Open deuren

Geeft Den Haag teveel geld uit aan extern onderzoek? Enerzijds natuurlijk niet. Meer economische expertise inhuren, daar zijn we vaak een voorstander van. Anderzijds ook weer wel. Zo was er recent sprake van dat de politiek pomphouders wil verplichten hun prijzen op een website te publiceren. Op zich wat vreemd, want zo’n website is er al jaren. Leasemaatschappij Athlon heeft al sinds 2005 de benzineprijzen van bijna alle pompstations op haar website, dagelijks geupdate. Tegenwoordig is er zelfs een app voor uw mobiele telefoon.  Ook uw TomTom levert hoogstwaarschijnlijk actuele benzineprijzen. In Den Haag hadden ze dat blijkbaar allemaal nog niet door, maar gelukkig heeft minister Verhagen een onderzoeksbureau ingehuurd om het allemaal uit te zoeken. Gister stuurde hij de conclusie naar de kamer.

Uit onderzoek van onderzoeksbureau Ecorys blijkt dat via navigatiesystemen en smartphones de prijzen van meer dan 80 procent van de Nederlandse tankstations al vergeleken kunnen worden.

De prijspaal

Kees Verhoeven MP wil dat de overheid palen langs de snelweg plaatst met de benzineprijzen voor de komende vier tankstations. Zijn logica is aansprekend: “Benzine is benzine dus moet [de consument] de goedkoopste liter kunnen vinden”. De toerist kent dit soort palen van de Franse autoroute, waar ze meestal stuk zijn.

De houders van de tankstations zouden niet tegen het idee op zich moeten zijn. De meesten hebben immers wel een paal met hun eigen prijzen naast de weg staan. Je vraagt je af waarom er nog geen station is dat uit zichzelf met de prijs van het volgende station adverteert, zoals Albert Heijn dat doet.

Maar ik denk dat ik wel weet waarom de benzinestations geen trek hebben in de paal. Dat is niet alleen vanwege de oplopende concurrentie, die voor sommigen ook goed uit kan pakken. De stations hebben er de afgelopen jaren juist alles aan gedaan om benzine niet “overal hetzelfde” te maken. De consument trekt zijn spaarkaart, haalt een broodje, een krant en een bos bloemen en wordt al dan niet met een glimlach geholpen. Sommigen bieden zelfs extra kwaliteitsbenzine aan, hoewel het effect daarvan beperkt lijkt. Allemaal informatie die verloren gaat als het alleen om de prijs per liter handelt.

Het product is dus, alles in beschouwing nemend, niet echt homogeen. En dat verklaart misschien het gebrek aan burgerinitiatieven, die bij homogene producten meestal vanzelf van de grond komen. Sprekende voorbeelden zijn Kieskeurig en Tweakers Pricewatch, waar de consument kan kiezen welke handelaar een apparaat het goedkoopst bij hem thuis brengt.

Moet de overheid het in dit geval dan maar doen? Niet noodzakelijk, want ook voor niet-homogene producten kunnen verkliksystemen ontstaan, als de prijsverschillen maar hoog genoeg zijn. Zo is er langs de snelwegen al een signaleringssysteem dat consumenten zelf hebben opgericht en dat prima werkt: flitsservice.nl. Worden de prijsverschillen bij de pomp groot genoeg, dan komt het initiatief vanzelf van de grond.

Prijseffecten van benzineveilingen

Sinds 2002 worden elk jaar de huurrechten geveild van een aantal benzinestations langs de snelweg. Het idee was dat er op die manier meer concurrentie zou komen, en dus lagere prijzen. De grote maatschappijen hadden bovendien een reductieverplichting: zij moesten voor 2006 een aantal van hun stations langs de snelweg afstoten.

Vandaag verschijnt in economenvakblad ESB een onderzoek naar de prijseffecten van die veilingen, van de hand van onder meer ondergetekende. De conclusie?

De veiling van pompstations langs de snelweg als zodanig heeft dus geen effect op concurrentie. Pas wanneer deze gepaard gaat met een reductieverplichting, is een prijseffect [van zo’n 2%] waarneembaar. In de toekomst kan meer concurrentie worden bewerkstelligd door een nieuwe reductieverplichting, niet door de veilingen in hun huidige vorm.

Wie (werkt bij een instituut dat) een abonnement heeft, haalt hier een pdf-je. De echte liefhebber leest hier [pdf] het volledige onderzoek.