In het bericht van Marco hieronder is het verloop van de werkloosheid over de tijd te zien. Merk op dat de werkloosheid niet helemaal naar nul gaat. Er is natuurlijk altijd een gedeelte frictiewerkloosheid, maar er is ook iets anders aan de hand. Stel dat je de (structureel) werklozen sorteert op geschiktheid voor de arbeidsmarkt. De beste zal, bij een kleine toename van de vraag, een baan vinden. Dat is de marginale werkzoekende. Als hij/zij de pool van werklozen verlaat neemt daarbinnen de gemiddelde geschiktheid voor de arbeidsmarkt af. De laatst overgeblevenen zijn het moeilijkst aan een baan te helpen.
Dit principe is zeer bekend in verschillende gedaantes. Managers kennen de 80-20 regel en het laag hangende fruit, economen natuurlijk de afnemende meeropbrengsten en wie te laat komt bij het buffet kan nog slechts salade eten.
Het principe geldt eigenlijk zo gauw er selectie plaatsvindt uit een groep met heterogene kenmerken. Landbouwgrond: eerst wordt de goede grond in gebruik genomen, waardoor het marginale stuk grond van slechtere kwaliteit is dan het gemiddelde. Spelers uit de wachtrij: als er op het schoolplein om en om een speler gekozen wordt neemt de kwaliteit in de rij af. En deze kwam ik vandaag tegen: de groep mensen in de VS die nu nóg rookt heeft een veel grotere fysieke verslaving aan nicotine dan degenen die al gestopt zijn.
Het is belangrijk om dit in gedachten te houden bij het maken van berekeningen. Wie bijvoorbeeld voorziet dat een sector over een paar jaar het dubbele moet produceren, zal een onderschatting maken als hij voorspelt dat er dan twee keer zoveel mensen nodig zijn.