We maakten ons in de rechterkolom van deze site al vrolijk over het idee, maar de Tweede Kamer heeft inderdaad ingestemd met een wetsvoorstel dat het doorverkopen van kaartjes door professionele handelaren aan banden legt. En hoewel we al vaak [1,2,3,4] over het onderwerp schreven, doen we het gewoon nog een keer. Hoe kunnen we ook anders: dit is zo’n beetje de kern van de economie, de verdeling van schaarse middelen, en de wet is een onding.
Zwarthandelaren, u weet het, verkopen een kaartje door voor een hogere prijs. Er zijn twee interessante kwesties die hier mee te maken hebben. Kwestie één is de vraag waarom de organisator van het evenement de prijs van het kaartje te laag heeft vastgesteld. Bij de juiste prijs is er voor een zwarthandelaar immers niets te verdienen. Ik kan drie redenen bedenken:
- Onderschatting van de vraag. Het is lastig van tevoren de populariteit van, zeg, een concert in te schatten. Soms gaat het mis.
- De organisator hecht belang aan de “toegankelijkheid voor breed publiek”.
- De organisator hecht belang aan de status van “uitverkocht”.
In alle gevallen zijn er meer vragers dan kaartjes en moeten de schaarse kaartjes worden verdeeld. De tweede kwestie is wat het alternatieve mechanisme daarvoor is. Verdeling kan op basis van criteria als snelheid, handigheid, geduld of geluk. Zie bijvoorbeeld de voetbalkaartjes of de bekende rij voor de deur. Zwarthandelaren gebruiken dit alternatieve mechanisme om de markt weer terug te brengen: zij kopen de kaartjes op en verdelen ze op basis van (een hogere) prijs, en pikken zo de winst in die de organisatie ook had kunnen maken.
Opstellers van de wet zeggen over hun dat laatste:
Hiervan wordt de consument de dupe. Het wetsvoorstel gaat onredelijke prijsverhogingen tegen, zodat we de consument de toegang tot culturele- en sportevenementen tegen een redelijke prijs kunnen garanderen.
Maar dat is onzin. De wet zorgt niet voor extra plaatsen op de tribune, dus “garanderen” dat het publiek een uitverkocht evenement in mag kan niet. En wat die redelijke prijs betreft, het klopt dat de prijs in geld gelimiteerd is. Maar het alternatieve mechanisme vraagt wel een prijs in termen van tijd of geduld. Het enige effect van de wet, als die werkt zoals beoogd, is dat kaartjes terechtkomen bij een andere groep mensen, met minder geld en meer tijd en geduld.
De pest is dat de wet natuurlijk niet werkt als beoogd. Zwarthandelaren gebruiken het alternatieve verdelingsmechanisme als een vorm van productie: ze zetten hun tijd, handigheid en geduld om in geld. Die productie kan gewoon door blijven gaan zolang de zwarte handel creatief omspringt met het aanbod. De kaartjes kunnen bijvoorbeeld worden verkocht in een arrangement inclusief diner. Of overnachting. Zo is nooit na te gaan welke opslag er op het kaartje zit. Een alternatief is dat de handel ondergronds gaat, bijvoorbeeld door de kaartjes contant bij de deur aan te bieden. Door de toegenomen onzekerheid wordt iedereen hier slechter van.