Nog een biertje

Er is dit jaar al menig kartel gekraakt, maar geen enkele blijkt in de media zo tot de verbeelding te spreken als het bierkartel. Zo zijn er alleen op de AD-site inmiddels al niet minder dan zes artikelen over de zaak te lezen.

De horeca eist een schadevergoeding van de brouwers, zo meldt ook de NOS. Nu ligt dat minder voor de hand dan het lijkt. Stel dat er volledige mededinging zou zijn op de horecamarkt. In dat geval is de prijs gelijk aan de marginale kosten. Als de brouwers hun prijs kunstmatig hoog houden dan liggen de marginale kosten van de horeca (de inkoopprijs van bier) hoger dan ze zouden zijn zonder dat bierkartel. Maar uiteindelijk zou dat voor de horeca weinig uitmaken: kroegen zetten immers toch hun prijs gelijk aan marginale kosten, waardoor hun winsten uiteindelijk nul zijn, ongeacht hoe hoog die marginale kosten zijn. Van schade voor de horeca door het bierkartel is dan geen sprake. Natuurlijk gaat dat verhaal in mindere mate op naarmate individuele horecabedrijven meer marktmacht hebben, maar goed.

Ook de consumentenbond wil een schadevergoeding. Opnieuw is die lastig vast te stellen. Bij volledige mededinging in de horeca worden hogere kartelprijzen volledig doorberekend aan de consument. Maar ook in dat geval is een schadevergoeding gelijk aan bierconsumptie maal de prijsverhoging niet voldoende: immers, bij een lagere bierprijs zou de bierdrinker ook meer geconsumeerd hebben, en ook dat verlies in genot moet worden gecompenseerd. Bij meer marktmacht in de horeca wordt het verhaal natuurlijk weer anders omdat de consument dan niet de volledige prijsverhoging van het bierkartel betaalt.

(Dank aan Linda)

Biertje

Boze bierbrouwers schuimen al de hele dag van woede over de opgelegde boete vanwege het kunstmatig hooghouden van de prijs. Gesteld dat er inderdaad een kartel was en dat de boete inderdaad betaald moet worden, wat gebeurt er dan met de bierprijs?

Dat weet elke eerstejaars economie: de optimale prijs hangt af van de marginale kosten en de marktmacht. Lump sum kosten zoals boetes hebben daar geen effect op. En aangezien de prijs kunstmatig hoog werd gehouden, zal hij waarschijnlijk naar beneden kunnen. Althans, dat lijkt mij. Maar kijk, ook hier is discussie mogelijk:

Bier wordt waarschijnlijk duurder door de boetes die de Europese Commissie woensdag aan Nederlandse brouwers heeft opgelegd. Dit stelt hoofddocent Leo Kivits van het Erasmus Food Management Instituut. “De boetes moeten wel betaald worden”

Huh?

Effe buurten

Inbrekers opgelet, het CBS heeft opnieuw becijferd in welke buurt van Nederland de inkomens het hoogst zijn. Dat is nog niet zo makkelijk, want de omvang van een huishouden is niet in elke buurt gelijk. En wie met meer mensen samen leeft deelt de vaste kosten en heeft dus een hoger besteedbaar inkomen.

In de pers wordt dit soort gegevens altijd dankbaar gebruikt. Vrijwel altijd gaat het daarbij over de ligging van rijke en arme buurten. Maar dat is wat te snel door de bocht: de data gaan over het jaarinkomen van buurtbewoners in 2004. En hoewel het helpt, is een hoog inkomen in één jaar niet voldoende om rijk te zijn. Relevanter is het vermogen van buurtbewoners.

Vooral bij heel jonge en heel oude mensen kan het verschil groot zijn, in die zin dat het vermogen vaak veel groter is dan het huidige inkomen doet vermoeden. Het CBS telt ook nog eens de studenten en inwoners van tehuizen niet mee in het onderzoek. Daarmee wordt de rijkdom van wijken met veel bejaarden of veel studenten flink onderschat.

Zonnestroom

Lekker weer, niet? En wist u dat je uit die zonnestralen ook energie kunt opwekken? En dat bijna niemand dat doet?

De afzet van zonnepanelen houdt nog steeds niet over. Vorig jaar is voor 1,5 megawatt verkocht, vergelijkbaar met 2005.

Nou ja, zo gek is dat niet. Over de kosten en baten van de installatie is het volgende bekend:

  • Directe investering: €3000.
  • Energieopbrengst: 480 kWh.
  • Stroomprijs: €0,1023/kWh, plus belasting: €0,0852/kWh

Kort door de bocht scheelt de installatie van €3000 dus €90 per jaar. Als de panelen er in 2040 mee ophouden, een niet denkbeeldig gevaar, is het nominale rendement precies nul.

Maar dat is buiten de variabele energieprijzen gerekend. De stroomprijs kan in de toekomst fors stijgen waardoor de installatie meer rendement levert dan verwacht. Het rendement is (als ik de levensduur goed inschat) precies gelijk aan de jaarlijkse stijging van de stroomprijs, min de jaarlijkse onderhoudskosten als percentage van de investering. Mijn inschatting: dat is nog steeds niet best. In het beste geval doet de investering het, gecorrigeerd voor inflatie, net iets beter dan nul. Maar de liquiditeit is weer beperkt.

Veronderstel 3% jaarlijkse stijging in stroomprijzen en 7% nominaal rendement op een alternatieve investering. Wie €3000 investeert in een set zonnepanelen lijdt dan onmiddellijk een verlies van €1370. De maker van deze site over zonnepanelen weet dat en houdt daarom dit amusante, maar onzinnige betoog om tóch panelen aan te schaffen. Dat is natuurlijk niet efficiënt: beter is het om €1370 te spenderen aan het planten van bomen en verder gewoon grijze stroom af te nemen.

Lenen

Deleningenman
Het is u niet ontgaan: we leven in een tijd waarin het makkelijk is een lening aan te gaan. Dat was niet altijd zo: het is niet zo gek lang geleden dat je voor krediet langs de plaatselijke bank moest, waar een ongemakkelijk gesprek met een zuinig kijkende directeur (waar heeft u het geld voor nodig?) meestal op niets uitliep.

Maar het is geen pretje om kredietverstrekker te zijn. Consumenten hebben een hekel aan je spotjes, de autoriteiten zitten continu achter je aan, politici hebben het op je gemunt. Het imago van de crediteur is al eeuwen niet best.

Tijd om het voor deze sector op te nemen. Want hoewel de spotjes inderdaad niet best zijn en menig kortzichtige consument zich in de nesten weet te werken heeft een goed werkende markt voor particulier krediet een groot voordeel: de macroeconomische conjunctuur wordt er een stuk rustiger van. In een ouderwetse recessie was er sprake van een cascade van negatieve schokken: bedrijf failliet, werknemers ontslagen, ex-werknemers geven minder geld uit, nog meer bedrijven over de kop, nog meer ontslagen, etcetera. Tegenwoordig wordt deze keten al in het begin doorgeknipt als de ontslagen werknemer een PL-etje afsluit om de maanden zonder werk door te komen.

Omdat recessies een geweldig verlies voor de economie betekenen levert de kredietsector hier een belangrijke bijdrage aan de welvaart van Nederland. (Zie, zoals altijd, ook de slimmeriken op Marginal Revolution.)

De lucht in

Morgen vlieg ik naar de VS. Voordat wij opstijgen, zal de stewardess vragen om de mobiele telefoons uit te schakelen, dit in verband met mogelijke interferentie op de elektronica van het vliegtuig.

Grote onzin, beweert Computerworld. De echte reden is dat maatschappijen bang zijn dat de pleuris uitbreekt als iedereen mobiel gaat zitten bellen in een overvol vliegtuig. En de mobiele aanbieders zijn er niet dol op, omdat de kans groot is dat een gesprek uitvalt. Verder hebben de autoriteiten eigenlijk nooit de moeite genomen om nu echt te testen hoe groot het gevaar is, want dat kost allemaal maar geld. Ook niet onbelangrijk: als iedereen in de cabine gaat zitten bellen, dan kunnen de luchtvaartmaatschappijen niets meer verdienen aan andere mogelijkheden tot communicatie die in de toekomst wellicht uitgerold gaan worden. Piloten schijnen zelf wel gewoon hun mobieltje te gebruiken. [via]

Bazelen

Het zijn geen mooie weken voor oud-hoogleraar economie Rolf Schöndorff. Al eerder figureerde hij in een weinig fraaie vertoning als een soort Sancho Panza aan de zijde van Arnold Heertje. Dit weekend verschijnt uit zijn pen een aflevering van het eerbiedwaardige economie voor jou, de doorgaans goed leesbare NRC-rubriek voor economen-in-de-dop, waarbij we de ogen meermaals ten hemel moeten heffen.

Het onderwerp, de liberalisering van voorheen-staatsbedrijven en marktwerking in het algemeen, is er één waarbij voor economen veel uit te leggen valt. De voordelen van marktwerking zijn groot maar diffuus en bestaan gedeeltelijk uit een dreiging; al met al moeilijk waarneembaar. Nadelen treffen vooral kleine groepen (concurrenten, ontslagen werknemers) maar doen het goed in de pers. Vaak lijken de nadelen groter; in zo’n geval heeft vooral de econoom de taak om goed in de gaten te houden of het publiek geen voordelen over het hoofd ziet.

Lees verder “Bazelen”

h

Economen zijn dol op lijstjes. Een populaire nieuwe maatstaf om de invloed van economen met elkaar te vergelijken is de zogenaamde h-index. De h-index van een wetenschapper is gedefinieerd als het grootste getal h waarvoor geldt dat tenminste h artikelen van persoon in kwestie tenminste h keer zijn geciteerd. Wie 3 artikelen heeft die 3 keer geciteerd zijn, maar geen 4 artikelen die 4 keer geciteerd zijn, heeft dus een h-index van 3.

Met dit prachtige stukje software kunt u nu uw eigen h-index uitrekenen. Of die van uw favoriete econoom, natuurlijk. Het programma trekt z’n gegevens van Google Scholar. Dat betekent wel dat uw h nogal genereus wordt bepaald: Google Scholar zoekt door alle pdf-files die het op het internet kan vinden, en dat hoeven niet noodzakelijk gepubliceerde artikelen te zijn, terwijl dat eigenlijk wel de bedoeling is. Met het programma kun je zelfs met een druk op de knop een indruk krijgen van de impact van een tijdschrift, opnieuw via Google Scholar.

Mijn h? Na wat klooien kom ik uit op 5. Collega Thijs zit momenteel op 3 4 [excuus! zijn meest geciteerde werk blijkt opgenomen in de categorie Biology and Life Sciences], maar is minder lang actief. Mankiw staat op 56, Tirole op 74, Stiglitz op 85. We moeten nog even. [via]

Loop-tie-loop

Ik heb een collega ruimtelijke economie die tevens groot liefhebber van landkaarten en atlassen is. Hobby, werk. Zelf ben ik altijd te porren voor een goede grafiek. Grafieken kom ik overdag genoeg tegen, maar ze zijn vaak erg lelijk gemaakt. Ach ja, een goede grafiek maken is moeilijk en er is kritiek genoeg.

Maar nu dit. Een slimmerik heeft de tijdreeks van reële Amerikaanse huizenprijzen (1890-nu) in een grafiek gezet. En vervolgens een filmpje gemaakt waarin de grafiek door een roller coaster (mijn Nederlandse vertaling van dit woord staat in de titel) bereden wordt. Het resultaat is schokkend. [via]

Het is verleidelijk om, na het zien van het filmpje, te concluderen dat het maar één kant op kan met de huizenprijzen in de VS. Die suggestie (omlaag!) zit subtiel in het gebruik van de roller coaster als vehikel, een attractie waarbij je altijd weer op de grond uitstapt en de vraag alleen is wanneer de val komt. Het is niet moeilijk te zien dat zoiets voor huizenprijzen niet hoeft te gelden: als er niet voldoende bijgebouwd wordt en de inkomens trendmatig stijgen, wordt het schaarse aanbod steeds duurder. Lans Bovenberg wees er ooit op dat op die manier de eerste generatie werkende vrouwen een behoorlijk cadeau aan hun (huisbezittende) ouders heeft gegeven.

Maar goed, het filmpje. Onthoudt u het concept voor uw volgende presentatie. De zaal zal gillen van plezier.