Econoogle

Dit kon wel eens heel handig zijn. Al jarenlang houdt Bill Goffe alle websites bij die voor economen van belang zijn, de Resources For Economists on the Internet. Maar nu is daar een zoekmachine aan toegevoegd die via Google alleen zoekt op die economenwebsites.

Vergelijk bijvoorbeeld eens de zoekresultaten van een vakterm als ‘signalling’ met die van de reguliere Google. Helaas vermeldt de economiezoekmachine het lemma bij Wikipedia niet, maar verder moet de reguliere Googelaar het met allerlei nutteloze verwijzingen uit de elektronica doen, terwijl de econoogelaar relevante hits krijgt. [via]

Denkfout

Absolute niveaus en relatieve veranderingen zijn twee volstrekt verschillende dingen. Dat moge duidelijk zijn. Wanneer de economische groei in China 10% bedraagt en die in Nederland 2%, dan betekent dat natuurlijk niet dat de gemiddelde Chinees daarmee rijker is dan de gemiddelde Nederlander. Een 3-jarige groeit ook sneller dan een 33-jarige. Maar niemand zal daaruit de conclusie trekken dat een 3-jarige dus groter is dan een 33-jarige.

Toch is dat precies de denkfout die het ANP maakt in het volgende bericht:

Nederlanders die op de centen letten bij het boeken van een vakantie kunnen het beste kiezen voor een verblijf in het buitenland. De prijzen van pakketreizen naar buitenlandse bestemmingen stijgen veel minder snel dan die van dit soort reizen in eigen land.

Economen Tegen Hillary

Ondertussen begint de verkiezingsstrijd in de VS uiterst vermakelijk te worden. McCain stelde voor om in de zomer tijdelijk de belasting op benzine af te schaffen. Een volstrekt onzalig plan natuurlijk, maar vorige week van harte omarmd en verder uitgewerkt door Clinton. Die misgelopen belastingopbrengst moet ergens gecompenseerd worden, de verlaging zal waarschijnlijk vooral terecht komen in de zakken van de oliemaatschappijen en het milieu wordt er ook al niet beter van. Bij Freakonomics werd daarom beweerd dat er geen enkele econoom te vinden zal zijn die voor het voorstel is, en tot nu toe blijkt dat inderdaad het geval. Wel is er een indrukwekkende groep bereid gevonden zich tegen het plan uit te spreken. De reactie van Hillary is inmiddels legendarisch:

I’m not going to put my lot in with economists.

Het zou immers een mooie boel worden als de mening van een elite weer eens de gemiddelde Amerikaan de das om doet.

Uiteraard zijn alle Amerikaanse economen nu hevig aan het steigeren. De meest amusante reactie: hoogstwaarschijnlijk zal Clinton binnenkort beloven om uit een flatgebouw springen en weg te vliegen, om zo een lesje te leren aan al die elitaire natuurkundigen die altijd maar weer beginnen over zwaartekracht.

De speltheorie van de Sonttol

In de zestiende eeuw introduceerde de Deense koning een ingenieuze methode om belastingplichtige schippers de waarde van hun lading op te laten geven. Een speltheoretische analyse van die methode laat zien dat deze ook nu nog relevant is.

aldus de inleiding van een artikel dat vandaag verschijnt in economenblad ESB, van de hand van ondergetekende en drie co-auteurs. Het onderliggende onderzoek staat hier [pdf]. Update 25/6: het hele verhaal staat nu op Kennislink.

U wilt meer?

Omstreeks 1425 liet Erik van Pommeren, de Deense koning Erik VII, het fort Krogen bouwen bij de huidige stad Helsingør in Denemarken. Het fort stond op een landtong in de Sont (Øresund), de zeestraat tussen Denemarken en Zweden die hier maar vier kilometer breed is. Destijds had het fort als doel het heffen van tol op buitenlandse schepen die door de straat voeren.
Lees verder “De speltheorie van de Sonttol”

Easterlin

De hele economenblogosfeer was de afgelopen weken vol van recent onderzoek van Wolfers en Stevenson over de Easterlin Paradox. Wolfers mocht bij Freakonomics zelfs een zesdelige serie volschrijven over dat onderzoek. Deel 1 staat hier.

Wat is er aan de hand? Volgens Easterlin (jaren ’20, vorige eeuw), zijn rijke mensen binnen een samenleving gelukkiger dan arme mensen, maar zijn rijkere samenlevingen gemiddeld genomen niet gelukkiger dan armere samenlevingen. Verklaring: niet het absolute, maar het relatieve inkomen is belangrijk. Iemand is niet gelukkig als ie veel heeft, maar als ie meer heeft dan de buurman, dat idee. Uit het onderzoek van Wolfers en Stevenson zou echter blijken dat rijkere samenlevingen wel degelijk gelukkiger zijn dan arme, en er dus geen Easterlin paradox is.

In de opmerkingen bij een weblog zag ik eens het volgende ijzersterke argument langskomen. Als mensen inderdaad meer geven om relatief dan om absoluut inkomen, waarom willen arme mensen dan massaal emigreren naar rijke landen, waar ze relatief nog veel armer zijn, in plaats van dat rijke mensen gaan emigreren naar arme landen?

Anoniem

Gister kwam ie al voorbij in de rechterkolom, het bericht dat de gemeente Nijmegen stopt met anoniem solliciteren omdat het experiment mislukt zou zijn. Vandaag komt de Volkskrant met wat meer informatie:

Tijdens het experiment werden de brieven bij de helft van de gemeentelijke diensten weggelakt. Bij de diensten waar geen gegevens waren weggelakt werden minder allochtone (9 procent) dan autochtone (16 procent) sollicitanten uitgenodigd voor het eerste gesprek. Bij de diensten met de weggelakte gegevens werden evenveel allochtonen als autochtonen uitgenodigd (10 procent).

Uit de context valt niet op te maken of dat een statistisch significant verschil is, maar dat moet haast wel. 16 procent of 10 procent, dat scheelt nogal wat. Maar het bericht gaat verder:

De gemeente Nijmegen durfde het niet aan dit verschil te duiden. Het zou toeval kunnen zijn, of een onbewuste voorkeur voor briefstijlen. Misschien waren leidinggevenden alerter door het experiment.

Tja, dat hadden ze natuurlijk vantevoren moeten bedenken. Als dat echt een bezwaar is, dan had het experiment beter opgezet moeten worden. Uitkomsten van een dergelijk onderzoek kunnen altijd toeval zijn, maar daar hebben we betrouwbaarheidsintervallen voor. Het argument “het zou toeval kunnen zijn”, is dus weinig valide. We gaan verder:

Daarom werd besloten tot een tweede meting. Die maakte duidelijk dat het bij de ene helft van gemeentelijke diensten niet uitmaakt of de namen van allochtonen wordt weggelakt en bij de andere helft wel.

Als er bij de helft een effect nul is, maar bij de andere helft een positief effect, dan lijkt me voor de hand te liggen dat het totale effect wel degelijk positief is.

Het heeft er alle schijn van dat het experiment niet mislukt is, maar dat de gemeente Nijmegen niet durft toe te geven dat haar medewerkers discrimineren.

Ingezonden

NRC publiceerde gisteravond de volgende ingezonden brief:

In het artikel ‘Buitenland jaloers op Nederlands kenteken’ over de invoering van het nieuwe kenteken (Economie, 17 april) wordt ingegaan op het verhaal dat auto’s met een nieuw kenteken een hogere inruilwaarde zouden hebben. Paul de Waal van BOVAG doet dat af als onzin. Dealers en leasemaatschappijen kijken gewoon naar de datum op de papieren en weten dan precies hoe oud de auto is. “Op grond daarvan wordt de inruilprijs bepaald”, zegt De Waal.

De Waal heeft ongelijk. Een paar jaar geleden deden we uitgebreid onderzoek naar precies deze kwestie. Wat bleek? Rekening houdend met kilometerstand en leeftijd, levert een nieuw nummerbord gemiddeld een 4 procent hogere inruilwaarde op. We vonden dat effect voor zowel de kentekenwijziging in 1991 als voor die in 1999. Het onderzoek is in 2006 gepubliceerd in de Economist . Een consument die nog even wacht met de aanschaf van een nieuwe auto,
heeft dus groot gelijk. Ook al wil de autobranche ons anders doen geloven.

dr. Marco Haan, Rijkuniversiteit Groningen,
prof. dr. Peter Kooreman, Universiteit van Tilburg.

Maar trouwe lezers wisten dat natuurlijk al lang.

Innerlijk econoom

Zelfs in Nederland schijnt er nu een markt te zijn voor populair-wetenschappelijke boeken over economie. Na Levitt en Dubner’s Freakonomics (nadruk op onconventionele empirie) en Harford’s Undercover Economist (met name conventionele micro-theorie) is er nu ook een Nederlandse editie van Tyler Cowen’s Discover your Inner Economist. Nederlandse titel: Ontdek je innerlijke econoom. Ik heb het nog niet gelezen, maar de insteek schijnt te zijn hoe je (micro)economische inzichten kunt toepassen in het dagelijks leven. Quest zegt positieve dingen en geeft zelfs een aantal exemplaren weg.

Thijs kondigde het al aan: de in deze kolommen meermaals geprezen Tim Harford heeft ook een nieuw boek: The Logic of Life. Benadering: dingen die op het eerste gezicht niet rationeel lijken, hebben vaak toch een rationele verklaring. Bij Amazon woedt momenteel een razend interessante polemiek tussen Harford en gedragseconoom Ariely.

En ook het laatste boek van Harford blijkt sinds een paar dagen verkrijgbaar in het Nederlands. Bol.com zet hem nota bene in de categorie populaire psychologie. Brrr.

Aantrekkelijk

Het schijnt dat alle aantrekkelijke mannen al voorzien zijn. Mannen die nog vrijgezel rond lopen, zijn een duidelijk minder goede partij dan al die mannen die al in het bezit zijn van een partner. Alle huwbare mannen zijn al gehuwd. Ik heb het ook maar van horen zeggen. Andersom schijnt dat voor vrouwen niet te gelden. Er zijn genoeg aantrekkelijke vrouwen die nog vrijgezel zijn ook. Opnieuw: ik heb het ook maar van horen zeggen.

Dit artikel heeft een sluitende speltheoretische verklaring voor dat fenomeen. De redenering is als volgt. Als het er op aan komt hebben vrouwen het natuurlijk voor het zeggen op de huwelijksmarkt. Uit de veilingtheorie weten we het volgende. Stel dat twee bieders meedoen aan een veiling bij inschrijving. De ene bieder is “sterk”, en is bereid veel te betalen, de ander is “zwak” en heeft een veel lagere waardering. De sterke bieder zal proberen voor een koopje te gaan door relatief erg laag te bieden. Als gevolg daarvan zal de zwakke bieder ook zo af en toe een veiling winnen, juist omdat de sterke bieder bewust dat risico neemt.

Terug naar het voorbeeld. Stel een aantrekkelijke en een minder aantrekkelijke vrouw zijn allebei in de markt voor een aantrekkelijke man. Het kost moeite om die man aan de haak te slaan. Analoog aan het veilingverhaal zal de aantrekkelijke vrouw proberen met relatief weinig moeite toch te winnen. Gevolg: soms wint de minst aantrekkelijke vrouw. Uiteindelijk blijven er geen aantrekkelijke mannen over, daar wordt immers voor geconcurreerd, maar wel aantrekkelijke vrouwen, want die verliezen wel eens van een minder aantrekkelijke vrouw.

Inderdaad, ik betwijfel ook of ik het verhaal geloof. Maar amusant is het wel.

Laag uurloon

Soms wordt een mens een beetje moe van de manier waarop economisch onderzoek in het nieuws komt. Neem nu dit bericht:

Het aantal werknemers in Nederland met een laag uurloon is sinds 1979 sterk gegroeid, van circa 0,6 miljoen naar 1,25 miljoen. Dit concluderen onderzoekers van de Universiteit van Amsterdam (UvA) dinsdag op basis van eigen onderzoek.

Ja maar. Een “laag uurloon”!? Hoezo een laag uurloon? Hoe wordt dat gedefinieerd dan, zo’n laag uurloon? En hoe is die definitie aangepast tussen 1979 en 2008? Of geven die werknemers zelf aan dat ze het laag vinden? En is het erg, dat veel mensen een ‘laag uurloon’ hebben? Of juist niet, omdat al die mensen anders werkloos zouden zijn? Allemaal vragen die in het bericht onbeantwoord blijven. Maar gelukkig, er is ook een verklaring voor het Fenomeen:

Als belangrijkste reden noemen de onderzoekers dat het aantal deeltijdwerkers sterk is toegenomen.

Ja maar. Verdienen deeltijdwerkers minder dan voltijders dan? Zij houden netto gezien toch juist meer over? Is daar rekening mee gehouden?

Het zou heel goed kunnen dat er met het onderzoek helemaal niets mis is. Maar met zo’n nieuwsbericht kunnen we weinig.