten we de Engelse kristallen bollen dus even voor wat ze zijn en beperken we ons tot deze vraag. Wat levert het rapport op voor deze vraag?

Lombard beweert dat Nederland een lagere groei heeft gehad ten opzichte van niet-euro landen als Zwitserland en Zweden. Enkele commentatoren (bijvoorbeeld Mathijs Bouman  en Jeroen de Boer) wijzen al op minimaal vier ongerijmdheden:

  1. de aangevoerde reden voor lage groei (loonmatiging): die heeft niets met de euro te maken.
  2. het gekozen ankerjaar 2001: die pakt ’toevallig’ slecht voor Nederland uit (1999 was logischer want toen werd de euro ingevoerd en zou het beeld al sterk doen veranderen).
  3. de vergelijking met de Zweden (die ’toevallig’ bijzonder slechte jaren achter de rug hadden door een bankencrisis).
  4. de gedachte dat NL een eigen wisselkoersbeleid zou voeren (voor de euro zaten we de facto aan de D-mark vast, erna ook).

Lagere groei? Zou best kunnen, maar is niet aangetoond.

Als de jongens van de Lombard nou slim waren geweest, hadden ze een scenario bedacht waarbij in 1999 de Neuro was ingevoerd door alleen de Noordelijke landen. Dat had waarschijnlijk achteraf gezien beter uitgepakt dan de euro, die stelling durf ik met de kennis van nu wel aan. Lombard berekent dat scenario wel (min of meer) maar in toekomstig perspectief waardoor ze in het moeras zakken van niet te berekenen exit kosten. Wilders had in dat scenario het establishment geloofwaardiger de mantel kunnen uitvegen en aan kunnen koersen op een harde aanpak van de zuidelijke landen. In plaats daarvan isoleert Wilders zich met zijn op nostalgie, glazen bollen en bewuste misleiding gebaseerde guldenwens. En Lombard had zichzelf niet belachelijk gemaakt met fantasieverhalen. Gemiste kans voor PVV fans. Opluchting voor de rest.

Spookprijs

(Een gastbijdrage van Marcel Canoy)

Stel je bent eigenaar van een sexy merknaam, bijvoorbeeld Heineken (avant la lettre). Heineken verkoopt links en rechts frisdrankjes en heeft wat lokale bekendheid. Probleem is dat je eigenlijk helemaal niet in staat bent deze merknaam op een hoger plan te tillen. Dan kom je toevallig ene Freddy in de kroeg tegen. Die blijkt grote plannen te hebben, maar zoekt een goede naam. Al snel smeden jullie samen een plan. Freddy mag de naam voeren en na drie jaar kijken jullie wat er van geworden is. Voortvarend als hij is, weet Freddy de naam Heineken met zijn bedrijf om te turnen tot een succesvol biermerk dat na drie jaar al enkele miljarden waard is.

Nu wil het toeval dat je een hekel aan bier hebt en jouw bedrijf niet wenst te associëren met dat product. Je wilt de naam dus graag terug na drie jaar. Maar wie betaalt wat voor deze transactie? Vreemd genoeg blijkt dit probleem geen redelijke oplossing te hebben. Het zou bijvoorbeeld erg onredelijk zijn als Freddy zijn naam om niet moet inleveren bij de eigenaar. Immers heeft hij flink geïnvesteerd in de naamsbekendheid en is de waarde van de merknaam vooral te danken aan zijn inspanningen. Omgekeerd zou het een beetje bizar zijn als jij een miljard moet betalen voor iets dat je al bezit en ook moeilijk kan verkopen (behalve aan Freddy misschien maar daarheb je geen zin in). Ook tussenoplossingen zoals 50-50 lossen niets op. En sowieso ben je vergeten de waarde van de merknaam te meten voor Freddy aan de slag ging en is de huidige waarde ook al niet makkelijk objectief vast te stellen, waardoor het niet eens duidelijk is waarvan je dan 50% zou moeten nemen. En als je het al geprobeerd had, was je er achter gekomen dat het beroepmerknaamtaxateur vrij zeldzaam is.

Vreemd, een normaal lijkende transactie, maar prijsvorming lijkt onmogelijk. Dit probleem had voorkomen kunnen worden als je de naam Heineken meteen aan Freddy verkocht had (en wie weet had je dan geschiedenis gemaakt), maar dat heb je nu eenmaal niet gedaan. Dan de huiskamervraag: falende prijsvorming duidt op marktfalen. Met welk marktfalen hebben we hier te maken?

Dit probleem heb ik nu met Ecorys, waar ik hoofdeconoom ben. Wij zijn de gelukkige bezitter van de domeinnaam economie.nl (tot ongenoegen van Marco en Thijs om een reden die niet moeilijk is te verzinnen). Wij kunnen als bedrijf deze naam niet goed exploiteren en zijn op zoek naar een goede huisvader. Maar wat als die huisvader er een gierend commercieel succes van maakt op een manier die ons niet aanstaat? Wat doe we dan na drie jaar?