Coase is dood

Met 102 jaar was hij de oudst nog levende Nobelprijswinnaar, en bovendien een van mijn grote helden, maar Ronald Coase is niet meer. Mooi stuk hier. Nog niet eens zo lang geleden schreven we nog over hem.  Vaste lezertjes kennen hem natuurlijk ook van onze onregelmatig verschijnende reeks Coase is overal. meer in onze archieven over hem hier.

Wat vooral briljant aan de man was dat hij uitermate diepe inzichten volledig intuitief en verbaal kan kon weergeven, waarop anderen vervolgens aantoonden dat het allemaal wiskundig nog keurig klopte ook. Denk met name aan het Coase conjecture, dat in essentie zegt dat een producent van duurzame goederen in het meest extreme geval helemaal geen monopoliemacht heeft, omdat slimme consumenten gewoon afwachten tot hij de prijs gaat verlagen, later formeel aangetoond in dit artikel.

Uiteraard is Coase vooral bekend om twee artikelen: the Nature of the Firm (geschreven op zijn 25e!) en met name The Problem of Social Cost: als er vrij onderhandeld kan worden in een frictieloze wereld, zijn externe effecten geen probleem en komt er toch wel een efficiënte uitkomst tot stand, ongeacht de aanvankelijke verdeling van eigendomsrechten. Zie eerder bijvoorbeeld  hier. The Economist had een mooi artikel bij zijn 100e verjaardag.

Ik liep de man ooit tegen het lijf (letterlijk, vrees ik) op een conferentie in 1998, en toen was hij al heel oud.

De buurjongetjes van Osama

Op het internet doen curieuze verhalen de ronde over hoe Osama Bin Laden zijn schuilplaats geheim hield.  Zo meldde CNN dat buurjongetjes wiens bal over de omheining vloog, gecompenseerd werden met een klein geldbedrag zodat ze niet binnen de omheining hoefden om hun bal weer op te zoeken.

Dat doet een beetje denken aan het beroemde verhaal van Coase: boeren die gecompenseerd worden wanneer de vonken van langsrazende treinen hun gewassen afbranden, zullen daar misbruik van maken door hun gewassen juist zo dicht mogelijk bij de spoorlijn te planten.

En inderdaad: de New York Times meldt dat buurjongetjes daarop hun ballen expres over de omheining werkten.

Winkeltjes als beschermd stadsgezicht

De SP roept op tot een maximale huurverhoging voor “kleine winkeliers en authentieke zaakjes” om te voorkomen dat zij als de wijk wordt opgeknapt, de tent moeten sluiten. Het idee is dat deze zaken een functie hebben buiten het aan de man brengen goederen en diensten. De vriendelijke glimlach van de winkelier, het authentieke voorkomen van de zaak, het zijn externe effecten waar de wijk baat bij heeft maar waar de winkelier geen geld voor krijgt.

Het idee doet denken aan de (iets grotere) problematiek van de Europese boeren. We zien graag een koe in de wei en een boerenknecht die langzaam met een praam door de vaarten dregt. Maar voor die diensten krijgt de boer niets, en dus verdwijnt de praam en verrijzen grote stallen in het landschap. Wat hieraan te doen?

Het antwoord ligt natuurlijk bij Coase. Bij externe effecten is het efficiënt om een contract te sluiten tussen de betrokken partijen waarbij iedereen krijgt wat hij/zij wil. Dat kan alleen als de eigendomsrechten goed vastliggen.

Voor beide problemen is dat hier het geval. De landschapsconsument ziet zich vertegenwoordigd door de staat, die boeren betaalt om aan landschapsbeheer te doen. Een directe betaling voor een dienst, dat is efficiënter dan het beïnvloeden van bijvoorbeeld de melkprijs zoals Europa jarenlang deed. En ook voor wat betreft de winkeliers kan het best nuttig zijn om de externe effecten contractueel te compenseren door te betalen voor het drijven van een authentieke winkel. Maar om dat te doen door in te grijpen in de huurprijs, dat lijkt een slecht idee. Daarmee wordt namelijk de verhuurder gedupeerd, en die is geen partij bij de externe effecten. Dat heeft weer gevolgen voor de bouw van nieuwe panden en de kansen van toekomstige kleine winkels. Want wie verhuurt nog aan een kleine winkelier als daarmee de toekomstige huur gemaximeerd wordt?

Het is een voorbeeld van zichtbare en onzichtbare kosten: een directe subsidie voor authenticiteit kost geld en het bevriezen van de huur niet, zo lijkt het. Maar wie verder nadenkt ziet dat het verstoren van de markt uiteindelijk tot meer verlies leidt dan een directe betaling. Oude koek, lees het na in Bastiat*. Meer Coase in de praktijk hier.

[*] De link naar Bastiat in deze post werkt niet meer. Alternatieven: Gutenberg, Archive.org. (Dank aan Enno.)

Coase in Tokio

We schreven er al eens eerder over. Volgens Coase hoeven externe effecten geen probleem te zijn. Als er vrij onderhandeld kan worden, dan komt er toch wel een efficiënte uitkomst tot stand, ongeacht de verdeling van eigendomsrechten.

Nu wordt er in Tokio weer een poging gedaan om een en ander in de praktijk te brengen. Bejaarde automobilisten zorgen daar voor negatieve externe effecten. Ze maken namelijk nogal wat brokken. De oplossing? Massale pogingen om de senioren om te kopen en hun rijbewijs te laten inleveren.

Coase in de polder

Externe effecten hoeven op zich geen probleem te zijn, zo leerde Coase ons. Als er vrij onderhandeld kan worden, dan komt er toch wel een efficiënte uitkomst tot stand, ongeacht de verdeling van eigendomsrechten. In de gemeente Voorne-Putten willen ze het proberen, zo meldt het AD:

Wat […] als [een] uitzichtbelemmerende bouwwerk verplaatst kan worden? Is het dan redelijk dat de buur meebetaalt? Wethouder Barbara Geers noemt het één van de mogelijke oplossingen voor het kassenprobleem. Iemands huis wordt immers meer waard als de kas ernaast verdwijnt. Meebetalen aan de verhuizing is volgens haar dus niet heel onredelijk.

Er schijnt zelfs sprake te zijn van een Trend:

Het komt vaker voor dat omwonenden meebetalen aan een beter uitzicht, reageert Paul Levelink van het overheidsadviesorgaan Raad voor het Landelijk Gebied. “Vooral in steden willen omwonenden nogal eens meebetalen aan een plantsoen voor hun huis.”

Nu werkt het Coase Theorema alleen als de transactiekosten verwaarloosbaar zijn. Gelukkig zijn de beleidsmakers daar ook van doordrongen:

Levelink waarschuwt wel voor een tijdrovende procedure. “Het moet iedere omwonende naar de zin worden gemaakt.”