Multiplier (3)

De berichten over multipliers vermenigvuldigen zich snel, maar het duurt waarschijnlijk nog jaren voordat het onderwerp weer zo in de mode is. Daarom nog even dit. In een artikel in het FD, waar Bas Jacobs vanochtend al het één en ander over gezegd heeft, staat de volgende passage:

Blanchard stelde echter dat de multiplier inmiddels 0,9 à 1,7 is. Boven de 1, kost de operatie meer dan het oplevert en neemt de schuld, die wordt uitgedrukt als percentage van het bbp, verder toe. Zo raakt een land dus van de regen in de drup.

De multiplier, u weet het nog, geeft het effect van een bezuiniging op het BBP. Is het ding 1, dan neemt het binnenlands product met evenveel af als de oorspronkelijke bezuiniging; boven de 1 is dat effect nog groter. Maar toch klopt de bewering van FD-journalist Marcel de Boer hierboven niet. Lees verder “Multiplier (3)”

Nobelprognose 2012 en 2013

Nog drie nachtjes slapen en hij is er weer: de Nobelprijs Economie. Trouwe lezers weten inmiddels dat we elk jaar een poging doen (ook hier, hier, hier, hier, en hier) de winnaar te voorspellen. Soms zelfs succesvol.

Voor een lijstje met favorieten kunnen we eenvoudig verwijzen naar voorgaande prognoses. Fama is nog steeds goed mogelijk. Tirole noemen we ook al jaren, het argument was vaak dat hij nog te jong was, maar zo langzamerhand begint het misschien eens tijd te worden. Thomson (eerder) noemt dit jaar Stephen Ross, Atkinson en Deaton, en Shiller. Geen van drieen lijkt me heel waarschijnlijk, hoewel met name Atkinson/Deaton een aardige suggestie is. Pieter Gautier hoopt op Tirole en Holmstrom en dat lijkt me een uitstekende keuze. Naast Tirole hoop ik zelf ook nog steeds op Dixit.

De afgelopen jaren is de prijs akelig vaak richting macroeconomen gegaan. Maar toch. Binnenkort kon dat wel eens opnieuw gebeuren. Belangrijke aanwijzing: ruim een maand geleden is er een Nobel symposium georganiseerd over economische groei en ontwikkeling. In het verleden gebeurde het nogal eens dat het Nobelcomite zo’n symposium gebruikte om te evalueren wie in een bepaald vakgebied de prijs zou verdienen, leg het lijstje van symposia en winnaars maar eens naast elkaar: de symposia van 1990, 1991, 1993, 2001 en 2008 leidde steeds tot een winnaar op het vakgebied van dat symposium een jaar later. Alleen in 1995 en 1999 werden de Nobelwatchers op het verkeerde been gezet.

Volgend jaar gaat de prijs dus naar groei. Topfavoriet lijkt dan Barro, ook al onze tip in 2008, met Romer als gevaarlijke outsider. Laten we dit jaar dan maar de wens de vader van de gedachte laten zijn. Sowieso is het de hoogste tijd dat microeconomen de prijs weer mee naar huis nemen.  Tirole en/of Dixit gaan maandag dus winnen. Waarvoor precies, dat is nog onduidelijk, beide hebben te veel bijdragen om op te noemen. Maar daar vindt het Nobelcomite vast wel iets op.

Kalkoenen

Deze is te hilarisch om te laten lopen. Kredietbeoordelaar Fitch maakte bekend nog voor de kerst de kredietstatus van Turkije te heroverwegen. In de Wall Street Journal leidt dat tot de kop

Fitch To Review Turkey’s Credit Rating Before Christmas

 

(via @jvkup)

Meer multipliers

Tweehonderdvijftig pagina’s telt de WEO, het halfjaarlijkse overzicht van het IMF, maar aan de reacties te zien hadden dat er net zo goed drie kunnen zijn. Zoveel kantjes telt Box 1.1, geschreven door Blanchard zelf, met als onderwerp die verdraaide multipliers waar ik eerder deze week ook al over berichtte. Dat laatste verplicht mij er nu nog iets meer over te zeggen. Lees verder “Meer multipliers”

Lachen en huilen met multipliers

Het is natuurlijk een treurige crisis waar we met z’n allen inzitten. Gelukkig valt er af en toe nog wat te lachen. Van de week bijvoorbeeld. Het begon, zoals zo vaak, met een tweet:

Slightly wonkish, dat klinkt als een lekkere versnapering tussen het serieuze wonk-werk door. Lees verder “Lachen en huilen met multipliers”

140 dates!

Datingwebsites zijn notoir terughoudend in het verstrekken van informatie over hoe succesvol ze nu eigenlijk zijn bij het helpen vinden van een vaste partner. Maar wie slim rekent komt een heel eind. Zo berekent Lex Borghans op het ESB blog dat de gemiddelde gebruiker van lexa.nl 58 dates nodig heeft een vaste relatie.

Ik vrees dat dat een schromelijke onderschatting is. De laatste commercial claimt op last van Maurice de Hond dat er “dankzij lexa.nl elke week 35.000 dates zijn”. Tegelijkertijd meldt de website en een eerdere commercial dat er “elke 45 minuten een nieuw succesverhaal begint op lexa.nl”, waarbij met succesverhaal klaarblijkelijk een vaste relatie wordt bedoeld.

Eens rekenen. Elke 45 minuten een relatie, dat zijn er 36 per dag, ofwel 250 per week. Zetten we dat af tegen die 35.000 dates, dan komt dat neer op een gemiddelde van 140 dates voordat je via lexa.nl dan toch de ware hebt gevonden.

Mijn hemel.

Einde aan de groei

In een vorm van economie die verdacht veel lijkt op boekhouden kun je economische groei toewijzen aan grofweg drie oorzaken: meer kapitaal, meer arbeid en meer productiviteit [eerder]. Wie iets wil zeggen over toekomstige groei moet dus uitspraken doen over verwachte ontwikkelingen in die drie grootheden. Bij arbeid en kapitaal gaat dat nog wel, maar het is nogal lastig om iets te zeggen over de toekomst van de productiviteit. Voor zover productiviteit wordt gedreven door technologische vooruitgang weten we zo ongeveer per definitie niet wat er allemaal nog mogelijk is.

Wat natuurlijk niemand ervan kan weerhouden om toch een poging te doen. Robert Gordon publiceerde recent een provocerend stuk op VoxEU waarin hij technologische vooruitgang grofweg toeschrijft aan een beperkt aantal technologische revoluties. Door de reikwijdte van die revoluties te beoordelen probeert hij het huidige tempo van de groei te verklaren en wat aan voorspelling te doen. De drie technologische revoluties zijn volgens hem de volgende:

  1. Stoommachines en spoorwegen (1750-1830)
  2. Elektriciteit, de verbrandingsmotor en nog een partij uitvindingen uit het tijdperk Edison. (1870-1900)
  3. Computers en internet (1960-nu)

De conclusie die Gordon op grond van deze classificatie bereikt is dat de tweede revolutie met afstand de meeste winst heeft opgeleverd en dat de effecten van nummer 3 nogal beperkt zijn. De korte opleving in de groei door revolutie nummer 3 was in 2004 alweer voorbij. Daarmee werpt hij de vraag op of we überhaupt nog wel productiviteitsgroei gaan zien de komende jaren.

In het wat langere paper [pdf] dat achter dit stuk schuilgaat illustreert Gordon de beperkte effecten van revolutie 3 met een gedachte-experiment. Stel, je moet een van de volgende twee verworvenheden opgeven: alle technologie van na 2002 (“Facebook, Twitter en de iPad”) of de wc en het stromende water in huis. “Gnuivend kiest het publiek altijd voor de eerste optie!” schrijft Gordon hierover.

Een iPad of water uit de kraan, dat is inderdaad geen moeilijke keuze. Maar dit lijkt me bij uitstek een bekrompen opvatting van de effecten van revolutie nummer drie. Ik ben geneigd wat positiever over de toekomst te denken, om de volgende reden. De indrukwekkende groei van de productiviteit na de eerste twee technologische revoluties werd telkens hinderlijk onderbroken door periodes waarin hele landen tot de grond toe werden afgebroken omdat er weer eens een oorlog uitgevochten moest worden. Hoewel niet altijd slecht voor de productiviteit, veroorzaakt zo’n oorlog toch een hoop ongemak. Een opmerkelijk gegeven over de tijd na 1960 is dat grote conflicten tussen ontwikkelde landen tot dusver zijn uitgebleven.

Dat kan toeval zijn, maar wellicht heeft het iets te maken met het gemak waarmee informatie uitgewisseld kan worden, via elektronische media zoals radio, televisie en internet. Dat maakt het moeilijker om de bevolking voor te liegen, en op die manier conflicten te beginnen. Bovendien zorgt de toegenomen stroom informatie voor sterkere economische banden, wat het voeren van oorlogen weer minder aantrekkelijk maakt. Als we de grote kosten van oorlogvoeren meenemen denk ik dat de communicatietechnologie een behoorlijk veel grotere impact op onze productie heeft gehad dan nu wordt aangenomen. Daarmee is niet gezegd dat we er ook nog een grote toekomstige groei mee kunnen creëren, maar ik ben zeer tevreden met het idee dat mijn iPad en ik voorlopig niet de schuilkelders in hoeven.

Nonconcurrentiebeding

Intrigerende aflevering van Zembla afgelopen vrijdag: hoge Nederlandse hypotheekrentes zouden met name veroorzaakt worden door het feit dat ING en ABN Amro na het krijgen van staatssteun werd opgelegd dat ze voorlopig niet de laagste prijs in de markt mogen voeren. Met staatssteun de concurrent uit de markt drukken, dat kan immers niet de bedoeling zijn. Maar in een markt met drie grote spelers waarvan er twee zo’n beding hebben heeft niemand nog reden om scherpe prijzen te zetten.

Nog het meest fascinerend: de ING zou er bij het Ministerie van Financien zelf op aangedrongen hebben om zo’n beding opgelegd te krijgen. Wanneer een groot bedrijf gaat vragen om in zijn prijszetting belemmerd te worden, moet je je natuurlijk minstens drie keer achter je oren krabben.

Politieke Aandelenmarkt: De Einduitslag

Op onze Politieke Aandelenmarkt waren 21 handelaren actief, die samen verantwoordelijk waren voor 717 transacties. Iedereen bedankt voor de deelname. Maken wij een ranglijst van de nettowinst die de deelnemers hebben gemaakt, dan komen we tot het volgende lijstje.

1 pamkijker 1066.16   8 doubledutch 123.61   15 thijsco -128.81
2 Lammertjan 681.09   9 _pierre 122.65   16 Boelaars -131.59
3 henkm 381.65   10 thomasfaber923 56.39   17 RikH -277.50
4 MarcP 342.55   11 Muldrossi 35.01   18 loes -311.45
5 noppus 184.44   12 JorgD -35.82   19 mwolters -377.27
6 JasperVanEldik 148.43   13 robvandervelde -46.58   20 DRNippler -640.10
7 MarkyMark 130.38   14 Europeaan -128.40   21 premier -667.51

 

Glorieus winnaar is dus pamkijker, die vooral een stevige positie had in de PvdA, en een stevige shortpositie in PVV en SP.  Dat bleek een gelukkige keuze. Graag had ik gebruiker pamkijker gefeliciteerd met deze bijzondere prestatie, de eerlijkheid gebiedt echter op te biechten dat ik dat zelf ben. Hadden we nu toch maar een hoofdprijs ingesteld.

Marktfalen

Tja. Allemaal leuk en aardig zo’n Politieke Aandelenmarkt, maar uiteindelijk zaten onze handelaren er natuurlijk flink naast. Zacht uitgedrukt. In onderstaande tabel de uitslag en de laatste prognoses van markt, Politieke Barometer en Maurice de Hond. In de laatste kolom de som van absolute verschillen tussen voorspelling en uitslag.

  VVD PvdA PVV CDA SP D66 GrnL ChrU Ov Vrs
Uitslag 41 38 15 13 15 12 4 5 7  
PAM 32 31 18 14 25 13 5 5 7 32
PolBar 37 36 17 13 21 10 4 5 7 16
MdeH 36 36 18 12 20 11 4 5 8 18

We kunnen nog proberen er een positieve draai aan te geven door bijvoorbeeld te stellen dat we toch maar mooi de eerste waren die de opkomst van de PvdA voorspelden, maar zo’n spin is natuurlijk haast net zo ongeloofwaardig als de SP die beweert dat ze het best wel goed gedaan hebben omdat er geen zetels verloren zijn.

Waar het allemaal mis ging? Het lijkt er toch op dat veel handelaren te kampen hadden met bindende budgetbeperkingen aan het einde van de rit, en daardoor niet meer in staat waren nog meer aandelen PvdA en VVD op te kopen. Volgende keer dus toch maar met echt geld.

De uitslag volgt.