De misdaad en de economie

Het is tijd voor een nieuwe aflevering van it’s the economy, stupid, de rubriek waarin we sociale ontwikkelingen relateren aan de conjunctuur. Vandaag keren we terug bij een eerder onderwerp, de misdaad. Want de daling in de misdaad komt bijna tot stilstand, zo lezen we in de kranten van vandaag. Tijd om de verandering in het aantal aangiften (verticaal) eens te vergelijken met de verandering in het werkloosheidspercentage (horizontaal).

Het geoefende oog ziet hier meteen een vertraagd verband: een jaar of twee nadat de werkloosheid verandert, gaat het aantal aangiften de andere kant op.

Lees verder “De misdaad en de economie”

Examen

Na het havo-examen was het deze week tijd voor het VWO examen economie. De liefhebber vindt het hier [pdf], wie er niet uitkomt vindt hier de uitwerkingen.

Snelle indruk: veel vragen over het interpreteren van de betekenis van cijfers (op zich nuttig), buitensporig veel macro en openbare financien, en zelfs de vragen over micro beperken zich tot mechanische begrippen zoals prijselasticiteit. Prikkels komen nauwelijks voorbij, toch een niet onbelangrijk onderdeel van ons vakgebied. Denken als een econoom lijkt wat dat betreft vrij onbelangrijk. Behalve misschien in de laatste vraag, dat is een aardige, over wanneer en waarom binnenlandse producenten zich tegen een invoertarief zullen verzetten. Verder: werkloosheid is inderdaad een belangrijk onderwerp, maar muggenziften over de verschillen tussen structuur- en frictiewerkloosheid (opgave 1), lijkt me tot weinig inzicht over die kwestie te leiden.

Het economiexamen

Och, de moderne tijd. Gisteren was het eindexamen economie voor de HAVO en nu al kunnen wij een exemplaar downloaden [pdf] voor een korte inspectie.

Voor wie is opgegroeid met economieles waarin het hoogtepunt het uitrekenen van de multiplier was is dit examen een verfrissend proefwerk. Van die oude stof is alleen iets te zien bij de vragen over structuur- en conjunctuurwerkloosheid. Wat wel opvalt is dat ongeveer de helft van de opgaven in feite rekenwerk zijn (“redactiesommen” zeiden wij vroeger) en niet zoveel met economie te maken hebben. De opdracht om een opinieartikel over marktwerking te schrijven vond ik zeer verrassend. Lastiger te beoordelen dan de sommetjes, maar wel relevant.

Alleen dit: Gebruik voor het vervolg van het artikel 120 woorden; een afwijking van 20 woorden is toegestaan. Wat is dat nou weer voor een budget constraint? Maandag het VWO.

Prutsers

Het ANP meldde dit weekend, op last van onderzoeksstichting FOM:

Natuurkunde is wereldwijd het meest invloedrijke vakgebied van de Nederlandse wetenschap. In internationale vaktijdschriften worden artikelen van in Nederland werkzame fysici 56 procent vaker geciteerd dan gemiddeld.

Leuk natuurlijk voor de natuurkundigen, maar uiteraard wij zijn meer geinteresseerd in hoe de economen het doen. Niet best, zo blijkt als we verder lezen:

Van de 22 geïnventariseerde disciplines eindigden alleen neurowetenschappen en de combinatie economie en bedrijfskunde onder het wereldgemiddelde.

Wat door Nederlandse economen/bedrijfskundigen wordt geschreven, wordt gemiddeld door vakbroeders dus minder geciteerd dan wat door buitenlanders wordt geproduceerd. Met andere woorden: wij produceren teveel nietszeggend geneuzel.

Toch lijkt de conclusie van FOM (let wel: een lobbyclub van fundamenteel natuurkundigen) wat kort door de bocht. Lees verder “Prutsers”