Nog even een misstand tussendoor

Gistermiddag op radio 1: aan de telefoon is Carlos Weeber, inwoner van het eiland Curaçao. Het gesprek komt op duurzame energie. Doen ze daar nog iets mee, op Curaçao?

Je kunt met een windmolen of zonnepanelen elektriciteit opwekken, maar dat is hier verboden. De overheid denkt dat als iedereen dat gaat doen, dan gaat de energiecentrale failliet.

Hier terug te luisteren, op ongeveer een derde van de uitzending.

Zoekopdrachten en het broeikaseffect

Iemand die Googlet op de zoektermen “broeikaseffect” en “CO2-uitstoot” veroorzaakt zelf 7 gram extra CO2 in de lucht, aldus een recent onderzoek.

Harvard-wetenschapper Alex Wissner-Gross rekende uit wat de gezamenlijke CO2-uitstoot van Googles datacentra zou zijn en deelde dat op het aantal gebruikers. Hij concludeert daaruit dat een keer Google’en evenveel broeikasgas oplevert als het zetten van een halve pot thee.

Dat is allemaal mooi, maar moet ik me hier als individuele gebruiker nu slecht over voelen? Het antwoord is natuurlijk nee, omdat de onderzoeker geen onderscheid maakt tussen de gemiddelde kosten (die hier worden uitgerekend) en de marginale kosten.

Vergelijk het met die andere milieuvervuilende activiteit, een reisje met het vliegtuig. Als ik vandaag besluit geen tickets meer te kopen dan werk ik niet meer mee aan de CO2-uitstoot van vliegtuigen. Tegelijkertijd neemt die uitstoot niet af, omdat het zeer onwaarschijnlijk is dat er door mijn besluit ook maar één vliegtuig minder vliegt. Idem voor zoekopdrachten. Het datacentrum staat er en stoot CO2 uit, ongeacht mijn beslissing wel of niet te zoeken. Het marginale effect is nul. Natuurlijk, als iedereen minder ging zoeken waren er minder datacentra nodig. Maar voor de individuele zoeker is die overweging irrelevant.

Overigens brengt het antwoord van Google nog een belangrijk gegeven in beeld: zelfs al was de marginale uitstoot 7 gram, de vraag is hoe het eerste alternatief milieutechnisch uit zou pakken. Een autorit naar de bibliotheek, misschien?

Een voorbeeldige markt

Er wordt wat afgestolen en bedrogen in Nederland. De laatste jaren gebeurt dat meer en meer via internet, schrijft de Volkskrant. In dat artikel wordt gedaan alsof list en bedrog endemisch zijn aan het internet, maar al eerder schreven we hier dat het misschien ook een kwestie is van de verkeerde instituties. Maar de bron van alle kwaad is natuurlijk de heterogeniteit van producten. Wie ongezien een gebreide trui of een gebruikte radio koopt kan nou eenmaal op vele manieren bedrogen worden.

Hoe anders is het bij de handel in gestandaardiseerde producten. Mijn favoriete voorbeeld (en veelgebruikte hulp) is de website tweakers.net, die een pricewatch bijhoudt van computers en -onderdelen. De econoom haalt zijn hart op: voor de meeste producten is er vrijwel volledige mededinging. De artikelen zijn natuurlijk overal hetzelfde, maar bijgeleverde diensten zoals service, garantie en snelheid zijn dat niet. Daarom is er een rating-systeem met uitgebreide ervaringen van klanten. Van elk product bestaat een lijst met aanbieders, hun prijs en rating en een historie van de laagste en gemiddelde prijs (voorbeeld). Het is de wachten op de eerste Nederlandse econoom die met deze data een baanbrekend empirisch onderzoek doet.

Waarom gaat dit zo goed? Een gedeelte van het antwoord moet zijn dat techneuten, voor wie deze informatie bedoeld is,  mensen zijn die snel van zo’n on-line service gebruik maken. Dat biedt weer een mooie niche advertentiemarkt, die de site zo te zien in de lucht kan houden. Ook zijn de taal en de wensen binnen deze doelgroep homogeen, zodat de beschreven ervaringen van de één inderdaad nuttig zijn voor de ander. Vergelijk dat maar eens met een algemene variant als kieskeurig of vergelijk.

De consumentenbestedingen blijven hoog

Het FD meldt vanochtend dat veel winkels een ge-wel-dige kerst hebben gedraaid. Dat is opmerkelijk in het licht van de economische crisis, waar de kranten sinds een jaar vol van staan.

‘We hebben de afgelopen weken meer verkocht dan ooit in die periode, stelt ook André Sprangers, algemeen directeur van schoenwinkel Zwartjes in Amsterdam. ‘De recessie zit heel erg in bepaalde hoofden, maar kennelijk niet in die van de consument.’

Wat is er aan de hand?

  1. Het valt wel op dat de bedrijven in het overzicht allemaal relatief goedkope spullen verkopen en niet met grote voorraden zitten. Afwezig zijn de autodealers en de makelaars. De conclusie dat de consument echt alles zomaar blijft kopen is een beetje voorbarig.
  2. Los van veranderingen in de totale bestedingen zijn er natuurlijk altijd structurele verschuivingen. De internetwinkels doen het erg goed, maar dat is een structurele verschuiving en geen conjuncturele. De berichten over de totale bestedingen zijn minder goed.
  3. De bedrijven die omzetstijgingen melden verkopen allemaal aan consumenten, niet zozeer aan andere bedrijven. De bestedingen van bedrijven (vooral investeringen) lopen wel terug. Het is mogelijk dat bedrijven beter rekening houden met de toekomst dan individuele consumenten. Die groep krijgt nog gewoon de normale salarisstrook en gedraagt zich of er niets aan de hand is.
  4. Maar wat zou een consument dan moeten doen? Er zijn twee redenen om rustig door te consumeren:
    • Op een heel leven gezien valt deze schok wel mee. De permanente inkomenshypothese stelt dat schokken in het jaar-op-jaar inkomen helemaal geen rol zouden moeten spelen bij bestedingen.
    • Voor veel mensen gaat de kredietcrisis helemaal niets betekenen. Zij die ontslagen worden, ondernemers, bankiers met een lagere bonus krijgen een inkomensschok. Maar dat laat grote groepen personeel, ambtenaren, gepensioneerden, jongeren voor wie er niets verandert.

Of is er nog iets anders aan de hand? Ik hoor het graag. Vanmiddag geef ik om 16:10 op Radio 1 de weerslag van deze overwegingen. update: voor alle fans, hier is de MP3 (624Kb)

2008

Voor het knallen begint is het nog even tijd voor het jaarverslag van deze site (eerder: 07, 06). Opnieuw deden we het beter dan een jaar eerder: op maandag 18 augustus werd het aantal pageviews van 2007 geëvenaard. Daarna lijken de bezoekersaantallen een beetje afgevlakt, zodat we uiteindelijk op bijna 53% groei uitkomen.

200812311419.jpg

Helemaal niet slecht, natuurlijk. Op maandniveau is duidelijk te zien dat we na de zomer wat inzakken; december laat weer een opleving zien. Wat dat betreft lijkt de jaarlijkse cyclus voor het aantal geserveerde pagina’s goed voorspelbaar.

200812311429.jpg

Dit is de top tien van zoektermen waarmee bezoekers op deze site terechtkomen:

1 (2) dollar valt
2 (-) bidster
3 (4) creatief met geld
4 (9) herengrachtindex
5 (5) arbeidstekort
6 (6) de dollar valt
7 (-) bidster strategie
8 (-) hold up economie
9 (-) philips curve nederland
10 (-) economie voor jou

Hier halen garantiestelsel en Icesave de top 10 net niet. We zien een aanhoudende interesse in valutakoersen, waarmee de dollar na een jaartje 2 opnieuw op één terechtkomt. Marco’s stuk over Bidster, uit 2007 alweer, bracht dit jaar pas grote groepen lezers.

Het was natuurlijk een veelbewogen jaar op economisch terrein. De beheerders van deze site zijn niet degenen die altijd het meest actuele nieuws over de crisis hebben, en daarom houden we ons vaak op de vlakte. Beter af en toe een raak inzicht dan alsmaar achter de menigte aanhollen. Wel hopen we dat het komende jaar goed uitpakt voor alle beleggers, spaarders, huiseigenaren, -kopers en andere belanghebbenden. Af en toe zullen we er iets over zeggen.

Een horde vuilnisbakken

Al eerder had ik het op deze site over Herd Behavior, een fraai inzicht uit de economische/informatie-theorie. Het principe hierachter is dat informatie kostbaar is, en dat andere mensen vaak dezelfde informatie zoeken. In plaats van zelf de kosten te incasseren is het dus vaak handiger om te wachten tot anderen door hun gedrag laten blijken wat de informatie is.

Dat is, ieder voor zich, handig maar op macro-niveau juist niet. Als er namelijk ruis in de informatie zit is het beter dat iedereen zelf die informatie zoekt. Zo middelt de ruis uit en krijg je een Wisdom of Crowds-effect. Als daarentegen iedereen op de informatie van de eerste zoeker afgaat kan het wel eens misgaan.

Droge kost, vindt u? We nemen een praktisch voorbeeld bij de hand, waarvan ikzelf helaas de aanstichter ben. Het begon toen ik afgelopen maandag onze Kliko naar de straatrand reed. Zo rond de feestdagen is het niet zo duidelijk op welke dag hier de vuilnisbakken worden geleegd. Informatie waar wel aan te komen is, maar dat kost moeite. Makkelijker is het om te kijken of de buren de bakken al buiten hebben gezet. Mijn actie had dus al gauw tot gevolg dat er drie extra bakken verschenen.

29122008445.jpg

Maar wie niet verscheen, dat was de vuilnisman. Toen ik in de avond de bak terugreed naar de achtertuin merkte ik wel dat iemand een extra zak afval in onze Kliko had gegooid.

Maar nu dit. De vuilnisman is sinds maandag nog niet geweest en ik verwacht ‘m eerlijkgezegd niet voor vrijdag, de normale ophaaldag. Maar de populatie bakken heeft zich alleen maar uitgebreid. Dit is de situatie vanochtend:

31122008450.jpg

Ik tel zo’n tien bakken, inmiddels ook aan de overkant. Verderop in de straat staan er ook een paar, wat verweesd, te wachten op wat komen gaat.

Wat komen gaat, dat is de oudejaarsnacht. Ik hoop dat de buren inzien dat het niet verstandig is om hun Kliko’s vannacht weer buiten te laten staan.

Structurele aanpassing

Meestal schrijf ik een bericht met deze titel in januari (08, 07) maar deze kerst valt de geest van de structurele aanpassing mij buiten het seizoen lastig. Het is die kredietcrisis, natuurlijk. Dit stukje op Marginal Revolution vat het goed samen: de opbrengsten in de financiële sector zijn jarenlang erg hoog geweest en als gevolg daarvan zijn hele hordes mensen in de sector gaan werken. Helaas waren die opbrengsten, zoals het nu lijkt, van tijdelijke en bubbelachtige aard. En dus moet een gedeelte van die mensen nu iets anders gaan doen. (MR vraagt zich af of de markt dit probleem aankan, een belangrijke vraag.)

Waar hebben we het over, in Nederland? Het CBS geeft aan dat het aantal personen aan het werk in de sector Financiële en Zakelijke Dienstverlening gegroeid is van 1,3 miljoen in 1996 tot 1,9 miljoen nu, oftwel van 18.6 naar 21.6% van het totaal. Dat is een groot gedeelte van onze economie, ook al is niet de hele sector strict financieel te noemen; ICT zit er ook in. Maar stel dat we terug moeten naar het aandeel 1996, dan moeten nog steeds 260.000 mensen uit de financiële sector naar iets anders omkijken (niet dat dat heel erg is, overigens). Op de achterkant van een sigarendoos zijn dat ongeveer alle mensen van 53 tot 65 jaar in die sector.

Dat is de gebruikelijke route, natuurlijk, een vroeg pensioen voor de oudjes en dan door met het jonge volk. Maar dat gaat in dit geval toch moeilijk worden vanwege het grote aantal mensen waar het om gaat. Als die allemaal een regeling moeten krijgen betaald door de groep 52-min dan wordt de sector wel erg onaantrekkelijk. Bovendien is de tijd er niet naar: we streven juist naar een hogere participatie om te zorgen dat de welvaartsstaat betaalbaar blijft.

En dan, wie wens je een pensioen op zijn of haar 53e? Dat is wel een heel lange tijd om stil te zitten. Er moeten mensen uit de financiële sector, maar die mensen moeten iets nuttigs en productiefs gaan doen. Wat precies? Welnu, dat komt goed uit: de taak om uit te zoeken welke activiteiten de moeite waard zijn valt traditioneel aan, jawel, de financiële sector. Een in Nederland onderontwikkelde tak van die sector is VC, venture capital oftewel risicoinvesteringen. In die tak van sport worden nieuwe ondernemingen van kapitaal voorzien in de hoop dat ze uiteindelijk heel veel waard worden. Een goede afdeling VC zou in Nederland kunnen functioneren als een aanjager van de leuke nieuwe bedrijven die al die uitgetreden mensen uit de financiële sector gaan beginnen.

Als we het nou als volgt organiseren. De overheidscommissarissen en overheids-CEO bij de Nederlandse banken zorgen ervoor dat er een serieuze VC-markt in Nederland ontstaat. Wie weggaat bij een financieel bedrijf kan daar terecht voor hulp en een investering, mits het business plan klopt. Zo houden we de economie niet alleen aan de gang, maar maken we er nog iets moois van ook.

Prettige kerst!

Voorspellende economen

Als u de stem van Henk Westbroek uit kunt staan, luister dan eens naar deze column die vanochtend op de radio werd uitgezonden. Strekking van het verhaal is dat het voorspellen van de economische conjunctuur onmogelijk is omdat het veel moeilijker is dan het voorspellen dan de voetbaltoto, en van dat laatste is al bekend dat het heel erg moeilijk is. Onderliggende boodschap: economen, je hebt er niets aan.

Het is te gemakkelijk om Westbroek weg te zetten als beroepsquerulant, want zijn analogie is nog niet zo gek. Natuurlijk is de economie veel ingewikkelder dan de eredivisie (alleen al omdat de economie de eredivisie omvat) en de toto heb ik nog nooit gewonnen. Heeft het dan wel zin om te voorspellen? Een paar dingen, zo uit de losse pols.

  1. Wie één wedstrijd mist heeft de voetbalpoule fout. In de economie is het waarschijnlijker dat missers tegen elkaar weg te strepen zijn. Dat maakt het voorspellen juist makkelijker.
  2. Een economische voorspelling is nooit alleen maar een getal. Er moet ook een verklaring achter liggen. Die verklaring is ook nuttig, als informatie, en geeft de mogelijkheid om achteraf te kijken waar het fout is gegaan.
  3. Grosso modo kloppen economische voorspellingen vrij aardig. Het niet voorzien van de kredietcrisis is echter een grote misser.
  4. Er is geen alternatief. Als we ophouden met voorspellen weten we helemaal niets. Beter aan de voorspelkunde te werken totdat het wel lukt. (Economen doen overigens veel meer dan voorspellen, maar dat wist u al.)

Zinnen die misschien wel iets te pretentieus zijn

Impulsieve mensen doen vaak domme dingen. Dit simpele inzicht is wetenschappelijk aan te tonen door impulsiviteit te meten aan de hand van de discontovoet (hoge discontering = impulsief) en vervolgens die meting te relateren aan gedrag. Zo kan niet sparen voor je pensioen het gevolg zijn van impulsiviteit of van onwetendheid, en de meting toont aan wat het is.

Goed nieuws: ook dit aspect van de mens onderzocht en het werkt, lees dit informatieve bericht van het NBER. Mooi natuurlijk, maar is het interdisciplinaire vuur bij de auteurs (er doen ook psychologen mee) niet iets te hoog aangewakkerd?

The authors suggest that future research could use discount rates as phenotypes in genetic studies designed to identify the molecular mechanisms of intertemporal choice.

Moleculair!?

Stimulanten

In dit artikel in Nature pleiten zeven wetenschappers ervoor om na te denken over het gebruik van geestverhelderende middelen bij economische productie (zie ook hier). Van medicijnen zoals Ritalin is bekend dat ze de concentratie verhogen en in principe kunnen leiden tot een verbetering van de productiviteit van bijvoorbeeld wetenschappers (overigens weten wetenschappers dat ook).

In eerste instantie lijkt er een parallel met bijvoorbeeld het wielrennen, waar doping streng verboden is omdat het de competitie vervalst. Maar die vlieger gaat hier niet op. Immers, als alle wielrenners doping nemen verandert er niets aan de uitslag die wordt bepaald door relatieve kracht. Maar, zo merken de onderzoekers op,

unlike athletic competitions, in many cases cognitive enhancements are not zero-sum games. Cognitive enhancement, unlike enhancement for sports competitions, could lead to substantive improvements in the world.

Door enkele wetenschappers aan de doping te laten gaan kan de technische vooruitgang mogelijk versneld worden, en daar heeft iedereen wat aan. Toch zou ik intuïtief geen voorstander zijn van dit soort plannen, hoewel ik daar op dit moment moeilijk sterke argumenten voor kan verzinnen. Wil ik misschien intuïtief mijn eigen (bescheiden) monopolie handhaven?