Rijke ouderen

De rapen zijn gaar nu Diederik Samsom heeft gewaagd te constateren dat de meeste ouderen in Nederland echt niet arm zijn. Daarin heeft hij wel gelijk, en de observatie dat 78% van ‘s lands vermogen in handen van 50-plussers is zal ook best wel kloppen. Maar is dit nu een teken dat het in Nederland oneerlijk verdeeld is? Ik denk het niet, en de huidige verdeling over generaties is grofweg zoals je die zou verwachten.

Want. Een jongere die net begint te werken heeft meestal een bescheiden financieel vermogen, maar een grote hoeveelheid menselijk kapitaal. Dat wil zeggen, de contante waarde van de resterende tijd op de arbeidsmarkt is groot, maar het banksaldo is laag. Voor een pensionerende oudere is het omgekeerd: menselijk kapitaal bijna op, financieel kapitaal omvangrijk. In de tussenliggende tijd wordt menselijk kapitaal, door te werken, omgezet in financieel kapitaal.

Wie vervolgens gaat kijken waar op enig moment het meeste financiële vermogen zit, komt vanzelf uit bij de ouderen. Dat is niet schokkend en ook niet oneerlijk. Feit is wel dat menselijk kapitaal wendbaarder is dan financieel kapitaal. Het is moeilijk direct te belasten en als de regels weer eens veranderen, kan de eigenaar zich nog aanpassen door bijvoorbeeld meer, minder, langer of korter te werken.

De particuliere belegger (3)

Een aantal weken geleden stelde ik hier vast dat de waarde van het aandelenbezit van Nederlanders lang niet zo hard naar beneden ging als de indices. Mijn conclusie was dat Nederlanders aandelen bijgekocht hadden. Het alternatief, het massaal verslaan van de index, leek onwaarschijnlijk.

Enkele dagen later vond Marco een aanwijzing dat Nederlanders juist aan het verkopen geslagen waren na de koersdalingen begin vorig jaar. Een mysterie.

Vandaag trof ik op de site van onze centrale bank een bericht dat de eerdere observatie bevestigt. Het proza is taai als schoenleer, maar lees even mee:

De waarde van Nederlandse aandelen in bezit van buitenlandse beleggers is met 47 procent echter aanzienlijk sneller gedaald dan de waarde van buitenlandse aandelen in handen van Nederlandse ingezetenen (16 procent; tot en met het derde kwartaal van 2008).

Voor ons is die -16% van belang: als Nederlanders gewoon in de index hadden gezeten dan waren ze tussen de 24% (S&P500) en de 30% (Euronext 100) kwijt geweest. Hier zien we dus hetzelfde als in de eerdere cijfers: óf Nederlanders versloegen de index, óf ze kochten bij. Of misschien gebruik ik de verkeerde indices, maar elders is het niet echt beter. Het mysterie blijft, maar de oplossing lijkt in het buitenland te zitten.

Overigens, die -47% rendement voor buitenlanders is deels het verdwijnen van Nederlandse beursfondsen (ABN Amro bijvoorbeeld) en geen echt verlies.

Nederland stapt in aandelen

Het CBS komt vandaag met cijfers over de vermogenspositie van Nederlandse huishoudens, de eerste waarin de effecten van de kredietcrisis goed zichtbaar zijn. Een “recordverlies” schrijft de NOS.

De cijfers laten echter nog iets anders zien. Het particulier aandelenbezit stond begin dit jaar op €239 mrd. Na drie kwartalen was daar nog €196 mrd van over, een verlies van 43 miljard euro. Maar nu iets vreemds: in dezelfde periode daalde de AEX met 35.6%, en andere indices met vergelijkbare percentages. Als de aandelenbezitters niets hadden gedaan dan zouden ze een dubbel zo groot verlies, €85 mrd, moeten hebben gedraaid.

Wat is er gebeurd? Het is mogelijk, maar zeer (zeer!) onwaarschijnlijk, dat heel Nederland de index verslagen heeft. Ook kan het zijn dat de “overige deelnemingen” van beleggers, die ook in de cijfers meetellen, minder hard zijn gedaald (of niet liquide zijn, zodat de waarde op dit moment overschat wordt). Maar waarschijnlijker is dat de Nederlanders, bij het zien van de dalende koersen, massaal zijn ingestapt. Is dat het geval dan komt er bij de volgende cijfers nog een mooi verlies overheen: in het vierde kwartaal daalde de index met 25%.