Het is verkiezingstijd en dus laait de discussie over de inrichting van de economie weer op. Tijd voor economen om zich in de strijd te mengen?
Jan Tinbergen, Neerlands grootste econoom, meende van wel. Maar dan niet als speler, maar als scheidsrechter. Hij zag het als de opdracht van de economie om keuzes in kaart te brengen, de gevolgen van verschillend beleid duidelijk te maken voor het publiek. Als u de belastingen verlaagt neemt de groei toe maar ook de schuld, en wel met zoveel miljard. Dat werk. Aan de politiek was het om vervolgens één van de alternatieven te kiezen. De hand van Tinbergen is duidelijk zichtbaar in de gebruikelijke doorrekening van de verkiezingsprogramma’s door het CPB, een project dat uniek is in de wereld.
Maar wie luistert er naar het Planbureau als er ook een kieswijzer is? Dertig keer klikken en de politieke voorkeur rolt er automatisch uit. Is de kieswijzer de geautomatiseerde econoom van de nieuwe eeuw?
Nou, nee, want de functie van scheidsrechter ontbreekt helaas in het programma. De keuzes die de twijfelende kiezer krijgt voorgeschoteld geven steeds één kant van de zaak weer: wel de kosten, niet de opbrengsten of vice versa. Bijvoorbeeld:
Stelling 2:
De kinderbijslag moet omhoog.
Tja, wie is daar niet voor? De kwestie is natuurlijk waar het geld vandaan komt dat voor de kinderbijslag nodig is. Betere stelling: de kinderbijslag en de BTW moeten omhoog. Nog betere stelling: noem de bedragen.
Politieke keuzes die ertoe doen zijn vaak pijnlijk, er is altijd een afruil tussen twee kwaden. Een goede stemwijzer zou dat moeten laten zien, zodat burgers weten waarvoor ze kiezen.