Boober exit

Met de vooruitziende blik van economen is het nog niet zo heel goed gesteld [kuch kredietcrisis kuch] en dus mogen we best blij zijn met de keren dat we het wel goed zien. In februari 2007 schreef ik op deze site over de nieuwe peer-to-peer bank Boober.nl, die traditionele banken wilde vervangen,

[d]e financiële sector [heeft] wel degelijk een functie. De kredietnemers worden gescreend en door het poolen van leningen worden de verliezen op dubieuze debiteuren uitgemiddeld. […] Ik breng mijn geld er niet heen totdat de eerste wanbetaler succesvol is aangeklaagd.

Zo’n 1200 investeerders deden het toch en, kijk nou, de econoom had gelijk.

“In de praktijk echter zag je dat hoe langer boober.nl bestond, hoe meer wanbetalers er kwamen. Ze hebben dat eerst proberen op te lossen via een incassobureau, maar dat lukte niet. Later hebben ze het zelf geprobeerd, maar ook dat ging niet.”

Letland

Tot dusver heeft de kredietcrisis nog niet echt geleid tot spanningen op de valutamarkt, maar daar is sinds enkele dagen verandering in gekomen. De munt van Letland, de lats, staat onder hoge druk om te devalueren.

Nou is economisch nieuws niet altijd even makkelijk te volgen, maar bij valutacrises is het voor de leek echt niet bij te houden. Een poging tot een korte verklaring.

  1. De peg. De Letten hebben ervoor gekozen om een vaste wisselkoers met de euro aan te gaan. Daar zijn goede redenen voor, lees ze hier, de belangrijkste is natuurlijk de wens zelf ook de Euro in te voeren. Een wisselkoers kun je niet bij wet vastleggen, daar komen alleen maar zwarte markten van, en dus koopt en verkoopt de Letse centrale bank onbeperkt tegen de vaste koers.
  2. De original sin. Omdat de koers van hun munt toch vaststond, hebben Letten veel geld geleend in euro’s. Da’s lekker goedkoop, maar als de lats nu minder waard wordt is het een stuk moeilijker om die leningen terug te betalen.
  3. De crisis. Een kleine, open, ontwikkelende, op handel gerichte economie heeft het erg moeilijk in deze tijd. De huizenprijzen in Letland zijn met de helft gekelderd, om maar eens wat te noemen.

Dit rijtje factoren is van belang om de valutacrisis te begrijpen. De vaste wisselkoers houdt op te bestaan als de centrale bank stopt met kopen tegen de vaste koers. Wie dat van tevoren weet kan veel geld verdienen door geleende lats nu om te zetten in euro’s. Kennelijk is men daar druk mee bezig.

De centrale bank wil niet stoppen met de vaste wisselkoers maar kan zich gedwongen zien om twee redenen: (1) het geld is op, dat wil zeggen, er zijn geen euro’s meer om lats te kopen. De ECB zorgt voorlopig dat dat niet gebeurt. Maar, (2), door al die lats op te kopen doet de centrale bank het omgekeerde van wat nodig is in de crisis, namelijk geld onttrekken aan de economie. Dat zorgt voor een grote verergering van de binnenlandse situatie. Men kan op een gegeven moment besluiten dat de opbrengsten niet meer opwegen tegen de kosten.

Daar speelt nog iets pikants, want de afweging is anders voor Letland dan voor Europa. Men is in Frankfurt bang dat een Letse devaluatie de poorten opent voor een algemeen Oost-Europees bankroet. Bovendien zijn die buitenlandse schulden van punt 2 in handen van Europese banken, die bij een devaluatie op een slecht moment opnieuw een klap krijgen. En dus lijdt de Letse bevolking nu om erger te voorkomen. Het laatste nieuws is dat de regering met dit beleid doorgaat. Ongetwijfeld hopen ze dat deze goede daad in de toekomst niet vergeten zal worden.

Meer achtergrond hier en hier, de druk op de munt valt af te lezen aan de korte rente op de lats. De Letse premier is overigens 37 jaar.

Mannencrisis

In de VS is opgemerkt dat de crisis mannen veel harder lijkt te treffen dan vrouwen. Onder mannen is de werkloosheid nu 10.5%, onder vrouwen slechts 8%. Dat verschil is nog nooit zo groot geweest.

mannen 

En in Nederland? Verdraaid, de meest recente cijfers van het CBS laten hetzelfde  beeld zien, vooral als we kijken naar absolute aantallen. En dat terwijl de crisis hier nog maar net begonnen is. Ten opzichte van het laagste punt, ergens in het derde kwartaal van 2008, is de absolute werkloosheid onder mannen gestegen met 34%, tegen slechts 14% voor de vrouwen.

Mesjesmarkup

In het spoor van de Engelse Daily Mail maakt de Telegraaf zich druk over de prijs van scheermesjes. Die van Gillette kosten 5 pence om te maken maar gaan voor 2,43 pond over de toonbank. De Telegraaf vertaalt 5 pence met 6 cent en de verkoopprijs met “bijna 3 euro” maar had beter even kunnen kijken wat de mesjes hier echt kosten: het blijkt dat de Nederlandse man zelfs 4 euro betaalt. De markup loopt hoe dan ook in de duizenden procenten.

Schande!, roept de krant, maar dat is natuurlijk onzin. De situatie laat zich het best vergelijken met de verkoop van bijvoorbeeld software of muziek. Bij dit soort producten is het eerste exemplaar enorm duur en zijn alle andere gratis. De winstmarge op een exemplaar van Windows is wat dat betreft oneindig hoog. Toch begrijpt iedereen dat het niet vanzelfsprekend is om die producten dan maar voor een paar cent te verkopen.

Waarom is een scheermesje hetzelfde als een computerprogramma? Vanwege de vaste kosten, in dit geval de marketing. Wat je er ook van vindt, het laten opdraven van beroemdheden kost nou eenmaal geld. De Telegraaf heeft de causaliteit dan ook precies verkeerd om. Waar ze schrijft dat de “cijfers verklaren […] hoe Gillette supersterren als Roger Federer, Tiger Woods en David Beckham kan betalen om in reclames te verschijnen” vormen de sterren juist de verklaring voor de winstmarge.

The crash of ’79

Ik kom nog even terug op mijn aankoop van afgelopen Koninginnedag, het boek The Crash of ’79 van Paul Erdman. Mijn korte inspectie van de achterflap leek erop te duiden dat de Crash uit het verhaal grote gelijkheid vertoont met de Crash van ’09. Inmiddels ben ik het boek door (waar een korte vakantie al niet goed voor is) en kom u vertellen of het inderdaad profetisch was.

Kort antwoord: nee. In dit boek draait alles om olie, en de markt voor olie speelt tot dusver geen rol in de huidige crisis. Maar niet alles op de achterflap is gelogen, er zijn parallellen. Ten eerste de manier waarop de financiële crisis zijn beslag krijgt. De schrijver, zelf bankier, hangt ondanks de James Bond-setting een geloofwaardig verhaal op over grote banken die belegden in, naar het scheen, veilige maar hoog renderende projecten. Als die vervolgens allemaal op de fles gaan is de crisis daar. In plaats van hypotheken zijn de projecten in dit boek Italiaanse staatsobligaties en vloten olietankers, maar wat zou het. Het interbankaire wantrouwen blijft vervolgens uit (minpuntje) maar tegen het eind neemt de Fed de hele schuld over en houdt op die manier de banken overeind, inflatie of niet. Dat dan weer wel. Verder draait het verhaal deels om de financiële reserves van Saudi-Arabië en die spelen in het verhaal een rol die erg lijkt op het vermogen van China in de huidige tijd.

Toch is het lezen van een boek uit begin jaren zeventig vooral verhelderend vanwege de inzichten die ontbreken. De hoofdpersoon (een econoom, natuurlijk) steekt in het begin een verhaal af over het kapitalisme, dat ten dode is opgeschreven. Het systeem neigt naar verval, en daarom moet de overheid steeds meer sectoren overnemen. Zo worden we uiteindelijk toch nog communistisch. Kijk maar naar Groot Brittanië, die mislukte en half gesocialiseerde economie.

Hah, denkt de lezer in 2009, die had Thatcher duidelijk niet zien aankomen. En zo zijn er meer antieke denkbeelden: de grote macht van de shah van Iran (hah!) en de Amerikaanse afhankelijkheid van olie. En de kernwapens, natuurlijk, die volgens de auteur makkelijk te maken zijn en veelvuldig zullen worden gebruikt in regionale conflicten. Hah! en gelukkig maar. Wat dat betreft had die andere econoom, Thomas Schelling, het toch beter gezien.

Examen

Voor de liefhebber staat het VWO-examen Economie 1 van vorige week hier [pdf] het correctiemodel hier [pdf].

Eerste persoonlijke indruk: nogal saai. Bijzonder sterke nadruk op overheidsbeleid en overheidsfinanciën, veel aandacht voor jargon en weetjes.

Update: trouwe lezer enono, zelf werkzaam in het onderwijs, wijst er op dat dit het examen van het vwo-economie 1 (deelvak) is dat na dit jaar niet meer bestaat. Het echte economievak is vwo-economie 1,2 (totaalvak) en het examen daarvan staat hier, uitwerking hier. Persoonlijk lijkt me dit examen aardiger dan waar ik in eerste instantie naar verwees. Ook meer rekenwerk. Volgens enono was het echter “bar en boos”, wellicht juist vanwege dat vele rekenwerk.