Kijktip

Gisteravond bij Zembla en nu nog te zien bij uitzendinggemist: De bouwfraudezaak, vijf jaar na dato. De belangrijkste conclusies zijn als volgt. Zeer ruwe schatting van het totale voordeel dat de bouwbedrijven hebben behaald van hun kartel: zo’n 20 miljard euro. Totaal aan opgelegde boetes en schadevergoedingen: 400 miljoen euro. Aantal klokkenluiders dat blijvend nadelige schade heeft ondervonden van de zaak: 3. Aantal topmannen dat blijvend nadelige schade heeft ondervonden van de zaak: 0. Een kartel loont!

(Dank aan Linda en Bastiaan).

Vertaalprijsafspraken

Altijd weer komisch om te zien met welke argumenten beroepsgroepen aan komen zetten om het in de lucht houden van een kartel te rechtvaardigen. Vandaag de Vereniging van Letterkundigen die op aandrang van de NMa haar adviestarieven voor vertalers en auteurs toch maar laat varen. “De NMa beschouwt het literaire boek als een puur economisch product, maar dat is het niet”, sputtert de voorzitter. Daarmee lijkt ze te bedoelen dat de kwaliteit van het geleverde werk ook van belang is, maar daarin is deze branche bepaald niet uniek. Of deze: “Schrijvers en vertalers werken al ver onder de marktprijs”. Hoe ze die marktprijs dan definieert, blijft onduidelijk.

Maar verreweg de leukste is deze: “Het loslaten van de tarieven betekent uren van individuele onderhandelingen. Daar is niemand bij gebaat.” Precies. Dat is ook de reden dat ik altijd naar winkels ga die aangesloten zijn bij een kartel. Bij winkels die wel concurreren zit je alleen maar uren te onderhandelen over de prijs.

De vis wordt duur betaald

Het is in dit land verboden om een kartel te vormen. Daar zijn goede redenen voor. Als iedereen vrij en eerlijk concurreert, dan worden prijzen gelijk aan marginale kosten en krijgt iedereen de juiste prikkels om te consumeren en te produceren. Hoge prijzen afspreken komt neer op diefstal van de consument. De meeste producenten hebben inmiddels in de gaten dat de overheid daar zo over denkt. Als ze al afspraken maken, dan gaan ze zeker niet de media opzoeken om melding te maken van hun illegale praktijken. En de media gaan die illegale praktijken natuurlijk ook niet kritiekloos voor het voetlicht brengen. Zou je denken.

Welkom in de wereld van de garnalenvissers. De vissers zijn in een fatale prijsspiraal terecht gekomen, zo meldt RTV Noord.

De prijs op de afslag is laag. Daardoor moet er meer worden gevangen om nog iets te verdienen. En dat betekent meer aanvoer op de afslag en daarmee een verdere daling van de prijs.

Tja, dan ontkom je natuurlijk niet aan gezamenlijke vangstbeperkingen. Dat is de enige manier om die prijs weer omhoog te krijgen. Een stukje solidariteit tussen de vissers, meldde een van hen op de regionale TV. Alleen de NMa “zou nog roet in het eten kunnen gooien”, weet RTV Noord. Den Haag ook altijd. Ook andere kranten maken inmiddels melding van de kwestie, maar vertellen er niet bij dat de vissers besloten hebben hun vangst te halveren.

Via de link “NoordNieuws in RealVideo” op deze pagina is het nieuwsbulletin van TV Noord vandaag nog te zien. De onthutsende reportage start na 4:05.

(opnieuw dank aan Pim)

Bitumenkartel

In HP/DeTijd van afgelopen week een uitgebreide analyse van het bitumenkartel dat een paar weken geleden door de Europese Commissie is beboet. Het blad heeft beslag weten te leggen op het vertrouwelijke onderzoeksdossier van de EU. Bitumen is een belangrijk bestanddeel van asfalt en een bijprodukt van olieraffinage. Het kartel ging geraffineerd te werk. Olieproducenten zetten een hoge prijs aan wegenbouwers, maar gaven onder de tafel kortingen aan de grootste bouwers. Het hoge bedrag werd aan de overheid in rekening gebracht, en de extra winst die dat opleverde werd door alle betrokkenen verdeeld. Een olieproducent die betrapt werd op het ook korting geven aan kleinere wegenbouwers moest voor straf een hogere korting geven aan de grote jongens. Het kartel werd geleid door Shell, dat in interne stukken ook ongegeneerd over een kartel sprak.

HP/DeTijd heeft becijferd dat het kartel de Nederlandse belastingbetaler heeft benadeeld voor een slordige 200 tot 300 miljoen euro. Merkwaardig genoeg was het niemand opgevallen dat de prijs van bitumen in Nederland ongeveer 40% hoger was dan in de ons omringende landen. Toch is, in tegenstelling tot de bouwfraudezaak, een Grote Maatschappelijke Verontwaardiging uitgebleven. Ten onrechte. De commissie deelde 267 miljoen aan boetes uit. Wegenbouwers waren ‘geschokt‘. Dat is ongeveer hetzelfde als een bankrover die ‘geschokt’ is als hij na een kraak in de cel beland. Sterker nog, eigenlijk zijn die boetes natuurlijk veel te laag. Ze zijn immers ruwweg even hoog als het bedrag dat de deelnemers aan hun kartel hebben verdiend. Bij kartels geldt dus nog steeds dat misdaad loont. Zelfs als je wordt opgepakt.

Bellen in het buitenland

Met je mobiel naar het buitenland, het is net zoiets als een nachtclub bezoeken waar de consumpties worden afgestreept op een kaartje: je weet pas na afloop wat je kwijt bent, en dat is meestal meer dan gedacht.

Zelfs de EU, bekend voorvechter van de vrije markt, wordt het nu te gortig. Er wordt driftig voorgelicht en er dreigt zelfs een prijsplafond voor buitenlandse telefoontjes. Een laag plafond, trouwens: naar huis bellen uit het buitenland mag (3 keer de MTR plus 30% is ongeveer) €0,50 per minuut kosten.

Ingrijpen in de prijs, het is nogal wat. Volgens de commissaris zijn de huidige prijzen excessief, maar de bellers betalen ze toch echt vrijwillig. Nou ja, zo vrijwillig als de nachtclubbezoeker die vertrouwt op een redelijk tarief, maar dan in ieder geval zonder de alcohol. Toch wringt het, een overheidstarief; kan het niet anders?

Een goede oplossing zou het echte probleem aan moeten pakken, de reden waarom de analogie met de nachtclub opgaat: de klant kent de prijzen niet en weet niet hoe een andere aanbieder te kiezen. Het proces van zoeken naar de goedkoopste verloopt via een ingewikkeld menu op de telefoon, dat zo is ingericht dat klanten boven de 35 er gegarandeerd in vastlopen. En inderdaad, de EU pleit ook voor verplichte SMSjes met tarieven.

Maar hier is toch een betere oplossing mogelijk. Feit: het maakt de klant niets uit met welk netwerk hij belt, het product is volstrekt homogeen. Dus is zijn voorkeur ook bekend: kies altijd het netwerk met het laagste tarief. Maar waarom zou je dat de klant zelf laten doen, als de telefoon het ook kan? Verplicht het toestel bij aanvang van het gesprek een offerte van alle bereikbare aanbieders te vragen, en laat het automatisch het goedkoopste netwerk kiezen. Gegarandeerd dat ingrijpen in de prijs dan niet meer nodig is.

Betalingen kosten banken miljoenen

… luidt de alarmerende kop in het NRC. Hoezo dat? Uit onderzoek blijkt “dat banken vooral geld toeleggen op betalingen van consumenten. Vorig jaar leverden die een verlies op van 642 miljoen euro. Op creditcardbetalingen en internationale overboekingen leden de banken nog eens 89 miljoen euro verlies. Op het zakelijke betalingsverkeer in Nederland boekten de banken 708 miljoen euro winst.” Netto komen we dus uit op een bescheiden verlies van 23 miljoen euro, waarbij het bedrijfsleven de consument subsidieert voor een dikke half miljard, een bedrag dat zonder twijfel weer keurig wordt doorberekend aan de consument.

De conclusie? De consument moet meer gaan pinnen, vindt DNB, want dat is goedkoper. Uit de cijfers blijkt dat de kostenstructuur van het Nederlandse betalingsverkeer ongezond is, vindt de Nederlandse Vereniging van Banken. Beide conclusies lijken wat vreemd. Banken zetten immers zelf de tarieven voor het betalingsverkeer. Als ze er voor kiezen om die tarieven zo te zetten dat consumenten te weinig pinnen en een verlies van ruim 700 miljoen euro opleveren, dan is dat hun eigen keuze en dus hun eigen schuld. Dat heeft weinig met kostenstructuur te maken, maar alles met tarievenstructuur. Bovendien is een netto verlies van 23 miljoen maar een schijntje. Dat verdienen banken zo weer terug, bijvoorbeeld door de spaarrente niet te verhogen.

Hølland

Wouter Bos presenteert vandaag zijn visie op de verzorgingsstaat [pdf]: het moet allemaal meer Scandinavisch. Dat wil zeggen: geen belastingverlaging maar een grotere overheid met omvangrijke voorzieningen. Daarbij moet er ook weer geld van sterk naar zwak, of van werkend naar thuiszittend, zo u wilt.

Goed idee? Het hangt af van het vertrouwen dat je hebt in de overheid als het gaat om het doelmatig aanbieden van diensten. In Scandinavië gaat dat kennelijk goed, dus in principe kan het. Maar de overheid is een monopolie, en dus kost het je je keuzevrijheid. Het is in ieder geval hoopgevend om te zien dat Bos zich bezig houdt met de gevolgen van zijn plannen voor economische prikkels, en zich daarbij goed laat voorlichten.

In ander nieuws: het Deense WAO-beleid blijkt grotendeels geïnspireerd door het Hollandse model (maar echt tevreden is men nog niet).

Hou de hotspots gescheiden!

Vanaf deze week kunnen abonnees van KPN gebruik maken van hotspots van T-Mobile, en andersom. Via een hotspot kun je tegen betaling draadloos internetten. “Abonnees van de twee aanbieders kunnen daardoor in één klap op ongeveer het dubbele aantal plaatsen in Nederland terecht voor snelle draadloze toegang tot internet.” ronkt de Telegraaf. Misschien is het mijn cynische geest, maar van zulke berichten word ik altijd achterdochtig. Twee concurrenten die gaan samenwerken ten gunste van de klant, daar moet een addertje onder het gras zitten. In dit geval zitten er zeker twee.

Het eerste addertje. Stel dat er in Amsterdam twee plaatsen zijn waar veel geinternet wordt, een Grand Cafe en het Centraal Station. Stel ook dat op dit moment T-Mobile al een hotspot heeft in het Grand Cafe, terwijl KPN er eentje uitbaat op het Centraal Station. Beide bedrijven moeten nu een afweging maken. Om aantrekkelijk te zijn voor vaste klanten die een langdurig abonnement nemen, is het voor KPN van belang om ook internet te kunnen aanbieden in het Grand Cafe. Maar als KPN zelf een hotspot gaat aanleggen bij dat Grand Cafe, dan kan dat nadelig zijn. Er zijn immers ook gelegenheidsklanten, die slechts af en toe een uurtje draadloos internetten. Zo’n gelegenheidsklant zal gewoon zijn laptop openklappen en op dat moment beslissen bij welke aanbieder hij een uurtje internet aanschaft. Uiteraard kiest hij dan voor de goedkoopste aanbieder. Voor beide bedrijven is het daarom van belang dat ze niet op dezelfde lokatie allebei een hotspot hebben. Dat zou immers leiden tot scherpere concurrentie. Voor de aanbieders is het samenwerkingsverband dus ideaal: KPN kan haar vaste klanten internettoegang aanbieden in het Grand Cafe, zonder dat dat tot scherpere concurrentie leidt voor gelegenheidsklanten. Voor T-Mobile en het Centraal Station geldt uiteraard hetzelfde. Op die manier leidt het gezamenlijk aanbieden van hotspots tot minder concurrentie en dat is nadelig voor de klant.

Het tweede addertje. Ik weet niet hoe KPN en T-Mobile een en ander gaan verrekenen, maar waarschijnlijk zal dat gaan via wat in de telefoniewereld bekend staat als interconnectietarieven: KPN betaalt T-Mobile voor elke minuut dat een KPN-klant gebruik maakt van een T-Mobile hotspot, en andersom. Interconnectietarieven zijn een ideale manier om prijzen kunstmatig hoog te houden. Ga maar na: het tarief dat KPN aan de eindgebruiker vraagt, zal nooit lager zijn dan het tarief dat het aan T-Mobile betaalt. Door een kunstmatig hoog interconnectietarief af te spreken, kunnen beide bedrijven er zeker van zijn dat ze allebei een hoge prijs aan de eindgebruiker in rekening zullen brengen. En ook dat is nadelig voor de klant. Het is precies wat de mobiele telefonieaanbieders in Europa doen en waar de Europese Commissie nu een stokje voor gaat steken. Ironisch genoeg werd dat bekend op dezelfde dag dat KPN en T-Mobile aankondigden samen hun hotspots aan te gaan bieden.

Taxi!

De Nederlandse taxibedrijven, verenigd in KNV taxi, willen een verbod op het weigeren van korte taxiritten op taxistandplaatsen. Een chauffeur die zo’n kort ritje maakt, verdient maar een relatief klein bedrag, en moet vervolgens weer achteraan in de rij bij een standplaats aansluiten. Dat is blijkbaar niet aantrekkelijk. Liever wacht hij nog een tijdje tot zich een vette klant aandient.

Hier is duidelijk sprake van een inefficientie. Als een klant bereid is om voor een kort ritje te betalen, dan zou in een ideale wereld elke taxichauffeur daar dankbaar op moeten inspringen. De opbrengst van zo’n ritje is immers vele malen hoger dan de direkte kosten. Los je die inefficientie op door werkweigering te verbieden? Niet helemaal. Goed, het korte ritje wordt nu wel uitgevoerd. Maar een producent dwingen om tegen zijn wil zijn produkt te leveren, dat kan ook niet de ideale oplossing zijn. Bovendien is het maar de vraag of zo’n verbod wel gehandhaafd kan worden.

In een wereld waarin taxiritten efficient geprijst zijn, zal het een chauffeur geen snars uitmaken of hij nu een korte of een lange rit maakt. Beide ritten zijn dan even aantrekkelijk. Als dat nu niet het geval is, dan duidt dat er op dat er iets mis is met de tariefstructuur. Korte ritten zijn relatief te goedkoop, en lange ritten te duur. Als het starttarief van een taxirit wordt verhoogd en het kilometertarief wordt verlaagd, dan is iedereen gelukkig. Geen chauffeur zal nog een rit weigeren. Niemand hoeft zich druk te maken over het handhaven van een verbod. De taximarkt is weer keurig in evenwicht. Een verbod op ritweigering is niets meer dan symptoombestrijding.

Koop niet bij mij!

Sinds een paar maanden woedt er een hevige strijd tussen de NVM en website zoekallehuizen.nl De laatste wil het aanbod van alle makelaarssites in Nederland samenbrengen. Dat impliceert ook het doorlinken naar huizen die op NVM-site Funda worden aangeboden. De NVM stelt dat niet op prijs en heeft inmiddels zeven pogingen gedaan haar site te beveiligen tegen dit vermaledijde deeplinken. De zaak ligt nu bij de rechter. Zoekallehuizen beschuldigt NVM van misbruik van monopoliemacht. NVM beschuldigt zoekallehuizen van inbreuk op het auteursrecht.

Op zijn zachtst gezegd is het nogal vreemd dat de NVM haar aanbod op deze manier van de buitenwereld probeert af te schermen. Een NVM-makelaar verkoopt immers helemaal niets. Een NVM-makelaar fungeert als tussenpersoon die probeert de huizen van haar klanten aan de man te brengen. En die, zo mag je hopen, dat zo goed mogelijk probeert te doen. Niet dus. Wanneer u uw huis te koop aanbiedt via een NVM-makelaar, dan blijkt die makelaar er alles aan te doen om te voorkomen dat bepaalde aspirant-kopers er achter komen dat uw huis te koop staat. Dat is niet alleen misbruik van monopoliemacht, maar ook nog eens het duperen van je eigen opdrachtgevers.