May I have your votes please?

Over een week begint in Malmö de eerste halve finale van het 58e Eurovisie songfestival. Op zaterdag 18 mei staat, als alles goed gaat, de winnende artiest even voor middernacht een toegift te zingen voor enkele honderden miljoenen televisiekijkers.

De econoom kijkt geïnteresseerd mee. Het is veelzeggend dat Portugal dit jaar zal ontbreken vanwege bezuinigingen op de publieke omroep, terwijl de Duitse inzending nu al een wereldwijd exportsucces is. Maar belangrijker is dat het festival een uniek inkijkje geeft in de verhoudingen tussen de verschillende landen in Europa (en omstreken), en wel op een manier die in getallen vastgelegd wordt.

Enige uitleg is op z’n plaats. De handelstheorie voorspelt dat het goederenverkeer tussen twee landen onder meer bepaald wordt door de afstand, de relatieve productiviteit in verschillende sectoren en de mate van specialisatie. Modellen, gebaseerd op dit soort harde fysieke en economische gegevens, verklaren inderdaad een groot gedeelte van de handel, maar niet alles. Al in de jaren ’60 van de vorige eeuw speculeerden economen dat niet alleen aanbodfactoren, maar ook de vraag een rol speelde bij internationale handel. Landen zouden wellicht meer met elkaar handelen, als de bevolking van dezelfde dingen hield.

Het was moeilijk om deze theorie te testen, omdat daarvoor een maatstaf van “gelijksoortige preferenties” nodig is. Bij benadering is het mogelijk om te kijken naar landen die dezelfde taal spreken, of ongeveer even ver ontwikkeld zijn. De Nederlander Geert Hofstede ontwikkelde zelfs een raamwerk met verschillende culturele dimensies. Maar wellicht is er een simpeler benadering mogelijk door, daar komt het, te kijken welke landen elkaars liedje de meeste punten geven in het songfestival. Landen met dezelfde muzikale voorkeur zijn misschien ook geneigd elkaars waar te kopen. En dat klopt inderdaad. Ik kopieer niet vaak Engelstalige tekst uit een onderzoekssamenvatting, maar deze quote is niet te versmaden: We conclude that preferences influence trade through several channels, and that results of the European Song Contest are a robust predictor of bilateral trade. Een eerdere studie vindt hetzelfde effect [pdf].

Welnu, hoe zien die preferenties eruit? Hier staat één van de vele weergaven van de manier waarop landen hun Eurovisie-punten uitdelen. We ontwaren een Scandinavisch blok, een Balkan-blok en de vaak verfoeide club-Oost Europa. Nederland hangt samen met Armenië, België, en Turkije. De verklaring voor deze stemblokken is in dit geval puur cultureel, en niet het resultaat van voor-wat-hoort-wat bij het stemmen. De landen in een blok sluiten gewoon goed op elkaar aan qua preferenties, net zoals de Cyprioot nou eenmaal van Griekse muziek houdt.

Het is verleidelijk om deze blokvorming toe te passen op verdere vraagstukken van economische integratie. Landen die veel met elkaar handelen vormen wellicht een optimaal muntgebied. Hoe zag de eurozone eruit, als we die op basis van het songfestival hadden samengesteld? Zo op het oog kunnen Cyprus, Malta, Ierland beter naar de Pond-zone rondom het VK, en Finland naar het Scandinavisch blok.  Turkije en ex-Joegoslavië komen ervoor in de plaats. Wellicht vindt u nog meer verbanden: de stemdata staan hier, en vanaf volgende week kunt u weer drie avonden empirisch onderzoek doen, voor de televisie.

Overigens, de handelstheorie is niet de enige tak van de economie die het songfestival gebruikt voor onderzoek. Mede-blogger Marco Haan publiceerde al eens over het verschil tussen juries en open stemmingen op basis van Eurovisie-data.

Outsource jezelf

Een geweldig verhaal deed deze week de ronde op het internet, zie hier. Een programmeur bij een groot Amerikaans infrastructuurbedrijf blijkt al geruime tijd zijn eigen baan (salaris: $250.000 per jaar) te hebben uitbesteed aan een Chinese programmeur in Shenyang:

Bob was paying a Chinese firm about $50,000 a year to do his work, then spent the day surfing the web, watching cat videos and updating his Facebook page.

Hoe lang dat dealtje al liep is onduidelijk, want “de log-files gaan maar een half jaar terug”. Al een behoorlijke tijd dus. Inmiddels was de baas meer dan tevreden over het geleverde werk:

Quarter after quarter, his performance review noted him as the best developer in the building.

Een en ander kwam aan het licht toen het bedrijf beveiliger Verizon inschakelde wegens verdachte activiteit op het netwerk, zie hun oorspronkelijke bericht.

De cruciale vraag is natuurlijk waarom de werkgever zelf niet op het idee is gekomen om het werk van deze programmeur uit te besteden en dus 80% te besparen. En of ze dat nu wel gaan doen.

Onze controlegroep

Hallo vanuit Denemarken. Ik verkeer voor korte tijd aan de Deense kust en worstel dus een paar dagen met het lokale monopolygeld (waar men voorlopig niet vanaf wil). Denemarken is een mooi land om als vergelijking naast Nederland te leggen omdat de uitgangspunten zo vergelijkbaar zijn maar de beleidskeuzes vaak precies andersom. Dat geldt voor het geld, maar ook voor bijvoorbeeld het arbeidsmarktbeleid (Deense flexicurity versus Nederlandse ontslagbescherming – het CPB organiseerde er onlangs een conferentie over).

Een ander verschil is het uitbannen van de historische fout van het vroegpensioen. Waar we dat in Nederland vrij efficiënt gedaan hebben kwamen de Denen er niet goed uit. Hoewel ze in 2006 besloten dat hun efterløn op termijn niet houdbaar was, werd de verhoging van de bijbehorende leeftijdsgrens uitgesteld tot het verre 2019 (zie deze moeizaam vertaalde pagina). Iedereen die tijdens het besluit boven de 48 (!) was had van de hervorming geen last.

Dat was misschien wat oneerlijk en de huidige regering probeert er wat meer vaart achter te zetten. En dat had een heuse kleine crisis tot gevolg deze week, toen de Deense PvdA uit het overleg stapte. Dat vult de kranten en houdt de Denen bezig; de uitkomst is nog ongewis. Voor de passerende econoom is het geruststellend dat de ruzies gaan over de begroting van 2020, en niet die van vorig jaar.

Satellietdata

Inmiddels gebruiken economen dit soort satellietdata om gegevens over de productie in moeilijk toegankelijke gebieden te schatten. Zou het dan ook niet mogelijk zijn om handelsdata te herleiden uit dit filmpje? (Ik weet het: overal waar een vliegtuig naartoe vliegt moet het mogelijk zijn om goede data te krijgen. Maar misschien als instrumentele variabele?)

Kaarsen vlak voor kerst fors duurder

zo kopt de Telegraaf een paar dagen gelden.

Kaarsen en theelichtjes worden vanaf maandag peperduur. De prijzen aan de vooravond van de kerstdagen en jaarwisseling gaan met 30 tot soms 65 procent omhoog vanwege de invoering van de Europese importheffing. De verhoging, opgelegd door de Europese Commissie, is het gevolg van de antidumpmaatregelen om de Europese kaarsenfabrikanten tegen spotgoedkope aanbieders uit China te beschermen.

Excuses, maar de verleiding is veel te groot om opnieuw naar deze klassieker van Bastiat te linken (nu in Nederlandse vertaling!). Zie eerder hier.

Inbraken lonen niet meer

Intrigerend artikel op MR, gebaseerd op dit bericht van de Amerikaanse publieke omroep waarin gemeld wordt dat inbraken in de VS al jaren trendmatig aan het afnemen zijn. De reden: de buit van de inbraak is niet meer te verkopen omdat iedereen alles al heeft. Of zoals MR stelt, er zijn minder inbraken door lage lonen in China.

In Engeland is hetzelfde aan de hand en het CBS geeft deze cijfers voor Nederland:

inbraken.jpg

Dat ziet er ook goed uit. Maar is het een kwestie van conjunctuur? Nee: de correlatie van de verandering in bovenstaande reeks met de verandering in werkloosheid is een magere 0,1.

Andere kandidaten naast lagere prijzen zijn natuurlijk betere sloten en attentie, buurtpreventie maar het feit dat deze trend in zoveel (open) economieën speelt geeft vertrouwen in het prijsverhaal. Een kleine blik bij de overgebleven inbraken laat zien dat de buit een hoge waarde per kilo heeft: sieraden, geld, bankpassen, autosleutels.

Kaarsenmakers

In 1845 schreef Frédéric Bastiat een satire waarin hij de Franse kaarsenmakers liet oproepen tot protectionistische maatregelen wegens de komst van een agressieve en oneerlijke buitenlandse concurrent. Thijs verwees er al eens naar:

We are suffering from the ruinous competition of a rival who apparently works under conditions so far superior to our own for the production of light that he is flooding the domestic market with it at an incredibly low price; for the moment he appears, our sales cease, all the consumers turn to him, and a branch of French industry whose ramifications are innumerable is all at once reduced to complete stagnation. This rival, which is none other than the sun, is waging war on us […]

Ultieme ironie. In 2008 roepen de Europese kaarsenmakers op tot protectionistische maatregelen wegens de komst van een agressieve en oneerlijke buitenlandse concurrent:

European candlemakers […] recently filed an anti-dumping complaint with the European Commission targeting booming Chinese imports. The European Candle Institute, […] said imports of Chinese-made candles had nearly doubled from 2002 to 2006 while prices had tumbled, eating into European manufacturers’ profit margins. “The massive underselling from China cannot be explained with economic advantages, particularly on account of lower wages,” the association said in a statement. […] “This competition is only possible on account of unfair and therefore non-legal methods.”

[via]

En daar ging de AEX

Het is pas een bloedbad als de eerste belegger van het balkon springt en zover is het volgens mij nog niet, maar de beurs gaat hard achteruit. De oorzaak daarvan ligt niet in Nederland: de conjunctuur is hier goed te noemen en onze banken zijn niet buitengewoon getroffen door de kredietcrisis. Maar omdat de bedrijven die in Amsterdam genoteerd zijn vooral in het buitenland hun geld verdienen klapte de beurs toch in.

Nu loopt de conjunctuur in Nederland alsnog gevaar. Ten eerste omdat we als land zeer afhankelijk zijn van de wereldhandel, en een recessie in andere landen ons uiteindelijk dus ook zal besmetten. En ten tweede vanwege die lagere koersen op het Damrak: dat gaat ten koste van het inkomen van Nederlandse consumenten, maakt het voor bedrijven moeilijker om kapitaal op te halen en zorgt voor hogere pensioenpremies onder de strenge regels voor dekking. Dit alles haalt de vaart uit de economie. En dat zeg ik niet alleen.

Dit slimme stuk in de NRC stelt dat die “koude douche” misschien niet eens zo erg is. Nederland leek namelijk hard op weg naar een oververhitting, stelt men, en de mogelijkheden daar iets aan te doen zijn beperkt. Nu krijgen we de afkoeling cadeau. De vraag is natuurlijk of de douche niet te vroeg is aangezet. Tekenen van oververhitting, dat zijn stijgende lonen en een hoge inflatie, en zo hard ging het daar nog niet mee.

Afijn, gebeurd is gebeurd. Groot voordeel is natuurlijk dat het nu weer mogelijk is om aandelen te kopen voor de prijzen van anderhalf jaar geleden.

Lees verder “En daar ging de AEX”

Meer immigranten, lagere prijzen

Lezers uit Amsterdam en Groningen hadden vorig jaar aan de respectievelijke universiteiten een seminar kunnen bijwonen van Saul Lach. Daar presenteerde deze econoom van de Hebrew University te Jeruzalem een paper waarin hij laat zien dat de toestroom van een groot aantal Joodse immigranten vanuit de Sovjet-Unie in 1990 in Israel heeft geleid tot lagere prijzen. Als het aandeel van immigranten in de totale bevolking van een stad met 1% toeneemt, dan dalen de prijzen gemiddeld met 0,5%. De reden: immigranten zullen in het algemeen een hogere prijselasticiteit hebben, en lagere zoekkosten. Met andere woorden, ze zijn bereid langer te zoeken naar een betere deal. Dat leidt tot meer concurrentie waar uiteindelijk ook de autochtone bevolking van profiteert.

De paper is nu gepubliceerd in het prestigieuze Journal of Political Economy. Inmiddels heeft de Washington Post het verhaal ook opgepikt. En dat heeft vervolgens weer de aandacht van The Economist getrokken.

De zwakke dollar

Voor €0,71 heeft u een dollar, tegenwoordig. Wat betekent dat?

  1. Is dit een historische grens? Tien dagen geleden werd een voorlopig dieptepunt bereikt op €1 = $1,4273. Dat is een verlies van 11 dollarcent sinds begin dit jaar en eigenlijk gaat dat al zo sinds Sinterklaas 2002, toen een dollar nog 1 op 1 voor een euro kon worden geruild. Misschien is het goed om, voor één keer, terug te gaan naar guldens. De dollarkoers is nu fl.1,54 en zo laag was hij in 1995 ook. (link) Over de bijna 9 jaar dat we de euro hebben is de dollarkoers eerst omhoog (1.17 -> 0.84) gegaan en vanaf juli 2001 omlaag. (link) Er zijn mensen die 1,40 een “psychologische grens” noemen, maar dat kun je van 1,50 en 1,60 ook wel zeggen.
  2. Wat gaan wij er van merken in onze portemonnee? Dingen die door Amerikanen gemaakt worden, die worden goedkoper. Voor veel artikelen wordt de prijs niet dagelijks aangepast (meestal wordt de koers al eerder door de handel bepaald) maar op termijn werkt het wel door. Ik zeg “door Amerikanen gemaakt” omdat veel Amerikaanse producten (sportschoenen, MP3 spelers) eigenlijk in Azië gemaakt worden. Wat vooral goedkoper wordt zijn vakanties in de VS en zogenaamde “verhandelbare diensten” zoals bijvoorbeeld internethosting.
    Voor de Nederlandse consumenten is het dus uitverkoop. Het nadeel van een dalende dollar is dat onze producten duurder worden in de VS. Bijvoorbeeld, een vliegtuig van Airbus wordt nu duurder ten opzichte van een Boeing en dat kost klanten en leidt hier tot banenverlies.
  3. Is het slecht voor Nederlandse bedrijven in Amerika? (en is dat dan slecht voor de consument?) Ja: Nederlandse bezittingen in de VS worden op deze manier minder waard, en Nederlandse bedrijven die aan de VS verkopen krijgen het moeilijker. De consument merkt dit via een omweg, namelijk doordat zijn investeringen in de VS erop achteruitgaan. Dat raakt meer mensen dan je zou denken, want iedereen investeert via pensioenfondsen en soms via een beleggingshypotheek. Het is niet zo dat multinationals een slecht resultaat in Amerika hier proberen te compenseren.
  4. Gaan de prijzen van grondstoffen die in dollars worden verhandeld nu ook omlaag? Oftewel: hoe zit het met de benzineprijs. Helaas gaat die niet 1-op-1 mee omlaag, maar een zwakkere dollar is in dit geval zeker niet slecht. De Amerikanen moeten nu meer betalen voor olie en gebruiken daardoor (hopelijk) minder. Minder vraag naar olie leidt tot een lagere prijs dan we anders gezien zouden hebben. Maar wat er in absoluut niveau gebeurt hangt van veel meer zaken af.

Morgenochtend, 11:30, Radio 1. Doe ik iets vreselijk fout, dan graag voor die tijd in het commentaar!. Te laat, hier is de MP3 (6.7Mb).

Overigens, dit is een aardig stukje geschiedenis om de huidige situatie in perspectief te zien.