Woekerpolissen zijn de afgelopen weken flink in het nieuws. Verborgen kosten komen niet alleen voor bij beleggingspolissen. In de New York Times van afgelopen weekend staat een stuk over David Laibson, die eerder dit jaar een theoretisch verhaal met Xavair Gabaix over het onderwerp publiceerde in de Quarterly Journal of Economics. Korte samenvatting (volgens de NYT): sommige mensen zijn zich bewust van verborgen kosten, anderen niet. Als producent heeft het dan weinig zin om consumenten er op te wijzen dat de concurrent hoge verborgen kosten heeft: de slimme consumenten hebben dat toch al door (en komen toch al naar jou toe als jouw verborgen kosten lager zijn), de naieve consumenten wil je liever niet informeren, want hoe meer mensen slim zijn, des te scherper moet je gaan concurreren. En dus blijven de verborgen kosten in stand. [via]
Het artikel is nauw verwant met een artikel van Glenn Ellison dat vorig jaar in hetzelfde tijdschrift verscheen, en dat gaat over de absurd hoge prijzen van extra service (zoals de minibar in een hotel). Ellison laat zien dat verborgen kosten ook leiden tot hogere prijzen voor het basisprodukt. Korte samenvatting: er zijn consumenten die erg prijsbewust zijn, en consumenten voor wie dat niet geldt. Als een producent zijn basisprijs verlaagt ten opzichte van een concurrent, dan trekt het juist die consumenten die prijsbewust zijn en dus ook niets uit de minibar halen. En dat wil je niet.
Jaar: 2006
Alles is relatief
Iedereen maakt zich momenteel druk om de zwakke dollar. De dollar is weinig waard en wordt steeds minder waard. Een Amerikaanse economenweblog geeft verhelderende plaatjes. Kijk eens naar het volgende plaatje, dat de ontwikkeling van de trade weighted exchange index van de dollar geeft (de wisselkoers van de dollar ten opzichte van een mandje met andere valuta, gewogen met het belang van de onderlinge handelsstromen) sinds 2002:
Bent u inmiddels overtuigd dat de dollar historisch laag staat? Goed. Kijk dan eens naar het volgende plaatje met dezelfde reeks, maar dan sinds 1975:
Transitiviteit
Ik eet liever kaas dan worst en liever biefstuk dan kaas. Het ligt voor de hand dat ik dan ook liever biefstuk eet dan worst: is dat niet zo, dan zijn mijn voorkeuren niet transitief. En hoewel sommige mensen er inderdaad uren over doen om een keuze uit het menu te maken, is transitiviteit van voorkeuren een veelgebruikte economische aanname.
Ik sta dan ook nog steeds een beetje te kijken van deze drie niet-transitieve dobbelstenen. Toegegeven, als je met waarschijnlijkheid werkt is er veel mogelijk en niet alles even intuïtief, maar toch: groen verslaat rood, rood verslaat blauw, blauw verslaat groen. Eigenlijk kan het niet. [via]
(Het is verleidelijk, maar niet ter zake om nu te beginnen over schaar, papier, steen.)
Chinese cijfers
Soms lijken de media er vooral op uit om een bepaald beeld te bevestigen, al dan niet onbewust. Een beeld dat momenteel populair is, is dat van de Toenemende Chinese Economische Dreiging. Ons land wordt overspoeld door een, eh, tsunami van goedkope Chinese produkten, en die vloedgolf wordt steeds sterker, zo willen de media ons doen geloven. En die vloedgolf schijnt ook iets te zijn waar we bang van moeten worden.
Nu was dat beeld ook wel in overeenstemming met de cijfers: het handelsoverschot van China was voortdurend aan het stijgen. Maar in november is het gedaald. Wat moet je dan, als je toch graag dat beeld van die Toenemende Chinese Dreiging in stand wil houden? Het ANP kwam met een werkelijk briljante oplossing en kopte gisteren: “Handelsoverschot China blijft net onder record“, Bijna een record! Dat klinkt nog steeds alsof het heel erg is, en je hoeft er niet bij te zeggen dat het eigenlijk een daling was.
Correlatie en oorzaak
Steve Dubner, een van de auteurs van Freakonomics, is enthousiast over de nieuwe service Swivel. Op die site kunnen gebruikers data uploaden, waarna anderen het ook kunnen bekijken, er grafieken van gemaakt worden en, en daar gaat het om, er automatisch gecorreleerd wordt met andere data.
Op die manier kun je, zo is de gedachte, interessante patronen ontdekken. Zoals deze: als de temperatuur heel hoog of heel laag is, gaat het energieverbruik omhoog. Maar dan natuurlijk iets onverwachts.
Aan de ene kant opent dit de deur voor de amateur-analyticus, zoals Google Earth dat deed voor de amateur-archeoloog. Dat lijkt inderdaad goed nieuws. Aan de andere kant kun je zo weinig afleiden uit correlatie, het gegeven dat twee grootheden met elkaar meebewegen. Als eerstejaars student kreeg ik, om dat duidelijk te maken, grafieken te zien van het Nederlands geboortecijfer over de jaren en van het jaarlijks aantal geobserveerde ooievaars. Perfecte correlatie: beiden gingen sinds 1950 strak naar beneden. Het probleem zat ‘m in de interpretatie.
Zou de Goede Sint toch komen!?
Er is iets vreemds aan de hand met de Goedheiligman. Vorige week juichte MKB-Nederland nog dat de Sint 8% meer uitgeeft dan vorig jaar. De Raad Nederlandse Detailhandel had het zelfs over 17% meer aan cadeaus. Maar nu blijkt uit onderzoek van het NIPO dat het aantal Sinterklaasvierders 5% lager is dan vorig jaar, en dat die vierders gemiddeld 125 euro aan kado’s uitgeven, tegen 120 euro vorig jaar. Dat zou juist betekenen dat de uitgaven grofweg gelijk zijn gebleven.
Als we al deze cijfers moeten geloven, dan zegt de helft van de bevolking Sinterklaas te vieren, en daarbij evenveel uit te geven als vorig jaar, terwijl de Sint 17% meer aan kado’s heeft uitgegeven. Maar als dat laatste waar is, dan zou dus niet de helft van de bevolking kado’s krijgen, maar ongeveer 17% meer, dus zo’n 58,5%. Dat kan maar één ding betekenen. Van de 50% van de bevolking die zegt geen Sinterklaas te vieren, kan 17% vanavond toch een ferme klop op de deur verwachten. Zeg niet dat ik u niet gewaarschuwd heb.
Vriendschap is nu ook te koop!
… en kost slechts 2 dollar per maand. Niet gek, met de huidige dollarkoers.
Kartelkampioen
Bij Shell hebben ze inmiddels een volledige dagtaak aan het maken van prijsafspraken, zo lijkt het. Naast een centrale rol in het Nederlandse bitumenkartel blijkt de multinational die zich zo graag laat voorstaan op zijn maatschappelijke betrokkenheid, nu ook betrokken bij het Europese rubberkartel.
Een kartel is stabiel, zo leert de theorie ons, als de korte-termijn opbrengsten van het afwijken van een kartelafspraak niet opwegen tegen de lange-termijn inkomstenderving ten gevolge van het instorten van het kartel. Op haar website vat Shell dat zelf treffend samen:
Het vinden van het evenwicht tussen de lange en de korte termijn eist van ons om verder te kijken dan alleen naar hoeveel geld we vandaag kunnen verdienen.
Toenemend kopieerheffingsonrecht
De kopieerheffingssoap neemt inderdaad absurde vormen aan. Ook gisteren in het nieuws: de Stichting Thuiskopie moet een flinke schadevergoeding betalen aan Imation, producent van informatiedragers. Wat blijkt? Thuiskopie int de heffingen op informatiedragers, maar geeft een select groepje producenten daar in het geheim 20% korting op. De reden is volstrekt onduidelijk. De club klopt de consumenten dus niet alleen met oneigenlijke argumenten geld uit de zak, maar blijkt op deze manier ook nog eens effectief een informatiedragersproducentenkartel te organiseren.
Kopieerheffingsoap
Aflevering zoveel van de perikelen rond de kopieerheffing is een interessante: Nederland besluit, zoals verwacht, de heffing op digitale muziekspelers op nul euro te stellen. Maar ondertussen wordt in, nota bene, Amerika juist een begin gemaakt met een vergelijkbaar systeem.