De beslissing om een risico te lopen hangt af van de de grootte van het risico en de verwachte opbrengst. Als één van tweeën verandert, verandert ook de afweging. Op deze site hebben we dat vaak geïllustreerd met het Peltzman-effect, waarbij automobilisten gevaarlijker rijden als de auto veiliger wordt; een andere toepassing is de bereidheid meer risico te lopen op investeringen als de opbrengst later gedeeld wordt. In alle gevallen leiden ingrepen die de wereld veiliger maken (autogordels of verzekeringen) ertoe dat mensen zich meer risicovol gaan gedragen.
Ik moest hier gisteren aan denken toen ik dit stuk van avonturier Ben Saunders las. Hij onderneemt expedities naar de Noord- en Zuidpool, maar dat is lang niet meer zo moeilijk als honderd jaar geleden. Verbeteringen in materiaal hebben de expedities veel veiliger gemaakt.
Dus wat gebeurt er: de avonturier neemt meer risico. Met z’n tweeën op eigen kracht naar de pool, bijvoorbeeld, zwemmend tussen de ijsbergen. Of, zoals Saunders van plan is, lopen naar de Zuidpool. De verwachte opbrengst hiervan is vast minder groot dan in 1910 (dat was de eerste keer), maar uit het feit dat Saunders het zichzelf veel moeilijker maakt kunnen we afleiden dat de risico’s nog sneller zijn afgenomen.