Jan Pen

Als frisse jonge AIO op een Groningse receptie zag ik eens een ouder heerschap binnenlopen. Hij werd hartelijk begroet door de aanwezige hoogleraren en andere hotemetoten. Maar het duurde niet lang voor hij de oversteek maakte naar de andere kant van de kamer en zich bij het groepje AIO’s en postdocs voegde. Het was Jan Pen, emeritus hoogleraar en de bekendste econoom uit Stad en Ommeland, die eens kwam informeren waar de jonge onderzoekers zich zoal mee bezighielden. Er volgde een serieus gesprek over economie, ook dat nog, en de oude man had over alles een mening. Vanochtend meldt de krant zijn overlijden, 88 jaar oud.

p5251384
Foutje bedankt, de berichten over Pen’s overlijden zijn sterk overdreven. Desondanks staan we maar eens stil bij deze econoom.

Hoewel Pen duidelijk van voor mijn tijd was, was hij voor een hele generatie Nederlanders het prototype van een econoom. Ik keek eens naar een aflevering van Te land, ter zee en in de lucht waarin deelnemers met een voertuig een helling af moesten. Eentje had een bril op en een nogal ingewikkeld apparaat, waarop Jack van Gelder becommentarieerde “Ja ja. Nou nou. Kijk hem zitten. Tjonge! Jan Pen! Het is professor Pen!”

Zijn invloed op de Haagse politiek in de jaren 70 is bekend, zijn optreden in Hermans’ Onder Professoren ook. Maar de reden dat ik Jan Pen toch nog goed heb leren kennen is zijn geweldige schrijftalent, een zeldzaamheid onder economen. Zijn columns in het Parool waren altijd goed en de vele bundels daarvan zijn zeer de moeite waard. Veel vraag leek er overigens niet naar te zijn. Bij De Slegte lagen ze jarenlang voor weinig geld te koop.

Treffend, natuurlijk. Het belangrijkste onderwerp was voor Pen de betrekkelijkheid van economische groei. Van hem is het begrip selectieve krimp, en Groningse collega’s hoorde ik nog wel eens snoeven dat we van Pen allemaal “moesten gaan fluitspelen of zo”. Zoals dat gaat is het concept, gekoppeld aan de huidige crisis en “groen” stimuleringsbeleid weer helemaal actueel.

Jonge economen

Wij hadden het vlak na de jaarwisseling over het lijstje van meestbelovende jonge economen volgens The Economist.

RePEc komt nu ook met een lijstje, samengesteld volgens objectieve maatstaven, van alle economen die zich minder dan tien jaar geleden bij de online paperdienst hebben ingeschreven en dus wel jong zullen zijn. Geinig om te bekijken. Een uitleg over de achtergrond van de lijst staat hier.

Hier op 1: Marc Melitz, die ook al op het lijstje van The Economist stond. De enige andere naam die de top 10 van beide lijstjes gemeen hebben is Raj Chetty.

We zijn het eens

Ons economen wordt nogal eens verweten dat wij het nooit eens zouden zijn. Dit lijstje van tien dingen waar meer dan 75% van alle economen het over eens is laat zien dat dat helemaal niet waar is. Grotendeels.  Helaas wordt niet helemaal duidelijk waar de percentages vandaan komen, maar goed, het zal allemaal vast wel kloppen.

Ex aequo op nummer 1: huurregulering is geen goed idee, en protectionisme ook niet. Laten dat nu net twee stellingen zijn waar ook 100% van uw trouwe webloggers het mee eens is. [via]

Veelbelovend

Elke tien jaar geeft The Economist in het kerstnummer een overzicht van de meest veelbelovende jonge economen van pakweg onder de 35 jaar. Dat begon in 1988. Het lijstje van toen is nu nog steeds indrukwekkend: Summers, Sachs, Shleifer, Krugman, Mankiw, Grossman, Alesina en Tirole. Het lijstje van 1998: Kremer, Glaeser, Mulligan, Levitt, Hoxby, Ellison, Pesendorfer, Rabin en Laibson. Toch minder indrukwekkend dan het lijstje van tien jaar eerder, als je het mij vraagt. Zulke duidelijke sterren als toen zijn er nu niet meer, beweert het artikel.

Inmiddels zijn we weer tien jaar verder, en dus kwam The Economist met weer een nieuw lijstje. Daar zijn ze: Shapiro, Fryer, Duflo, Finkelstein, Chetty, Werning, Gabaix, en Melitz. [via]

En nu we het toch over veelbelovende economen hebben: de John Bates Clark Medal, de prijs voor de beste econoom in de VS onder de 40 (zie onze eerdere berichtgeving), gaat nu elk jaar uitgereikt worden, in plaats van eens per twee jaar.

Experts over de crisis

Op televisie zijn economen al meer dan een jaar bezig om uitleg te geven over de kredietcrisis. De laatste maand is er een vergelijkbaar circus op gang gekomen binnen het seminar-circuit van de verschillende universiteiten en instellingen waar professionele economen zich ophouden. Min of meer dezelfde experts als op tv praten dan een uurtje onder de titel The current crisis over hun inschattingen en lessen, ten overstaande van collega’s. Vaak zonder Powerpoint, zeker zonder model, maar in mijn ervaring tot nu toe informatief en zeer hoog gewaardeerd. De collega’s hangen er met de benen uit.

Wat zeggen de experts tot hun hoog opgeleide publiek? Net als op tv is er veel uitleg: wat gebeurt er precies, wat is de context? Daar zitten soms onverwachte inzichten tussen. Zo hoorde ik dat er in Nederland nooit een sub-prime crisis kan ontstaan, omdat de klanten voor dat type hypotheek allemaal in de sociale huursector zitten. Dat is toch een puntje voor deze door economen vaak verguisde sector. Verder is de consensus dat de financiële markten op dit moment wel gestabiliseerd zijn, maar dat er een gevaar is dat de aankomende recessie de afgezwakte financiële instellingen opnieuw een klap verkoopt.

Over die recessie zijn de sprekers het ook opvallend vaak eens: hij komt er, en het beste beleid voor Nederland is om de automatische stabilisatoren hun werk te laten doen (een beetje zoals in dit artikel betoogd). Op middellange termijn moeten alle noodmaatregelen (overheidsdeelnemingen, opgelopen staatsschuld etcetera) snel worden hersteld. Op lange termijn moeten we nog naar eens goed nadenken over wat er nu mis is gegaan. De bescheidenheid van de experts is een goed teken, want aan overhaaste conclusies heeft niemand iets. De dominante indruk is tot nu toe dat er de komende jaren veel nuttig werk voor economen is.

Trouwens, wie geen tijd heeft om de seminars af te lopen kan altijd on line meelezen. Dit is Paul Krugman over de crisis, en hier is Bob Solow.

Ellsberg

Af en toe kom je iets tegen over een econoom waarvan je denkt: Goh. Zo ook dit. Misschien wist u het al lang, maar voor mij was het nieuw.

De Ellsberg paradox is een bekend fenomeen uit de (vroege) gedragseconomie. Kort samengevat komt het er op neer dat mensen omgaan met onzekerheden op een manier die inconsistent is met nutsmaximalisatie.

Aan het begin van de jaren ’70 leidden de Pentagon Papers tot een grote politieke rel in de Verenigde Staten, en uiteindelijk tot het terugtrekken uit Vietnam. Het betrof een geheim onderzoek van defensie, dat eigenlijk ook geheim had moeten blijven, maar dat door een hoge ambtenaar werd gelekt naar de New York Times.

Welke ambtenaar verantwoordelijk was voor het lekken van de Pentagon Papers? Ene Daniel Ellsberg. Inderdaad, die van de paradox.