De Telegraaf probeert deze week het fileprobleem op te lossen. Met dagelijkse berichten over het leed dat file heet en de partijen die eronder lijden probeert de krant de druk op de politiek op te voeren.
Mooi om te lezen is het bericht “wat is UW oplossing?”, dat op het moment van schrijven 416 reacties heeft. Natuurlijk ontbreken de gebruikelijke tirades over de stoet vrouwelijke ministers op Verkeer en Waterstaat niet en is er de roep om gratis openbaar vervoer, maar de meerderheid zoekt de oplossing in capaciteitsuitbreiding. Bredere wegen, extra rijstroken bovenop de huidige, vrachtwagens naar de nacht, op- en afritten groter maken. Over rekeningrijden wordt zeven keer gerept; zes zijn tegen en één is voor.
Is dit een geruststellend of gekmakend schouwspel? Ik twijfel: aan de ene kant maakt zoveel beperkt denkvermogen angstig, aan de andere kant is er kennelijk nog werk genoeg voor economen. De grote denkfout, voor wie het niet ziet, is deze: met voldoende uitbreiding van de capaciteit zou de huidige verkeersstroom zonder problemen kunnen worden verwerkt. Wie ’s ochtends vaststaat en denkt “een grotere afrit zou een hoop schelen”, die heeft gelijk.
Maar de omvang van de huidige verkeersstroom wordt mede veroorzaakt door de huidige files. Ik ben ervan overtuigd dat grote aantallen autobezitters ’s ochtends de trein nemen of eerder weggaan omdat ze niet in de file willen staan. Op het moment dat de wegcapaciteit toeneemt en de files oplossen, neemt dus automatisch de verkeersdrukte toe. Er gaan meer auto’s rijden, en wel totdat de files weer zo lang zijn dat de volgende, marginale, autobezitter begint te ontwijken. Een grotere capaciteit zal iets uitmaken (de marginale berijder is een ander) maar bij lange na niet zoveel als de lezers denken.
Rekeningrijden heeft als voordeel dat de marginale kosten van spitsrijden, die nu in tijd en geld worden geheven, helemaal in geld worden uitgedrukt. Dat is efficiënt omdat verspilde tijd verloren is, maar geïnde tol kan worden gebruikt om de wegenbelasting te verlagen. Misschien moet ik ook maar een reactie plaatsen…