Polen

Nu verschillende Oost-Europese landen bij de EU horen zouden hun onderdanen in principe de Nederlandse arbeidsmarkt mogen betreden. Er is op dit moment een speciale wet die dat verbiedt, uit vrees dat grote aantallen Polen en Tsjechen zullen zorgen voor werkloosheid onder Nederlanders. De vraag is of die wet moet worden ingetrokken. Sommige politici zijn voor, anderen laten hun oordeel afhangen van een te verschijnen rapport over de gevolgen. Dat rapport is nu uitgelekt, en er staat in dat het aantal immigranten op kan lopen tot 72.000 per jaar.

Geen onderwerp zo hachelijk als economische immigratie, zie bijvoorbeeld het reactiepanel bij de Telegraaf. De oneigenlijke argumenten vliegen je om de oren, van hilarisch tot weerzinwekkend. Belangrijk om bij het lezen van dit commentaar in het achterhoofd te houden is dit: er is geen vast aantal banen. Wie denkt dat elke Pool een baan afpakt van een Nederlander begaat zich aan de Lump of Labor fallacy, een bekende denkfout. Immers, als het aantal inwoners van een land toeneemt, neemt de arbeidsvraag toe. Hoe zouden we anders tot 16 miljoen zijn gegroeid zonder massale werkloosheid?

Voor een kloppende analyse leggen we ons oor beter te luisteren bij de expert uit het land de meeste immigranten per jaar, de econoom Borjas uit de VS. Hij zegt dat er twee belangrijke effecten van immigratie zijn: ten eerste gaat het gemiddelde inkomen er een klein beetje op vooruit door het toegenomen arbeidsaanbod. Dat is positief voor iedereen. Ten tweede is er een herverdeling van mensen zonder opleiding naar goed opgeleide werknemers en kapitaalbezitters. Dat is slecht voor die eerste groep.

En daar zit ‘m de kneep: het is mogelijk om de slecht-opgeleide Nederlander te compenseren door een extra progressieve belasting, maar de vraag is of dat gebeurt. Bovendien legt het Amerikaanse onderzoek de nadruk op veranderingen in de loonvoet, terwijl we in Nederland eerder effecten op de werkloosheid zullen zien. Het wachten is op het verschijnen van het daadwerkelijke rapport om eens te kijken hoe de onderzoekers dat oplossen.

Veiligheid

Het gaat niet goed met verkeersdeelnemers zonder auto om zich heen. Ze worden regelmatig aangereden en daarom moeten autorijders beter opgeleid worden. Een logische relatie tussen de nieuwsberichten vandaag, nietwaar?

Niet helemaal. De Britse econoom en schrijver Tim Harford legt in een prachtig stuk het ware probleem bloot: de auto’s van tegenwoordig zijn veel te veilig. Voor de bestuurder, in ieder geval. Airbags, gordels en kooiconstructies zorgen ervoor dat de persoon achter het stuur tegenwoordig een veel kleinere kans op verwondingen loopt dan een aantal jaar geleden. En die kennis beïnvloedt het gedrag van bestuurders, die ervoor kiezen om meer risico te nemen in het verkeer. Die gedragsverandering doet een gedeelte van de veiligheidsmaatregelen teniet, en is rampzalig voor de overige verkeersdeelnemers.

De oplossing? Maak autorijden weer risicovol. Zonder gordel en met de airbag uit let de bestuurder tenminste een beetje op.

Voetbal is ook zo duur geworden

Stel, u verkoopt uw huis. U heeft geluk. Twee gegadigden zijn bereid de vraagprijs te betalen. U besluit uw huis te verkopen aan de hoogste bieder. De ene liefhebber biedt 2 ton. De ander biedt maar liefst 2,5 ton. Duidelijke zaak. Maar net als alles in kannen en kruiken is, krijgt u een telefoontje van de hoogste bieder. De prijs van uw huis is wel erg hoog geworden, laat hij weten. Daarom lijkt het hem redelijk als ook die hoognodige renovatie bij de koop is inbegrepen. Anders kan het immers niet uit. U reageert furieus. Hoezo, de prijs van het huis is wel erg hoog geworden!? Dat is nota bene de prijs die hij zelf geboden heeft! Niemand zal zo’n redering accepteren.

Toch is dat precies de redenering die vorige week door John de Mol werd opgehangen. Talpa wil dat de voetbalrechten per competitie gebundeld worden. Immers, “anders zijn de investeringen van tientallen miljoenen euro’s niet meer terug te verdienen”. Precies: de voetbalrechten zijn zo duur geworden, dat het niet meer uit kan. Dat die prijs precies het bedrag is dat Talpa zelf op een veiling heeft geboden, dat vergeet de zender voor het gemak even.

Splitsing

Wie tegenwoordig nietsvermoedend een reclameblokje meepikt, loopt zo maar de kans geconfronteerd te worden met een TV-spot waarin hel en verdoemenis wordt voorspeld als de energiebedrijven worden gesplitst. De website www.splitsingnee.nl geeft meer informatie. De campagne ageert tegen het voornemen van het kabinet om de verkoop en de distributie van elektriciteit onder te brengen in afzonderlijke bedrijven. Splitsing dus. Toegegeven, of splitsing verstandig is, is een lastige vraag. Er zijn genoeg weldenkende economen die vinden dat het geen goed idee zou zijn. Maar als je de opruiende en ronduit volksverlakkende teksten op www.splitsingnee.nl leest, dan zou je spontaan voorstander van splitsing worden.

Het belangrijkste argument? Op dit moment zijn de energiebedrijven in handen van vriendelijke landgenoten die absoluut het beste met u voor hebben. Maar als de splitsing doorgaat, zullen al die bedrijven in handen vallen van Boosaardige Buitenlanders. En “je moet er toch niet aan denken dat onze energievoorziening straks wordt aangestuurd vanuit Brussel, Parijs of Berlijn!”. En “als die buitenlanders [sic] te weinig investeren in centrales, kan er (af en toe) nog een tekort aan elektriciteit ontstaan ook”. Ze schrijven het echt. En “als grote buitenlandse ondernemingen energie leveren, hebben we zelf niks meer te zeggen over de prijs. Die wordt voortaan in Düsseldorf, Parijs of Londen bepaald. ” En dat terwijl we nu als Nederlands volk gewoon samen die energieprijs bepalen. Gelooft u het zelf? En dit is ook een hele fijne: “Wie wel eens in Frankrijk heeft gekampeerd, weet uit ondervinding dat daar de kans op stroomuitval groter is dan bij ons.” En bovendien: “Het is slecht voor de werkgelegenheid. Duizenden banen gaan verloren.” Dat is grappig, want er wordt ook beweerd dat de energiebedrijven “buitengewoon efficiënt werken”. Toch merkwaardig, dat splitsing dan tot banenverlies leidt. Blijkbaar kan het dus toch efficiënter.

Een belangrijk argument voor splitsing is dat een energiebedrijf nu haar eigendom van het distributienetwerk kan misbruiken om het concurrenten op de consumentenmarkt lastiger te maken. Concurrenten hebben immers toegang tot het distributienetwerk nodig hebben om ook elektriciteit te kunnen verkopen. De netwerkeigenaar kan bijvoorbeeld een kunstmatig hoge prijs zetten voor toegang tot het netwerk, of aansluitingen van de concurrent net even iets trager tot stand brengen. Elke verstandige onderneming zou dat proberen, al is het niet netjes. KPN deed het regelmatig op de telefoniemarkt. Maar de energiebedrijven, moderne Robin Hoods als ze zijn, zullen dat natuurlijk nooit doen. Dat zijn “verdachtmakingen” van “valse streken” waar de minister “nimmer ook maar enig bewijs voor [heeft] weten aan te dragen”. Waar die minister het lef vandaan haalt om te beweren dat die geprivatiseerde energiebedrijven straks hun winst gaan maximaliseren, je begrijpt het niet.

Anoniem solliciteren

De gemeente Nijmegen, zo werd afgelopen woensdag bekend, wil sollicitanten anoniem laten solliciteren om discriminatie van allochtonen te voorkomen. Een sympathiek plan. Maar werkt het ook?

Economen onderzoeken alles, en dus ook het effect van namen op de kans om opgeroepen te worden voor een sollicitatiegesprek. Bertrand en Mullainathan reageerden op een groot aantal personeelsadvertenties in Boston en Chicago. Ze verstuurden fictieve sollicitatiebrieven met fictieve CV’s. Voor de ene helft van hun ‘sollicitaties’ gebruikten ze een naam die vooral onder blanken voorkomt, voor de andere helft een naam die vooral onder zwarte Amerikanen populair is. Wat bleek? De blanke sollicitanten mochten zo’n 50% vaker op gesprek komen dan de zwarte sollicitanten. Dat lijkt te pleiten voor het Nijmeegs initiatief.

Maar goed, het opgeroepen worden voor een sollicitatiegesprek is slechts een eerste stap op weg naar een baan. Of op weg naar een succesvolle carriere. Wanneer zo’n anonieme sollicitant eenmaal op gesprek toch een allochtoon blijkt te zijn, dan zal een beetje discriminerende personeelschef immers alsnog iemand anders uitkiezen, zo zou je kunnen redeneren. Als het hebben van een minderhedennaam echt je kansen op de arbeidsmarkt verkleint, dan zouden mensen met zo’n naam uiteindelijk minder verdienen. En ook dat is onderzocht. Fryer en Levitt vinden dat, opnieuw in de VS, een zwarte met een zwarte naam gemiddeld hetzelfde verdient als een zwarte met een blanke naam. Namen hebben blijkbaar dus geen invloed op de arbeidsmarktpositie.

Conclusie. Als de situatie in Nederland vergelijkbaar is met die in de VS, dan zal anoniem solliciteren er inderdaad toe leiden dat meer allochtonen worden opgeroepen voor een sollicitatiegesprek. Maar of allochtonen daarmee ook een betere positie op de arbeidsmarkt krijgen, valt nog te bezien.

Topmannen krijgen opties

Bestuurders van Nederlandse ondernemingen verdienden vorig jaar 34 miljoen euro met het verzilveren van hun opties. Dat is bijna drie keer zo veel als een jaar eerder, zo meldt de Volkskrant afgelopen zaterdag. “Opties in het eigen bedrijf zijn helemaal terug als beloning voor topmannen”, concludeert de krant dan ook. En ook het ANP weet dat opties “weer vaker deel uit van het beloningspakket van bestuurders.”

Niet dus. Tenminste, uit de cijfers van de Volkskrant zijn die conclusies niet te trekken. De krant constateerde slechts dat topmannen vorig jaar 34 miljoen euro verdienden aan het verzilveren van opties, tegen ruim 13 miljoen euro in 2004. Maar dat gaat over de opties die topmannen verzilveren, niet over de opties die ze uitgekeerd krijgen.

Een optie is het recht om een aandeel tegen een bepaalde koers te kopen. Stel, een topman heeft een optie om een aandeel tegen 100 euro aan te kopen. Is de koers van het aandeel 110 euro, dan is zo’n optie dus 10 euro waard. Maar is de koers 130 euro, dan is zo’n optie al 30 euro waard. De waardeschommelingen van een optie zijn dus veel sterker dan de koersschommelingen van het aandeel. Nu zijn de koersen op de Amsterdamse beurs in 2005 ruim 25% gestegen. In 2004 bedroeg de stijging een schamele 3%. De waarde van een bepaald optiepakket in 2005 kan dus makkelijk een veelvoud zijn van de waarde in 2004.

Wat leren we dus van de verdrievoudiging van de waarde van verzilverde opties in 2005? Eigenlijk helemaal niets. En al helemaal niet dat opties weer vaker deel zouden uitmaken van het beloningspakket van bestuurders.

Boeteverzekering

Een kleine mediahype, afgelopen zaterdag: het radionieuws en teletekst openen ermee, internet zoemt rond, politici spreken schande. Wat is er aan de hand?

Een Zweeds bedrijf blijkt verzekeringen aan te bieden voor verkeersboetes, en wil dat ook in Nederland gaan doen. Het principe: u betaalt een jaarlijkse premie en het bedrijf neemt, onder bepaalde voorwaarden, uw snelheidsboetes over. Schande, roept tout Den Haag. De Nederlander mag niet straffeloos met 150 langs de flitspaal.

Maar laten we even het hoofd koel houden. Bisso, het bedrijf in kwestie, rekent € 30 per jaar en dekt twee boetes, tot 15 km/h in de bebouwde kom en tot 30 km/h op de snelweg, met 15% eigen risico. De boetetabel geeft aan dat die boetes lopen van € 14 tot € 149. Ervan uitgaande dat onder de 10 km/h niet geflitst wordt is dat gemiddeld € 50 in de bebouwde kom en € 85 op de snelweg. Bisso gaat er dus vanuit dat de gemiddelde bestuurder minder dan één keer per twee jaar geflitst wordt.

Dat is misschien wel zo, maar er spelen twee dingen tegen de Zweden: ten eerste zal de groep die zo’n verzekering neemt meer dan gemiddeld te snel rijden, en ten tweede zullen houders van zo’n verzekering minder behoedzaam omgaan met het gaspedaal. Voor economen: endogene selectie en moral hazard spelen een rol. Reken dus maar dat die premie binnen de kortste keren omhoog gaat. Bisso is tenslotte geen liefdadigheidsinstelling.

Dan gebeurt er iets moois: voor de groep bestuurders die het minst vaak te hard rijdt, wordt de verzekering te duur. Ze moeten meebetalen aan de boetes van notoire hardrijders en zijn goedkoper uit als ze zichzelf verzekeren. Die houden er dus mee op, en daarmee stijgen de gemiddelde kosten. Opnieuw moet de premie omhoog, en zo voort totdat uiteindelijk niemand meer mee wil doen. Het is een omgekeerde Market for lemons, waarmee Akerlof de Nobelprijs won (eigenlijk zouden Zweden dat moeten weten). De beste reactie voor bezorgde politici is dus: even wachten, het lost zichzelf op.

De prijs voor de domste opmerking over dit onderwerp gaat overigens naar kamerlid Van der Ham, D66:

Het kan niet zo zijn dat mensen met een dikkere portemonnee op zo’n manier onder boetes uitkomen.

Hah! Niet alleen heeft inkomen hier natuurlijk helemaal niks mee te maken, de verzekering biedt juist arme mensen de kans om ook eens lekker te scheuren op kosten van een ander.

Economie en voetbalkaartjes

Deze zomer vindt het WK voetbal plaats. In totaal zijn er 812,000 toegangskaarten beschikbaar. De organisatie beweert dat ze, bij de geldende prijzen, zeker 9 miljoen kaarten had kunnen verkopen. Economen vinden dat vreemd. Als de vraag zoveel hoger is dan het aanbod, waarom gaat de prijs dan niet gewoon omhoog? Als de organisatie wat slimmer was geweest, dan had ze die kaartjes gewoon bij opbod verkocht. De totale opbrengst was dan een stuk hoger, en de kaartjes waren terecht gekomen bij degene die bereid zijn er het meest voor te betalen, in plaats van bij degene met het meeste geluk. Maar goed. De organisatie zal ongetwijfeld goede redenen hebben gehad om het op deze manier aan te pakken.

Er zijn echter nog meer economische inefficienties bij de verdeling van de kaarten. Neem bijvoorbeeld de kaartjes voor een kwartfinale. Als Oranjefan wilt u natuurlijk graag de kwartfinale bijwonen waar Nederland in speelt. Alle andere kwartfinales interesseren u een stuk minder. En dat is een probleem: op het moment dat de kaartjes moeten worden aangeschaft, is immers nog niet bekend in welke kwartfinale het Nederlands Elftal speelt. Als ze die kwartfinale al halen.

In de VS hebben ze daar iets op gevonden: de Fan Forwards. Een futures markt waarop je kan handelen in kaartjes voor bijvoorbeeld de Superbowl. Maar met een interessante twist. Een voorbeeld. De “Fan Forward Chicago Bears in SuperBowl XL” doet momenteel $425. Voor die $425 koop je het recht om Superbowl XL bij te wonen – maar alleen als de Chicago Bears die wedstrijd halen. Is dat niet het geval, dan heb je helemaal niets. Eigenlijk koop je dus een optie op de gebeurtenis dat de Chicago Bears de Superbowl halen. De prijs van een Fan Forward is afhankelijk van twee factoren: de kans dat een team de Superbowl haalt, en de vraag naar tickets wanneer dat team inderdaad de Superbowl haalt. Zo kost een “Fan Forward Denver Broncos in Superbowl XL” slechts $175. Fan Forwards zijn verhandelbaar. Zelfs als je niet eens van plan bent de Superbowl bij te wonen, kan je op de markt dus nog een leuke speculatiewinst halen.

Het lijkt een interessante optie voor de WK 2010. Wie fan is van, ik zeg maar wat, Liberia, zal graag zijn favorieten zien schitteren in de finale van dat toernooi. Als ze die finale halen natuurlijk. Zo’n fan koopt nu voor een bescheiden bedrag de “Fan Forward Liberia in World Cup Final 2010”. Als die verhandeld zouden worden tenminste.

Deflatie!

Inflatie is de vijand van het volk. Ga een willekeurige bar binnen, vraag wat de clientèle vindt van de prijsontwikkeling en u hoort het zelf. Maar hoe zou men het vinden als de prijzen alsmaar zouden dalen? Geen in-, maar deflatie. Klinkt goed, niet?

Vreemd genoeg blijkt deflatie één grote ellende. Wetende dat prijzen constant dalen, zien slimme mensen in dat ze beter kunnen wachten met de aanschaf van allerlei goederen. Daardoor loopt de omzet van winkels terug, waardoor die moeten besluiten de prijzen nog verder te verlagen. Het proces houdt zichzelf dus in stand. Ondertussen zijn mensen met schulden de klos, want het wordt steeds moeilijker genoeg te verdienen om die af te betalen. Na een tijdje komt de economie in een depressie. De ECB heeft aangegeven alles te doen om deflatie te voorkomen.

Af en toe kom je een mini-deflatie tegen in de praktijk. De onderstaande foto maakte ik vandaag in de supermarkt. U leest het goed: men kondigt een toekomstige prijsdaling aan. De onderliggende tafel mandarijnen was nog helemaal vol.

dalende prijzen

Leegstand

Er staat in Nederland 6,3 miljoen m2 kantoorruimte leeg, 8% meer dan eind vorig jaar. Volgens een rapport uit de koker van een makelaar is loopt de vraag naar kantoorruimte echter ook op, zodat de toename van de leegstand binnenkort voorbij is. Goed nieuws!

Het zijn berichten als deze die mij ‘s nachts wakker houden. Wat is er toch mis met die vastgoed-types? Hun dure kantoren staan leeg, brengen helemaal niets op, en ondertussen vertellen ze aan iedereen die het horen wil dat het prima gaat. Waarom niet de huurprijs wat verlaagd, totdat zich een klant meldt? Het is toch altijd beter om je kantoor voor iets minder te verhuren dan het twee jaar leeg te laten staan, zoals al voor de helft van het aanbod geldt? Een nachtje woelen bracht mij niet echt verder; ik kom tot de volgende mogelijke verklaringen:

  • Collusie. Er is een type aanbieder dat met opzet de prijs (te) hoog houdt en toch de maximale winst behaalt: monopolisten. Als er genoeg kantooroppervlakte in handen van een paar aanbieders is, kan het voor die groep optimaal zijn om afspraken over de prijs te maken. Dat zou tot leegstand kunnen leiden. Niet erg waarschijnlijk, gezien de aantallen marktpartijen. Ook strafbaar.
  • Optiewaarde. Een kantoor verhuren voor een lagere prijs betekent ook dat je waarschijnlijk afziet van de optie om het volgend jaar te verhuren voor een hogere prijs. Huurverhogingen of uitzetting zijn lastig en duur, en als je verwacht dat de vraag binnenkort toeneemt kan het optimaal zijn om daarop te wachten. Resultaat: leegstand. Dit lijkt mij de meest waarschijnlijke verklaring. Daarbij geldt ook:
  • Loss aversion. De kantorenbezitter die de huurprijs halveert moet aan zichzelf (of zijn baas) toegeven dat eerdere verwachtingen niet uitgekomen zijn. Het is bekend dat mensen een hekel hebben aan dit soort verliezen, en liever irrationeel wachten dan dat ze hun ongelijk toegeven. Vergelijkbaar geval: bezitters van gekelderde aandelen die geloven dat ze geen verlies hebben, zolang ze de aandelen maar niet verkopen.

Het is wat mager, maar verder kom ik niet. Commentaar is welkom.