De lucht in

Morgen vlieg ik naar de VS. Voordat wij opstijgen, zal de stewardess vragen om de mobiele telefoons uit te schakelen, dit in verband met mogelijke interferentie op de elektronica van het vliegtuig.

Grote onzin, beweert Computerworld. De echte reden is dat maatschappijen bang zijn dat de pleuris uitbreekt als iedereen mobiel gaat zitten bellen in een overvol vliegtuig. En de mobiele aanbieders zijn er niet dol op, omdat de kans groot is dat een gesprek uitvalt. Verder hebben de autoriteiten eigenlijk nooit de moeite genomen om nu echt te testen hoe groot het gevaar is, want dat kost allemaal maar geld. Ook niet onbelangrijk: als iedereen in de cabine gaat zitten bellen, dan kunnen de luchtvaartmaatschappijen niets meer verdienen aan andere mogelijkheden tot communicatie die in de toekomst wellicht uitgerold gaan worden. Piloten schijnen zelf wel gewoon hun mobieltje te gebruiken. [via]

Bazelen

Het zijn geen mooie weken voor oud-hoogleraar economie Rolf Schöndorff. Al eerder figureerde hij in een weinig fraaie vertoning als een soort Sancho Panza aan de zijde van Arnold Heertje. Dit weekend verschijnt uit zijn pen een aflevering van het eerbiedwaardige economie voor jou, de doorgaans goed leesbare NRC-rubriek voor economen-in-de-dop, waarbij we de ogen meermaals ten hemel moeten heffen.

Het onderwerp, de liberalisering van voorheen-staatsbedrijven en marktwerking in het algemeen, is er één waarbij voor economen veel uit te leggen valt. De voordelen van marktwerking zijn groot maar diffuus en bestaan gedeeltelijk uit een dreiging; al met al moeilijk waarneembaar. Nadelen treffen vooral kleine groepen (concurrenten, ontslagen werknemers) maar doen het goed in de pers. Vaak lijken de nadelen groter; in zo’n geval heeft vooral de econoom de taak om goed in de gaten te houden of het publiek geen voordelen over het hoofd ziet.

Lees verder “Bazelen”

h

Economen zijn dol op lijstjes. Een populaire nieuwe maatstaf om de invloed van economen met elkaar te vergelijken is de zogenaamde h-index. De h-index van een wetenschapper is gedefinieerd als het grootste getal h waarvoor geldt dat tenminste h artikelen van persoon in kwestie tenminste h keer zijn geciteerd. Wie 3 artikelen heeft die 3 keer geciteerd zijn, maar geen 4 artikelen die 4 keer geciteerd zijn, heeft dus een h-index van 3.

Met dit prachtige stukje software kunt u nu uw eigen h-index uitrekenen. Of die van uw favoriete econoom, natuurlijk. Het programma trekt z’n gegevens van Google Scholar. Dat betekent wel dat uw h nogal genereus wordt bepaald: Google Scholar zoekt door alle pdf-files die het op het internet kan vinden, en dat hoeven niet noodzakelijk gepubliceerde artikelen te zijn, terwijl dat eigenlijk wel de bedoeling is. Met het programma kun je zelfs met een druk op de knop een indruk krijgen van de impact van een tijdschrift, opnieuw via Google Scholar.

Mijn h? Na wat klooien kom ik uit op 5. Collega Thijs zit momenteel op 3 4 [excuus! zijn meest geciteerde werk blijkt opgenomen in de categorie Biology and Life Sciences], maar is minder lang actief. Mankiw staat op 56, Tirole op 74, Stiglitz op 85. We moeten nog even. [via]

Loop-tie-loop

Ik heb een collega ruimtelijke economie die tevens groot liefhebber van landkaarten en atlassen is. Hobby, werk. Zelf ben ik altijd te porren voor een goede grafiek. Grafieken kom ik overdag genoeg tegen, maar ze zijn vaak erg lelijk gemaakt. Ach ja, een goede grafiek maken is moeilijk en er is kritiek genoeg.

Maar nu dit. Een slimmerik heeft de tijdreeks van reële Amerikaanse huizenprijzen (1890-nu) in een grafiek gezet. En vervolgens een filmpje gemaakt waarin de grafiek door een roller coaster (mijn Nederlandse vertaling van dit woord staat in de titel) bereden wordt. Het resultaat is schokkend. [via]

Het is verleidelijk om, na het zien van het filmpje, te concluderen dat het maar één kant op kan met de huizenprijzen in de VS. Die suggestie (omlaag!) zit subtiel in het gebruik van de roller coaster als vehikel, een attractie waarbij je altijd weer op de grond uitstapt en de vraag alleen is wanneer de val komt. Het is niet moeilijk te zien dat zoiets voor huizenprijzen niet hoeft te gelden: als er niet voldoende bijgebouwd wordt en de inkomens trendmatig stijgen, wordt het schaarse aanbod steeds duurder. Lans Bovenberg wees er ooit op dat op die manier de eerste generatie werkende vrouwen een behoorlijk cadeau aan hun (huisbezittende) ouders heeft gegeven.

Maar goed, het filmpje. Onthoudt u het concept voor uw volgende presentatie. De zaal zal gillen van plezier.

Update rel UvA

Vorige week hadden wij het al over de rel Heertje vs. Kneppers op de UvA. Inmiddels blijkt mevrouw Kneppers gewoon gepromoveerd. In universiteitsblad Folia slaat zij terug:

Die meneer Heertje belemmert eigenlijk al jaren de vooruitgang en de ontwikkeling van het vak economie. Hij bekritiseert niet alleen mij, maar iedereen die zijn nek uitsteekt in het onderwijs.

Let vooral ook op het meegeleverde filmpje.

(Dank aan Linda).

Scheidingsprikkels

Economische prikkels hebben ook een effect op beslissingen die op het eerste gezicht weinig met economie te maken hebben, zoals geboorte en zelfs overlijden. De BBC meldt dat in Japan een explosie in het aantal echtscheidingen wordt verwacht. Per deze maand wordt het voor vrouwen namelijk veel makkelijker om de helft van het pensioen van haar ex-man te claimen.

Op de korte termijn ligt het inderdaad voor de hand dat het aantal scheidingen zal toenemen, maar het is maar de vraag of dat op de lange termijn ook geldt. Immers: de afweging om wel of niet te gaan trouwen gaat nu ook veranderen. Japanse mannen zullen in de toekomst wellicht minder snel in het huwelijksbootje stappen. Er zijn economen die beweren dat de exacte regels omtrent scheidingen geen effect zullen hebben op het aantal echtscheidingen. En dat is zelfs empirisch aangetoond.

It’s the economy, stupid

Nogal wat zaken hangen samen met de conjunctuur. Gaat het goed, dan koopt men meer en doet men minder aan criminaliteit. Gaat het slecht, dan verandert alles de andere kant op. In de media wordt deze link verrassend weinig gelegd. Sociale fenomenen worden daar vaak geduid door experts uit het veld, die deze plank maar al te vaak misslaan. Wij stellen daar graag een scatterplot tegenover.

Er is sinds anderhalf jaar een conjuncturele ommezwaai, dus de krant staat vol met berichten van opvallende trendbreuken. De criminaliteit kende u al. Vandaag kijken we maar eens naar de samenhang tussen inkomen en consumptie:

Lies van Gennip van de anti-rokerslobby Stivoro zegt niet verbaasd te zijn dat er weer meer wordt gerookt. ‘De overheid is erg passief. In 2004 is tegelijkertijd met de accijnsverhoging de campagne ‘Start met Stoppen’ begonnen. Toen zijn er één miljoen mensen gestopt, waarvan liefst een kwart een jaar later nog was gestopt. Maar sinds die tijd zijn er geen grootschalige campagnes meer geweest.’

Ja ja. Eens kijken: we zetten de verandering in het werkloosheidspercentage, onze favoriete conjunctuur-indicator, af tegen de verandering in het aantal geconsumeerde sigaretten per persoon (CBS).

Sigaretten

Fraai. Maar nog mooier is het verband tussen de conjunctuur en de consumptie van dat beeldmerk van de kapitalist, de sigaar:

Sigaren

Jammer genoeg is de data over shag weinig gedetailleerd; dat verband kon wel eens de andere kant op lopen. De echte hobbyist mag nu gaan berekenen hoe het zit met het verband tussen het aantal gevangenen en de sigarettenconsumptie; maar pas op voor de zogenaamde “derde factor”.

Statistiek in de trein

Ik typ dit verhaal in de trein. In het openbaar vervoer is weinig te doen, terwijl je er veel tijd doorbrengt. Dat verklaart de veelheid van theorieën over het OV.

Neem bijvoorbeeld het psychologische effect van vertragingen, dat veel groter is dan dat van een file in het autoverkeer. Vijf minuten later met de trein en iedereen zit te zuchten; vijf minuten file en je hoort er nooit iemand over. Dat heeft te maken het feit dat de opportunity costs in het OV zo in het oog springen. Een trein komt te laat binnen en je hebt je voor niks naar het station gehaast. Als je daarentegen vast staat op een plek waar 5 minuten geleden nog geen file was, dan kom je daar nooit achter.

Ik zit trouwens alleen op deze plek, net naast de deur aan het begin van de coupé. Daar is namelijk de optiewaarde van het verder zoeken naar een rustige zitplaats het grootst. Mensen die binnenkomen en mij hier zien zitten kunnen erbij gaan zitten of verder lopen door de rest van de coupé, op zoek naar een plek met meer ruimte. Hoe groter de rest van de coupé, hoe eerder men dat doet en dus zit ik altijd meteen aan het begin, zoals dat heet, pontificaal.

Lees verder “Statistiek in de trein”

Handdoekenzwendel

Dear guest, can you imagine how many towels are washed unneccesarily?

Beste hoteleigenaar,

Met tranen in de ogen las ik het briefje dat u bij mijn handdoeken gevoegd had. Dat het milieu zo te lijden heeft van mijn beslissing in uw hotel te verblijven! Laat me u snel een goede tip aan de hand doen:

Met uw wasserij heeft u een contract gesloten waarbij u meer betaalt naarmate u meer vuile was aanlevert. Dat is de normale gang van zaken, want hoe meer was, hoe meer kosten de wasserij moet maken. Met mij, uw gast, heeft u een ander contract: hoeveel handdoeken ik ook verbruik, u brengt mij voor deze kamer hetzelfde in rekening. Dit wetende droog ik elk lichaamsdeel met een nieuwe handdoek, die ik vervolgens allemaal op de grond achterlaat.

U ergert zich aan deze gang van zaken en probeert mij nu te chanteren door, in slecht Engels, een beroep te doen op mijn zorgen om het milieu. Dit is niet de juiste manier: als ik al gehoor zou geven aan uw verzoek, dan zou ik elders de grotere viespeuk uithangen en wordt het milieu er niet beter van. U kunt beter ons contract aanpassen en mij voor elke handdoek laten betalen. Zo ongeveer wat het kost om hem te laten wassen. De kamerprijs kan dan omlaag.

(Ben een weekje op vakantie geweest, maar ik zie dat Marco niet stil heeft gezeten. Vanaf morgen ga ik inhalen! TK)