De pensioenen

Het kon natuurlijk niet uitblijven: door de alsmaar dalende beurzen zijn nu ook de pensioenfondsen, eigenaars van een groot gedeelte van het aandelenvermogen, in moeilijkheden gekomen. Doordat hun financiƫle vermogen daalt en de rente laag is loopt de dekkingsgraad omlaag (dat is de verhouding tussen vermogen en pensioentoezeggingen). Dit had kunnen leiden tot een verdere verslechtering van de crisis, want een lage dekkingsgraad betekent doorgaans hogere premies en lagere uitkeringen. De lagere inkomens en het lagere nettoloon die daaruit volgen, dragen nog eens extra bij aan een conjuncturele neergang die toch al hevig is.

Had kunnen leiden, want een wijziging die een paar jaar geleden in de meeste pensioenen is doorgevoerd komt nu goed van pas. De NRC merkt het nogal achteloos op.

Ook werknemers worden getroffen door het niet verhogen van de pensioenen: hun opgebouwde pensioen groeit niet mee met de loonontwikkeling.

Dit komt omdat de meeste werknemers tegenwoordig een middelloonpensioen hebben en geen pensioen gekoppeld aan hun eindloon. Praktisch gezien betekent dit dat een gedeelte van de huidige tekorten wordt weggeboekt door de pensioenaanspraken van werknemers die nog lang niet met pensioen gaan, lager vast te stellen. Daar hebben die werknemers op dit moment veel minder last van dan bijvoorbeeld een premieverhoging. Een verdere stagnatie van de economie wordt daarmee voorkomen. Bovendien is de kans groot dat in de komende jaren het verlies weer wordt goedgemaakt als het op de beurs weer eens meezit.