Dit bericht gaat meer over kansberekening dan economie, maar veel economen zijn gemankeerde wiskundigen en dus is er vast iemand die mij hiermee kan helpen. Het volgende is het geval:
De Bulgaarse regering heeft een onderzoek gelast naar mogelijke fraude bij de de lotto. Bij twee opeenvolgende trekkingen, op 6 en 10 september, kwamen precies dezelfde zes getallen uit de bus: 4, 15, 23, 24, 35 en 42. De kans daarop is volgens de wiskundige Michail Konstantinov één op 4,2 miljoen.
Nou heb ik geen idee hoeveel balletjes er meedraaien in de Bulgaarse lotto, maar het zijn er in ieder geval 42. Er worden zes balletjes getrokken (zonder teruglegging) en dus zou de kans op een willekeurige rij volgens mij moeten zijn
Maar dat is één op de 5,2 miljoen. En als er meer balletjes meedraaien wordt die kans alleen maar kleiner. Waar zit de fout?
Volgens http://www.standaard.be/Artikel/Detail.aspx?artikelId=DMF20090916_054 zijn het 42 ballen, dus het lijkt er op dat de 4.2m een tikfout moet zijn. Volgens mij is de 5.2m juist.
Ja, de Belgen op die site komen ook op 5,2 mln uit. Maar wie vertelt het Konstantinov?