Stembreker

Jongerenbeweging G500 lanceerde de Stembreker, de afgelopen dagen regelmatig in het nieuws. Met de Stembreker kan je je stem over meerdere partijen verdelen. Simpel voorbeeld: Stel u wil 50% van je stem aan de VVD geven en 50% aan D66. Als er zich op de website nog zo iemand aanmeldt, dan krijgt de ene persoon op de ochtend van 12 september middels SMS opdracht om op de VVD te stemmen, en de ander om dat op D66 te doen. Geaggregeerd bereikt iedereen zo zijn gewenste stemverdeling.

Op zich een sympathiek en lovenswaardig initiatief. Maar natuurlijk kan het veel simpeler. Precies: door het volgen van een gemengde strategie. Gooi met een dobbelsteen. Als het 1, 2 of 3 wordt stem je VVD, bij 4, 5 of 6 wordt het D66. Of, bij een gecompliceerdere verdeling: open een Excel spreadsheet, type ASELECT() in een hokje, als de uitkomst beneden de 0.5 ligt stemt u VVD, als ie er boven ligt wordt het D66. Uiteraard is die stemregel eenvoudig aan te passen voor wie zijn stem op een ingewikkelder manier wil bepalen.

Geaggregeerd en in verwachte waarde heeft deze methode precies hetzelfde effect als de Stembreker. En het is nog betrouwbaarder ook. Niet dat ik die jongens van G500 niet vertrouw, maar je kunt nooit weten en tenslotte stemmen we ook niet voor niets met een rood potlood in plaats van een stemcomputer. Bovendien moet je maar afwachten of die andere persoon netjes zijn stemopdracht opvolgt.

Het is ook een beproefde methode. Bij de kamerverkiezingen van 1993, toen ik maar niet kon kiezen tussen partijen A en B , besloot ik op weg naar het stemhokje mijn keuze te laten bepalen door het aantal kandidaten op lijst 1. Was dat even, dan ging mijn stem naar partij A, was het oneven, dan koos ik voor B. Aldus geschiedde.

Vergeet dus de Stembreker, ga voor de Stemmenger! Nu alleen nog een website optuigen.

Kruispost van economie.nl

Beursbericht

De verkiezingscampagnes beginnen nu eindelijk op gang te komen, misschien leidt dat tot wat meer verschuivingen in de peilingen en op de Politieke Aandelenmarkt. In onderstaande tabel de virtuele zetelverdeling op basis van de koersen van hedenochtend, in de rij ‘Verschil’ het verschil met het vorige beursbericht, alweer een kleine maand geleden. Voor de volledigheid ook de laatste peilingen van de Politieke Barometer en Maurice de Hond.

  VVD PvdA PVV CDA SP D66 GrnL ChrU Ov
PAM 31 22 17 17 31 14 5 6 7
Verschil – 1 – 1 – 1 – 1 + 4 – 1     + 1
PolBar 32 22 19 15 31 15 4 6 6
MdeH 31 15 17 14 37 16 4 8 8

Ook onze handelaren beginnen nu te geloven dat de SP wel eens groot zou kunnen worden: de vier andere grote partijen verloren allemaal een zetel ten gunste van de socialisten. In de Politieke Barometer is de VVD de afgelopen weken flink gedaald, en daardoor nu weer terug op het niveau dat ze ook op de PAM halen. De inschatting van onze handelaren ligt daarmee weer dicht bij de barometer, behalve dat er twee zetels van PVV naar CDA gaan.

Uiteraard kunt u nog steeds meedoen. Het is leuk en kost niets. Volg de instructies op deze pagina.

Beursbericht

Daar is ie weer, het overzicht van de ontwikkelingen op de Politieke Aandelenmarkt. In onderstaande tabel de virtuele zetelverdeling op basis van de koersen van hedenochtend, in de rij ‘Verschil’ het verschil met het vorige beursbericht, ruim twee weken geleden. Voor de volledigheid ook de laatste peilingen van de Politieke Barometer en Maurice de Hond.

  VVD PvdA PVV CDA SP D66 GrnL ChrU Ov
PAM 31 22 17 17 31 14 5 6 7
Verschil – 1 – 1 – 1 – 1 + 4 – 1     + 1
PolBar 32 22 19 15 31 15 4 6 6
MdeH 31 19 19 14 31 15 5 7 9

Bij het vertrek van twee fractieleden duikelde de PVV in een klap met 3 zetels op de PAM, maar inmiddels zijn er daarvan weer twee teruggekrabbeld. Verder vinden onze handelaren dat de Politieke Barometer de VVD veel te hoog peilt, maar Maurice de Hond de PvdA veel te laag. Wat SP betreft is er weer meer vertrouwen in de PB. Het is inmiddels traditie dat het CDA het op de markt veel beter doet dan onder de peilers.

Uiteraard kunt u nog steeds meedoen. Het is leuk en kost niets. Volg de instructies op deze pagina.

Iets doen, niets doen

Wat is het verschil tussen iets doen en iets laten? Wie zijn fiets verkoopt voor 100 euro eindigt net zo als degene die de aanschaf van dezelfde fiets overweegt, maar niet uitvoert (namelijk met 100 euro en zonder fiets). Althans, in de puur economische overweging. Er is zou ook geen verschil moeten zijn tussen het verwijderen van een regel uit het wetboek, en het automatisch verlopen van dezelfde regel.

Helaas is dit één van de gevallen waarin de puur economische overweging de plank misslaat. Argeloze burgers hebben een heel verschillende houding tegenover de situaties met de fiets; dat probleem staat bekend als de status quo bias [pdf]. En voor wat betreft de regels is er een vergelijkbare neiging om alles bij het oude te laten in de politiek.

Voor dat laatste kun je verschillende redenen voor aanvoeren. Ten eerste kost het moeite om iets te veranderen, en de beschikbare voorraad moeite is beperkt. Daar komt bij dat het vaak verstandig is om niet teveel dingen tegelijk te veranderen, zelfs als die veranderingen in theorie beter zouden moeten zijn. Onze kennis over het systeem is ook beperkt, waardoor we maar beter niet te ver afwijken van wat bewezen werkt.

Maar behalve dit conservatisme is er ook nog een inzicht uit het spookgebied tussen economie, psychologie en politieke wetenschappen dat iets zegt over het verschil tussen iets doen en niets doen: degene die iets doet is ervoor verantwoordelijk, in politieke zin. Wie de belastingen verlaagt is veel meer zichtbaar verbonden met de wijziging dan dan degene die ze niet verhoogt. Die verantwoordelijkheid maakt actie duurder dan inactie.

Dat de Amerikanen het verschil tussen doen en laten goed begrijpen is te zien aan het veelvuldig gebruik van sunset clauses in de Amerikaanse wetgeving. Daarbij wordt de wet automatisch weer ingetrokken na een bepaalde, vooraf vastgestelde, periode. De wet in stand houden betekent dat er iets moet gebeuren, in plaats van niets. Als dit geen verschil zou maken was de clause verspilde inkt, maar dat is niet het geval. De bepaling zorgt ervoor dat een nieuw cohort politici expliciet de verantwoording neemt voor een maatregel, in plaats van een stilzwijgende verlenging.

Zijn sunset clauses een goed idee? Ik ben geneigd om ja te antwoorden, de bepaling zorgt ervoor dat er af en toe opnieuw naar de zinnigheid van een maatregel wordt gekeken. Stel dat er bij de invoer van de hypotheekrenteaftrek (in 1893) een bepaling was opgenomen dat de aftrek in 2018 weer zou worden afgeschaft. Geen radicaal andere situatie, want de huidige Tweede Kamer zou makkelijk kunnen beslissen de afschaffing ongedaan te maken. Toch zou dat een heel ander debat zijn dan het huidige “niet tornen aan”.

Maar er is vast een optimum in het gebruik van dit soort wekkers te vinden. De grondwet moet niet elke vijf jaar ter discussie komen, en als bekende strijdpunten steeds opnieuw worden bevochten levert dat teveel onzekerheid op. Dat laatste is goed te zien bij wat tegenwoordig de fiscale klif heet, het feit dat in de VS crisismaatregelen ter grootte van 4% BBP op 1 januari aanstaande verlopen. Dat ze nu actief verlengd moeten worden geeft een compleet andere situatie dan als ze rustig bleven bestaan. Maar of dit in dit geval wenselijk is, valt te betwijfelen.

Smeesters

Het meest intrigerende aan de kwestie Smeesters is hoe aan het licht is gekomen dat er iets niet in de haak is. Statisticus Uri Simonsohn ontwikkelde een methode om te achterhalen wanneer er met grote waarschijnlijkheid met dergelijk onderzoek geklooid is, meer hier. Het is een wat technisch verhaal, en de paper waarin het allemaal beschreven wordt is nog niet openbaar, maar hier staat een behoorlijk uitgebreide uitleg en analyse. Heel in het kort komt het er op neer dat bij gemanipuleerde data populatiegemiddelden minder van elkaar verschillen dan ze bij niet-gemanipuleerde data zouden doen.

Ook de Erasmus Universiteit baseerde zich met name op deze methode, in de Nederlandse versie is dat allemaal nog weggecensureerd, in de Engelse vertaling is het wel openbaar gemaakt. (via @gill1109 en @JaapAbbring)

Transitiviteit op het EK

Om een nette nutsfunctie te kunnen postuleren, is het noodzakelijk dat voorkeuren transitief zijn. Wie A prefereert boven B, en B boven C, moet ook A prefereren boven C.

Voetbaluitslagen zijn lang niet altijd transitief. Als A wint van B, en B wint van C, dan betekent dat nog niet dat A ook wint van C. In de groep van Nederland op dit EK waren de uitslagen echter volledig transitief. En dat is dan toch weer aardig, als schrale troost voor de uitschakeling van Oranje.

Die transitiviteit betekent overigens ook dat we na drie wedstrijden net zo goed meteen al hadden kunnen stoppen. Ga maar na: Duitsland won van Portugal, Portugal won van Denemarken, Denemarken won van Nederland. De uitslag van de overige drie wedstrijden volgt dan onmiddellijk uit transitiviteit, en de eindstand daarmee ook.

Vakidioot!? Ik!? Dat valt best wel mee. Heus.

Kruispost van het economie.nl EK blog.

Merchandise

In de grote ruimte die het EK van 1988 in mijn herinneringen inneemt, bewaar ik een speciale plaats voor de afkondiging van de laatste wedstrijd vanuit de studio in Hilversum. Minuten nadat het Nederlands elftal de finale heeft gewonnen, laat Mart Smeets aan de camera een voetbal zien met de opdruk Nederland Europees Kampioen 1988. “Hij is er al jongens”, spreekt Mart, “deze bal”.  (Het fragment is te zien op 2:11 van deze video.)

De schrik sloeg mij om het jeugdige hart. Wat als we de finale niet hadden gewonnen? Dan zouden al die ballen waardeloos zijn!

Het was inderdaad een onschuldige tijd. En bij het vooruitkijken naar de wedstrijd van zondagavond, mogelijk Nederland’s laatste op dit toernooi, moeten we ook zeker even denken aan die slimme handelaren die ergens in de polder een pakhuis vol met merchandise hebben liggen. Nederland Europees Kampioen 2012. Er hangt veel van onze jongens af.

Om het zekere voor het onzekere te nemen zou het goed zijn als deze handelaren even hun licht opsteken bij de collega’s in de VS, die elk jaar voor beide deelnemers aan de Super Bowl een overwinningsshirt laten maken. De (ex-post) waardeloze helft van die order gaat met een container naar Afrika waar generaties kinderen er met veel plezier in lopen, zich onbewust van de tragische opdruk. Niet dat het nu al nodig is om de container te boeken, maar hou het in het achterhoofd.

Kruispost van het economie.nl EK-blog.

De Nobelzeepbel doorgeprikt

Ultieme ironie. Wegens de economische crisis en daarmee gepaard gaande tegenvallende beleggingsresultaten is de Nobelprijs economie dit jaar 20% lager dan voorheen.

Hetzelfde geldt overigens ook voor de andere prijzen. Dat is dan wel weer sneu.

Maar ach, dat betekent dat we in reele dollartermen weer precies terug zijn op het niveau van 1901. Eigenlijk was het dus gewoon een bubbel.

Overcapaciteit

Stel, er zijn twee producenten van bakfietsen in het dorp. U en uw buurman. U heeft allebei een fabriekje waarmee u 100 bakfietsen per jaar kan maken. Uw bakfietsen zijn degelijk, solide, en liggen prima in de markt. U verkoopt er 90 per jaar. De buurman, die wat meer nadruk legt op design, heeft het moeilijker. Hij verkoopt 70 bakfietsen per jaar.

Op een zonnige dag stapt de buurman naar de burgemeester. Er is een overcapaciteit van 40 stuks in de bakfietsenbusiness en daar moet maar eens een eind aan komen. Zijn voorstel: u krimpt allebei uw productiecapaciteit met 20 stuks in. De pijn moet immers eerlijk verdeeld worden.

Een absurd verhaal? Toch lijkt het precies wat Sergio Marchionne, baas van Fiat, voorstelt.

Wel creatief, die Italianen.

Voetbal en economie

Economen krijgen vaak het verwijt hun analyses te pas en te onpas op de meest uiteenlopende onderwerpen los te laten. Dat is niet geheel onbegrijpelijk. Er zijn immers maar weinig onderdelen van het dagelijks leven waar economische argumenten en overwegingen geen rol van betekenis spelen. Neem voetbal. Op het eerste gezicht een simpel spelletje waar lokale en nationale sentimenten een belangrijke rol spelen. Maar wie beter kijkt ziet een bedrijfstak met internationale kapitaal- en migratiestromen die maar weinig verschilt van veel andere bedrijfstakken. En die zich uitstekend leent voor een economische analyse.

Laten we dat nu net gedaan hebben. In een zojuist verschenen artikel in het Journal of Economics and Statistics (The Effects of Institutional Change in European Soccer, 2012, pp. 318-335, working paper hier) geven ondergetekende, Ruud Koning, en Arjen van Witteloostuijn een theoretische analyse van de effecten van meer internationale arbeidsmobiliteit van topspelers (bijvoorbeeld naar aanleiding van het Bosman arrest in de jaren ’90) enerzijds en het toenemend belang van internationale competities zoals de Champions League anderzijds. Vaak worden dergelijke ontwikkelingen gezien als de doodsteek voor het voetbal in het algemeen en nationale competities in het bijzonder. Een nuchtere economische analyse laat zien dat het tegendeel het geval is. Die nationale competities worden juist spannender.

In essentie is het model eenvoudig. In een aantal landen zijn voetbalclubs actief die hun winst willen maximaliseren. Hun opbrengst hangt samen met hoeveel talent, en dus goede spelers, ze aantrekken. Meer talent betekent immers meer kans op overwinningen en dus meer bezoekers en verkoop van shirtjes. De kosten van een club bestaan vooral uit de salarissen van de spelers. In elk land zijn er grote clubs, met een grote potentiele achterban, en kleinere clubs. Analoog zijn er grote landen en kleinere landen.

Wat gebeurt er in het model als internationale arbeidsmobiliteit groter wordt? Talent stroomt dan van kleine landen naar grotere. Die grotere landen zijn immers bereid meer te betalen voor goede voetballers. Salarissen zullen stijgen. Omdat alle goede spelers in de grote landen terecht komen zullen internationale clubcompetities eenzijdiger worden. Maar nationale competities worden juist spannender. In grote landen zullen de topteams elkaar meer in evenwicht houden, omdat ze in staat zijn de beste spelers aan te trekken. Maar ook in kleine landen wordt de competitie spannender: omdat, zeg, alle grote talenten van Ajax naar het buitenland gaan, kunnen ook AZ en Twente een gooi doen naar het kampioenschap.

Ook competities als de Champions League hebben invloed op de internationale verdeling van talent. Voor clubs die succesvol zijn in zulke competities vallen er enorme bedragen te verdienen. Dat geldt ook voor kleinere clubs, die daardoor een sterke prikkel hebben om ook meer talent aan te trekken. Krachtverschillen binnen nationale competities worden daardoor kleiner.

Volgens Rinus Michels is voetbal oorlog. Hij zat er naast. Het is allemaal economie.

Driewegskruispost van het economie.nl EK-blog en het FEBlog.