Gouden Ballen en Side Payments

TV spelletjes zijn een ideale speeltuin voor speltheoretici. Sommige mensen weten er zelfs wetenschappelijke publikaties uit te peuren.

Een van die spelletjes is het Britse Golden Balls. In de finale spelen de deelnemers in essentie een gevangenendilemma voor heel veel geld. Eerder lieten we al deze video uit dat programma zien.

Maar het kan nog mooier. De manier waarop deze man het spelletje speelt is ronduit geniaal. De volle zes minuten meer dan waard. (via)

Gemeente/Gevangene

In het Prisoner’s Dilemma (zie eerder hier) is er een gemeenschappelijk belang en een prikkel om daartegen in te gaan. Doen er meer dan twee mensen mee, dan ontaardt het probleem in een Tragedy of the Commons (hier). In beide gevallen heeft het iets tragisch, eigenbelang verpest het voor iedereen, de goeden moeten maar onder de kwaden lijden, u kent het wel.

Nou is een Commons in sommige gevallen een natuurlijk gegeven (zie: het leegvissen van de zee) maar er zijn er ook die met opzet zo bedacht zijn. Wist u bijvoorbeeld dat, als Nederlandse gemeentes gemiddeld genomen de belastingen teveel verhogen, de centrale overheid ze allemaal straft met een korting? Voor een enkele gemeente is een verhoging van de ozb dus alleen nuttig als anderen het niet doen. Drie keer raden wat er gebeurt.

De opbrengst van de onroerendezaakbelasting (ozb) stijgt dit jaar met 4,0 procent. Dat is meer dan de 3,75 procent die als bovengrens was afgesproken.

en

Wethouder financiën Ruud Luchtenveld van Lelystad hoopt ook dat de sanctie uitblijft. Lelystad heeft dit jaar de ozb-inkomsten juist verlaagd met 6%. ‘Het zou toch niet eerlijk zijn als wij de dupe worden van lastenverhoging in andere gemeenten.

Nou is het al onfortuinlijk als de natuur ons opscheept met een Commons, maar gegeven dat het gedrag van alle gemeentes toch al geobserveerd wordt, moet dit vast slimmer kunnen.

Schelling in Frankfurt

Het manoevreren in de Europese schuldencrisis blijft mooie voorbeelden geven van Schelling’s “zwakte is sterkte”-inzicht [eerder hier]. Vandaag zien we het terugkomen in Buiter’s laatste stuk [pdf]:

The weakness of the EU national political leadership vis-à-vis its backbenchers and its citizens becomes a source of strength in its contest of wills with the ECB about whether an explicitly fiscal or a quasi-fiscal facility should take on the bulk of the official exposure to the EA periphery sovereigns: “Of course we would love to create a €3trillion ESM, but we have little hope of getting that past our transfer-Europe fatigued parliaments and voters”, is likely to be a fair summary of the argument used by the core EA fiscal authorities that finally causes the ECB to cave in.

Ondertussen stuur ik u vast langs het lemma voor CAC’s, een term die komende weken nog wel eens voorbij zal komen.

Geneeskunde, ministerraad

Het schijnt dat de loterij voor de studie geneeskunde wordt afgeschaft en aspirant studenten hun lot in eigen hand krijgen. Dat is geweldig nieuws; het leidt tot meer en betere doktoren en zorgt ervoor dat scholieren beter hun best doen (zie ons eerdere commentaar onder meer hier).

Maar nu iets vreemds. Doordat we melding maken van deze verandering wordt de invoering ervan mogelijk met een week vertraagd. Het item zou namelijk op de agenda van de ministerraad staan, en alles van die agenda dat vóór de vergadering uitlekt gaat voor straf een week niet door.

Mark Rutte bedacht die regel om te zorgen dat ambtenaren stoppen met lekken naar de pers (stukje personeelsmanagement). Dat is een mooi streven, maar het werkt nog niet zo goed, gekeken naar het aantal keren dat de straf al is uitgevoerd. Misschien komt het doordat niet alle ambtenaren dezelfde prikkels kennen. Lekken is voor een groot aantal mensen aantrekkelijk, al was het alleen maar vanwege het contact met een beroemde journalist. Daar staat nu een straf tegenover die gevoeld wordt door de minister en degenen die het voorstel snel behandeld willen zien. Maar niet elke ambtenaar staat achter elk initiatief van zijn ministerie. Er zal er altijd wel een zijn die juist tegen is, of het niets kan schelen. Dan werkt de straf niet, tenminste, als opsporing van de dader onmogelijk is. Er zijn wel kosten aan de regel: het bestuur van het land loopt onnodige vertraging op.

Beter is het om een straf te verzinnen die alle ambtenaren treft, maar die niet kostbaar is voor het land. Als een onderwerp voortijdig lekt, gaat de verwarming op het ministerie een graad lager. En wordt voor de lunch alleen kool geserveerd. Dat zal ze leren.

Schelling in Griekenland

Als twee vrachtwagens met dynamiet elkaar moeten passeren op een smalle bergweg, wie gaat er dan achteruit? Deze zomer las ik het schitterende Strategy of Conflict van Thomas Schelling, over conflicten waarin de spelers tegengestelde belangen hebben, maar ook een gezamenlijk belang om de boel niet te laten ontploffen. De belangrijkste les was zwakte is sterkte, oftewel, de speler die de minste opties heeft, komt het best uit het spel.

Het steekspel rond de Griekse schuld is een klassiek voorbeeld van dit thema. Griekenland wil zo min mogelijk betalen, Europa wil zo veel mogelijk geld terug, maar beiden willen een failliet voorkomen. En dus heeft elke kant zichzelf zoveel mogelijk opties ontnomen. Europa:

“We will certainly not discuss a top-up,” said Wolfgang Schäuble, the German finance minister, noting that a €130bn limit was agreed at an EU summit in October. “We are negotiating within the mandate that heads of state and government have given us.”

En in Griekenland ligt het land stil door een staking en stappen ministers op, wat de Griekse onderhandelaars steunt in hun overtuiging dat ze echt niet verder toe kunnen geven.

De theorie zegt dat de twee uiteindelijk, net voor de deadline, tot overeenstemming komen. Maar Schelling waarschuwt ook dat elke crisis zijn eigen dynamiek kent, en tot ongewenste uitkomsten kan leiden. Een belangrijke toepassing van zijn werk was de hotline, een rode telefoon voor leiders in Washington en Moskou die tijdens de koude oorlog misverstanden moest voorkomen. Laten we hopen dat Venizelos en Juncker elkaars mobiele nummer hebben.

Zwakte is sterkte

Terug in Nederland kan ik melden dat ik op vakantie in ieder geval één economische klassieker gelezen heb, The Strategy of Conflict van Thomas Schelling .Vier jaar geleden moest ik het doen met zijn biografie, maar ’s mans proza is een stuk interessanter.

Speltheorie, natuurlijk. Het onderwerp van de eerste hoofdstukken is de situatie waarin twee spelers zowel een tegengesteld als een gemeenschappelijk belang hebben. In het werk van Schelling zijn die spelers meestal de VS en de USSR, die kleine voordelen ten opzichte van elkaar willen halen maar allebei de totale oorlog willen vermijden. Maar er zijn veel meer toepassingen, zoals ouders die streng (maar niet te streng) zijn en hun kinderen die daar gebruik van maken.

De mooiste conclusie van Schelling is het tegen-intuïtieve weakness is strength. Wie in een dergelijk conflict zit en maar erg weinig mogelijkheden heeft, komt vaak als beste uit het spel. De dronken fietser krijgt ruim baan, wie zijn schepen verbrandt wint de strijd op het land, er zijn vele voorbeelden te verzinnen. De truuk is om als speler zo snel mogelijk een commitment te hebben waar je niet meer onderuit komt. De tegenspeler die ziet dat je niet anders kunt zal zich naar zijn lot schikken.

Ik schreef jaren geleden al eens over dit principe als verklaring voor het mysterieuze bordje “slagbomen dalen automatisch” dat je op de Nederlandse wegen nogal eens tegenkomt. Ook in Italië bood het lokale verkeer een mooi voorbeeld. Kijk eens naar deze typische invoegstrook van de Italiaanse autostrada (vergelijk een Nederlands exemplaar). De Hollandse automobilist schrikt zich in eerste instantie rot: het verkeer wordt zonder pardon op de rijbaan gesmeten, zonder de invoegstrook van honderden meters die wij gewend zijn. Maar ook hier geldt dat de zwakte een sterkte blijkt: andere bestuurders weten dat de invoeger geen kant opkan en maken netjes een gaatje. Na een tijdje blijkt dat het invoegen beter gaat dan thuis.

Speltheorie en de invasie in Normandië

201106052333.jpg

Het is 6 juni, D-day, een mooie dag om eens stil te staan bij het artikel Lying for strategic advantage van Vincent Crawford uit 2003. Crawford gaat in op de keuze voor Normandië als de plek van de invasie, in plaats van het meer voor de hand liggende Calais. De strategische voordelen van Calais (dichter bij Engeland én Duitsland) waren bij beide partijen bekend. Wat het verhaal interessant maakt is het grootschalige afleidingsplan dat de geallieerden inzetten om de Duitsers ervan te overtuigen dat de landing inderdaad bij Calais zou gaan plaatsvinden, operatie Fortitude.

Die operatie is een klassiek WO-II verhaal, waarin met opblaasbare tanks, houten vliegtuigen en een nep-generaal Montgomery de indruk werd gewekt dat zich bij Dover een geweldig leger aan het samentrekken was. Er was massaal radioverkeer en Duitse spionnen die gevangen waren, werden ingezet om de invasie bij Calais door te geven. De Duitsers trapten er op een geweldige wijze in. Zelfs toen de invasie in Normandië al weken aan de gang was hielden ze een grote reserve bij Calais omdat ze de grote inval nog steeds dáár verwachtten.

Lees verder “Speltheorie en de invasie in Normandië”

Collectieve actie in het Midden-Oosten

Bij de revoluties in het Midden-Oosten is er veel te doen geweest over de rol van het Internet in het organiseren van de protesten. In de Volkskrant betoogt Daron Acemoglu (eerder) dat die rol er vooral een is van coordinatie in een collective action probleem. Iedereen kan wel de straat op willen, maar als niemand anders het doet ga jij ook niet want als de opkomst laag is ben jij de pineut. Via Internet kunnen deelnemers zich min of meer committeren aan deelname. Leuk stuk.

Forza Draghi!

De president van de Europese Centrale Bank, Jean-Claude Trichet, houdt er eind oktober mee op. De race om zijn opvolging is, volgens de beste Europese traditie, een ondoorzichtig spel waarbij nationaliteit een hoofdrol speelt. Het nieuws van de afgelopen dagen is dat de Duitse ijzervreter Axel Weber niet meer meedoet. Dat geeft de Italianen nieuwe hoop: hun man, Mario Draghi, zou de ideale bankpresident zijn. Opgeleid aan MIT, veel internationale ervaring, al vijf jaar president van de Italiaanse centrale bank. Maar ja, Italiaan, en dus voorzien van een zuidelijk stempel. De Noordelijke landen zien de geldpers al draaien als Mario de ECB overneemt.

De nationaliteit van Draghi kan echter ook in zijn voordeel werken. In een artikel uit 1998 (dat misschien wel bij de beste uit de AER hoort; hier is een gratis versie uit Tilburg) laten Cukierman en Tommasi het volgende sterke staaltje zien: stel, politici hebben informatie over de wereld die beter is dan die van hun kiezers. Maar kiezers weten dat politici zelf ook voorkeuren hebben, en dus mogelijk liegen over hun informatie. Wanneer kun je er dus van op aan dat de politicus echt de waarheid spreekt? Als hij iets doet dat tegen zijn gebruikelijke overtuiging ingaat. Het artikel heet dan ook When does it take a Nixon to go to China?

Vertaal dit naar de ECB en ontdek dat het juist voor een Italiaan, met het stigma van een losse monetaire moraal, makkelijk is om een streng anti-inflatiebeleid te voeren.* Wie de steun van Zuid Europa wil hebben als de rente omhoog moet, krijgt die makkelijker met Draghi aan het roer.

(*) De ECB is dan wel geen democratie maar de steun van de bevolking is wel handig, zie mijn eigen werk uit een grijs verleden.

Nacht op de Kale Berg

Op de achterkant van elke editie van het Journal of Political Economy staat een citaat uit de wereldliteratuur dat gerelateerd is aan een bepaald economisch begrip. Het is jammer dat dat alleen Engelstalige citaten mogen zijn, want onze vaste lezer Pim kwam op de proppen met de volgende passage uit Nacht op de Kale Berg van Karel van het Reve uit 1961, waarin het gebruik van gemengde strategieën wordt uitgelegd  (Salamander, 4e druk, 1990, pg. 157):

Nee, zei Joop. Ik heb niet gekozen. Kijk eens, eventuele achtervolgers begrijpen, als ze verstandig zijn, dat we deze keuze hadden. Ze zullen zich dus afvragen welke weg wij kiezen. Ze kennen misschien onze omstandigheden, onze overwegingen. Ze kunnen proberen onze keuze te voorspellen.
– Maar wij kunnen weer proberen om het resultaat van die pogingen te voorspellen.
– Zeker, en daar kunnen zij weer achter proberen te komen. Zo blijf je achter elkaar aanhollen en blijft de kans bestaan dat ze door nadenken onze route te weten komen.
– Maar daar lijkt me toch weinig aan te doen.
– Toch wel: ik heb een aselecte keuze gedaan uit die twee mogelijkheden. Een onvoorspelbare keuze. Ik heb een cent opgegooid.
– Maar ook daar kunnen zij achterkomen.
– Zeker, maar hoe die keuze uitgevallen is kunnen ze nooit weten.