Versoepelen

Hoera, de PvdA versoepelt haar AOW-plan. Dat is sympathiek, want nu zijn de scherpe kantjes er vanaf. De burger kan gerust zijn.

Nou ja, tenzij de burger jonger is dan 45. Er valt namelijk niet zoveel te versoepelen aan de problemen rondom de AOW. De situatie is deze: er zijn beloftes gedaan over uitkeringen voor mensen ouder dan 65. Deze uitkeringen worden deels betaald door mensen jonger dan 65, en deels uit de algemene pot. Zoals het er nu voorstaat is er niet genoeg geld om aan de beloftes te voldoen.

Je kunt dat financieringsprobleem op verschillende manieren oplossen, maar dat is altijd een kwestie van herverdelen. In de grond zijn er twee mogelijkheden: de ouderen krijgen minder (de uitkeringen gaan omlaag, worden bevroren, of de ouderen betalen mee zodat de netto-uitkering omlaag gaat: fiscalisering) of de jongeren betalen meer (geen fiscalisering, en dus de AOW-premie omhoog).

De PvdA heeft nu, onder invloed van de 65-plusser Marcel van Dam, gekozen voor de tweede optie. Dat kan, er zijn zelfs goede redenen voor te bedenken. Maar het is een verschuiving van de kosten van gepensioneerden naar werkenden, van oud naar jong. Een versoepeling is het pertinent niet.

Vergrijzing en de warmte

Twee zekerheden voor de toekomst: hogere temperaturen en vergrijzing. Het is een hedendaagse variant op death and taxes, maar nu blijken al die zekerheden ook nog samen te hangen. Want zie: bij een warme julimaand loopt het sterftecijfer op. Vooral ouderen zijn de dupe van de tropische temperaturen.

Zorgt klimaatverandering nu voor minder vergrijzing? Immers, vergrijzing komt onder meer door lagere sterftecijfers, en klimaatverandering zorgt (via hete zomers) voor een verhoging van de sterfte onder ouderen. Dat is moeilijk te zeggen, want het verlies in de zomer wordt misschien wel weer goedgemaakt in de winter: een minder koude winter zorgt ervoor dat meer ouderen de zomer überhaupt halen.

Kijk voor de grap eens naar deze figuur over de mortaliteit (de kans op overlijden) gedurende het jaar. Duidelijk is te zien dat de invloed van de seizoenen afneemt, iets wat we ongetwijfeld op het conto van de centrale verwarming en de schapenwollen deken mogen schrijven. Maar nog steeds is de winter een gevaarlijker seizoen dan de zomer. Als de verschillen in mortaliteit alleen veroorzaakt worden door het weer, mag het dus nog wel wat warmer worden.

CDA-jongeren willen af van 65-pluspas

Eerder deze week werd bekend dat het CDJA de seniorenpas wil afschaffen. Ouderen worden immers steeds rijker en daarom is deze pas niet langer nodig. De afschaffing van de seniorenpas kan de overheid tientallen miljoenen euro’s per jaar opleveren, denken de jongeren. Helaas. Dat is waarschijnlijk niet het geval. Sterker nog, afschaffing van de kaart kon wel eens geld gaan kosten.

Hoezo? Neem het openbaar vervoer. Een monopolistische buslijn zou graag willen prijsdiscrimineren. Consumenten met een lage prijselasticiteit moeten dan een hogere prijs betalen dan consumenten met een hoge prijselasticiteit. Op die manier kan een monopolist nog meer winst halen dan wanneer hij iedereen dezelfde prijs in rekening brengt. Bejaarden zijn typisch zo’n groep met een hoge prijselasticiteit. Hun vraag naar openbaar vervoer zal immers veel sterker afhangen van de prijs, dan de vraag van mensen die voor hun werk met de bus heen en weer moeten. Zelfs als het rijke bejaarden zijn. Het plan van het CDJA komt neer op een situatie waarin het busbedrijf niet meer mag prijsdiscrimineren. In het geval van een monopolist betekent dat een lagere winst. In het geval van openbaar vervoer zou dat wel eens kunnen leiden tot minder inkomsten van passagiers, en dus hogere subsidies om de bussen in de lucht te houden.

De denkfout lijkt dat het CDJA impliciet veronderstelt dat ouderen net zo veel gebruik van het openbaar vervoer blijven maken als de prijs verdubbelt. Natuurlijk is dat niet het geval.

(Dank aan Pim voor de tip)

Pensioenen

Er is een onderzoek gedaan naar de ideeën van jong Nederland over pensioenen. Trefwoorden: dubbeltje, eerste rang. Het gezaghebbende dagblad nu.nl schrijft:

Ruim 40 procent van de jeugd wil tussen 6 en 10 procent van hun brutoloon opzij zetten voor hun oudedagsvoorziening en ruim eenvijfde niet meer dan 5 procent, terwijl alleen al de AOW-premie 18 procent van het brutosalaris bedraagt.

Je hoopt (voor hun eigen bestwil) dat deze jongeren er voorlopig niet achterkomen dat van die 18% AOW-premie exact nul procent naar hun eigen pensioen gaat; de AOW is een omslagstelsel waarbij de werkenden het inkomen van de gepensioneerden opbrengen. De stichting pensioenkijker, die beter zou moeten weten, stelt het precies zo in haar persbericht (pas op, MS Word document!).

Je kunt twee verschillende conclusies trekken uit de enquête: of de jeugd is optimistischer dan die zure handelaren op de beurs (wie van z’n 18e tot z’n 65e 5% opzij zet en verwacht met dat vermogen een jaar of 80 te worden, rekent op een reeël rendement van 4,5%) of ze heeft een hoge discount rate, economentaal voor onverschilligheid over de toekomst. Zegt u het maar.