Het is bekend dat vrije markten en eigendomsrechten leiden tot een efficiënte allocatie, tenzij er iets misgaat. Marktfalen treedt bijvoorbeeld op bij externaliteiten, of als er een informatieprobleem is. Een ander bekend geval betreft producenten die iets maken dat makkelijk te kopiëren is, zoals uitvinders, schrijvers, programmeurs en muzikanten. In dat geval wordt het eigendomsrecht door de overheid extra bekrachtigd door middel van een patent of een auteursrecht, middelen die kopiërende partijen strafbaar stellen. De producent krijgt een tijdelijk monopolie in ruil voor zijn inspanning.
Hoe lang die bescherming moet duren, dat is een afweging tussen enerzijds het belang van het publiek en anderzijds de prikkel voor de producent. In het optimale geval wordt er veel gecreëerd en vervalt alles na verloop van tijd aan het publieke domein.
Je kunt je dus voorstellen dat het optimaal is om bepaalde beschermingen verlengen, om zo de prikkel voor de producenten te verhogen. Maar zoiets is alleen reëel als het gaat om rechten op nieuwe werken. Met het verlengen van het monopolie op oude werken is alleen de houder van de rechten gediend, en zeker niet het publiek.
Kortom. Dat plan om het copyright op muziek in de hele EU zo’n beetje te verdubbelen vanaf de huidige 50 jaar, en wel op alle bestaande opnames, dat plan is onzalig, een ernstige vorm van diefstal. Het Europees Parlement vergadert er binnenkort over. U kunt uw vertegenwoordiger vertellen dat hij of zij tegen moet stemmen, of een petitie tekenen. Wie weet helpt het.